-1^- De heer WIJNEN: Ik heb toch de indruk mijnheer de voorzitter, dat we nu gaan praten over de oprichting van een gemeentelijke sociale dienst in plaats van het re-organisatie-onderzoek van de gemeentesecretarie te laten uitvoeren. In hoeverre worden dit soort zaken betrokken, bij dergelijke taken. Anders geven we geld uit aan het een en zeggen we de volgende week we gaan weer aan wat anders beginnen. De VOORZITTER: Nee, het wordt er in ieder geval in zoverre in betrokken dat er als wij met een nota komen over de organisatie dat daar dan zeker ook O.D.R.P. zijn licht over heeft laten schijnen. Zonder hoofdelijke stemming worden de punten,genoemd onder a en c,aan genomen en het punt,genoemd onder b, aangehouden tot een volgende verga dering. De VOORZITTER schorst de vergadering voor de koffiepauze. Na opheffing van de schorsing geeft de VOORZITTER het woord aan: De heer RENNINGS: Kunnen we punt 13 eerst behandelen De VOORZITTER: Wij kunnen alles. De orde is vastgelegd in de agenda. Als de raad zegt dat we 13 naar voren halen, nou dan doen we dat. Niemand bezwaren Dan stellen we dit eerst aan de orde. 13» Beslissing op verzoek om voorziening tegen een aanschrijving tot het treffen van voorzieningen als bedoeld in artikel 23, derde lid van de Woningwet. De heer VAN EIJKEREN: Ja, met het voorstel uiteraard geen enkel probleem. Ik heb alleen een paar vragen naar aanleiding daarvan, waarvan ik vind dat het goed is om eens aan de orde te stellen omdat dat naar de mensen die hier direct belang bij hebben, die een belangrijke rol hebben gespeeld ook in het uit eindelijke resultaat, dat die mensen moeten weten waar ze nu aan toe zijn. Er wordt nu alleen maar in feite een verzoek om voorziening ongegrond verklaard. Daaruit kan iedereen afleiden dat de opschorting dus ongedaan wordt gemaakt. Als ik even kijk naar de termijn die destijds gesteld is dan heb ik gezien dat vorig jaar de aanschrijving is uitgegaan op 29 februari en dat daarin de firma Wittenbols gesommeerd werd om voor 1 juli '80 de nodige voorzieningen die mede oorzaak zijn van de overlast te treffen. Op 12-3, 12 maart is een verzoek om voorziening ingediend. Op dat moment is de aanschrijving opgeschort en het is vandaag niet net zoals vorig jaar 29 februari, maar 19- Als ik dus reken dat van een periode van de aanschrijving vorig jaar 12 dagen waren ver lopen, dat we nu 10 dagen eerder zitten dan de vergelijkbare periode van vorig jaar, dan kan ik mij voorstellen dat de termijn die in de aanschrijving die er nu uitgaat, niet 1 juli, maar een eerdere datum wordt genoemd. Ik kan mij voorstellen 1 mei of daaromtrent. De verdere procedure bij het geval dat op de in de aanschrijving gestelde datum de werkzaamheden niet zijn uitgevoerd. We hebben wel eens meer aanschrijvingen zien uitgaan en ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat niet in alle gevallen daar een zeer strikte controle op wordt uitgeoefend. Ik denk dat dat in dit geval bij voorbaat moet vaststaan, dat er een zeer strikte controle op zal worden uitgeoefend en wat is in zo'n situatie de procedure Wordt er een aanmaning verzonden of wordt onmiddel lijk op kosten van de aangeschrevene door de gemeente of door derden de be treffende werkzaamheden uitgevoerd Dat zijn een aantal vragen die ik graag wilde stellen, temeer ook omdat de mensen die,als ik het goed heb uitgerekend is dat vandaag 7 jaar en 13 dagen, hiermee bezig zijn, dan weten wat er onge veer nog bij kan komen in weken of maanden en ik denk dat ze dat geduld best nog wel op kunnen brengen. Dan weten ze in ieder geval waar ze aan toe zijn. Dan is er duidelijkheid in de zaak. De heer RENNINGS: Ja, voorzitter, ook eens met het voorstel. Er is nu onder zocht bij Wittenbols wat de oorzaak is, of hoe de bestrating is. Is dat ook bij andere terreinen, want het is niet alleen daar in de buurt of achter het terrein van Wittenbols, maar ook bij anderen waar wateroverlast is en nu er dus een duidelijke aanwijzing is dat dit een van de mogelijke oorzaken kan zijn.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1981 | | pagina 32