-9-
beschikking stellen. En dan kan ik me voorstellen dat dit behalve voor een
enkeling en dat is eigenlijk in dit gezelschap alleen de heer Kok en wet
houder Brouwers dat het koud op het dak valt. Ja, ik zou er geen probleem
mee hebben als het een maand uitgesteld wordt en als hier binnen op de een of
andere manier iets voorbereid zou kunnen worden, maar ik weet wel dat wij
het dus voldoende menen dat het die kant op zou moeten gaan, om te zeggen
we gaan hier niet in mee zonder dat dit nadrukkelijk is overwogen. Maar het
kan zijn dat mijn pleidooi zo sprankelend is geweest dat iedereen nu al mee
gaat, dan heb ik verder geen problemen.
De VOORZITTER: We zullen eens kijken.
De heer KOP JANSEN: Mijnheer de voorzitter, wij zaten dus met een vraag ten
aanzien van punt b, met name is het bekend in hoeverre de andere gemeenten
meewerken en als het niet zou zijn wat dan. Het twee punt was dat het maar
een eenmalige subsidie is die verruimende maatregelen en na vooral de heer
Van der Graaf aangehoord te hebben begin ik daar dus echt wel voor te voelen.
Vooral omdat in de fractie dus het idee leefde dat een kracht op deze wijze
gesubsidieerd zou worden dan is hij waarschijnlijk dus meer beschikbaar voor
Oudenbosch.
De heer KOK: Voorzitter, de mening van de heer Van der Graaf die heeft hij
al een keer aan de orde gesteld in het college van bijstand en het is natuur
lijk een open visie maar ik ben toch wel van mening dat hij met
twee verschillende maten meet. Een volume van een bepaalde gemeente en een
volume van de gemeente Oudenbosch. Ik vindop de manieren in het
preadvies, dat gezamenlijk verband meer in realiteit overkomen in het
maatschappelijk werk in die mate dan dat men zegt van nou ik wil hier een
vast pakket hebben in zijn totaliteit als een basis. Maar ik.vind dat nogal
ver in discussie komen dan in de bijstandcommissie, in dat college. Ik weet
het niet. De visie die hij bedoelt ik vind het wel een open visie, wat
hij wil, dat zeker.
Mevrouw KNIEP-KÖHNKEMijnheer de voorzitter, het voorstel van mijnheer Van der
Graaf. Ik dacht wel dat wij daar ook wel achter konden staan. Het is zeker te
overwegen. Uit het stuk" hebben wij wel een vraagteken. Joint zegt 5? uitvoe
rende plus 1 leidinggevende. Die hebben dat onderzocht en op bladzijde 2 van
het voorstel wordt er nog eens herhaalt na toepassing van de bezuinigingsfactor
0,81 op. die 7 toegepast is dan weer 5,5 en verder in het voorstel op bladzijde
3 bovenaan spreekt men dan over 8 maatschappelijk werkers. Ja, daar ontgaat
ons toch iets. 5? plus 1 is bij ons 6-jL
De VOORZITTER: Ja, needat klopt.
De heer VAN HOOF: Mijnheer de voorzitter, toch even een reactie op wat de heer
Van der Graaf stelt. Ik ben het met zijn zienswijze voor zover ik het heb kunnen
volgen toch wel eens, maar ik weet niet of dat twee vergelijkbare zaken zijn.
Je zou je zelfs af kunnen vragen kunnen we niet én dit én dat andere bekijken. Ik
denk dat deze kracht voor het totale werkgebied van "Mark en Weerijs" voldoet
aan een behoefte en we krijgen daarvoor ook 35*000,subsidie in zijn to
taliteit. Ik dacht dat we daar gewoon aan mee zouden kunnen doen. Dan hetgeen
wat de heer Van der Graaf voorstelt om, waar het inderdaad kan, maar dan vind
ik dan moet er toch ook wel enigszins aangetoond worden dat in het kader van
die bijstandstoestand dat je dan inderdaad een kracht of een gedeeltelijke
kracht ervoor nodig hebt. Ik heb daar op dit moment geen inzicht in. Wat dat
betreft zou ik toch de suggestie van de heer Van der Graaf willen volgen om
dan mogelijk wat meer inzicht daarin te krijgen. De suggestie op zich
spreekt mij wel aan.
De heer WIJNEN: Voorzitter, het idee van de heer Van der Graaf
Ja, daar kijk ik wel een beetje vreemd van op, want we krijgen dan een koppe
ling van de bijstandsactiviteiten van de gemeente, dus bij de gemeentelijke
sociale dienst. Bij grote gemeenten gebeurt dat inderdaad en ik vraag me wel
af wat dan de ervaringen zijn van dat dezelfde instanties zich zowel bezig
houden met maatschappelijk werk als met bijstandsverlening