-17- een advies uit te brengen aan de raad. Dat is het eerste stuk van beide stukken. Met betrekking tot het tweede stuk gaat het in beide gevallen om iets anders. Ik zou willen voorstellen om allereerst te behandelen het eerste stuk van mevrouw Van Meer. Daarna zal ik u een procedurevoorstel doen met betrekking tot het tweede stuk van mevrouw Van Meer. Dan het eerste stuk, dat is toevallig ook de eerste pagina van meneer Schul en daarna zal ik iets zeggen over het tweede stuk. Zullen we het zo doen Dan allereerst het voorstel met betrekking tot het beroepschrift van mevrouw Van Meer, dus het stuk tot en met "Tegen vorenstaande achtergrond adviseren wij u dan ook het verzoek om voorziening ongegrond te verklaren overeenkomstig het bijgevoegde ontwerp-besluit.Iedereen akkoord Dan is er een suggestie van de zijde van de commissie die in de gangbare pro cedure zoals wij die kennen en ik denk zoals we ook ervaren hebben in de werk wijze van de commissie algemene en bestuurlijke zaken, een zinnige is, namelijk dat zaken als deze aan de orde komen in de commissie algemene en bestuurlijke zaken. Nou is het een zaak, deze, die, dacht ik, uitgediscussieerd was, maar als, want die afspraak hebben we met elkaar, als iemand, een van de leden van de commissie algemene en bestuurlijke zaken zegt ik voer dat punt voor de volgende keer op de agenda op, dan staat het daarmee op de agenda. Ik denk dat het zinniger is om er daar over te discussiëren dan hier. Zou u zich daarin kunnen vinden De heer VAN DER GRAAF: Ja, ik zou daar toch nog wel een andere opmerking over willen maken, namelijk over de zinnigheid of over de onzinnigheid van het ad- viéeren van de hoorcommissie, buiten de eigenlijke taakstelling. Ik denk dat het op zich natuurlijk altijd aardig is wanneer wie dan ook iets op tafel legt en zegt daar moeten jullie ook eens over denken, daar gaat het niet om, maar de eigenlijke advisering van de hoorcommissie moet beperkt blijven naar mijn oordeel, we hebben dit in de fractie niet besproken en ik praat dus nu eventjes helemaal alleen voor mezelf, moet beperkt blijven tot het onderwerp waarom het gaat: De al of niet gegrond-verklaring van een beroep om een voorziening. Ik denk dat het beter zou zijn wanneer en dan heeft de raad ook een helder of kan een helder oordeel vormen over wat er aan de hand is wanneer in de verslag legging, in het proces-verbaal van de conditie op een zodanige wijze de mening van de gehoorde naar voren komt over een mogelijke andere oplossing en het kan best zijn dat de hoorcommissie daarin dus wat stuurt om dat te kunnen formuleren, dat het daarin naar voren komt, dan hebben we toch die gesuggereerde mogelijkheid liggen, maar dan blijft de taak van de hoorcommissie tenminste helder wat die moet zijn. Het kan in feite natuurlijk steeds verder gaan hè, op een gegeven moment gaan ze ons ook nog zeggen op welke manier we het dan moeten doen. Dat gaat toch wel te ver. De heer VAN EIJKEREN: Eigenlijk was dat ook de bedoeling natuurlijk, om geleidelijk aan die positie te bereiken, maar vandaar dat bijvoorbeeld in het advies wat is uitgebracht inzake het horen van mevrouw Van Meer dat daar een heel klein foutje in geslopen is. Misschien dat dat de oprisping van mijn collega tot gevolg heeft gehad. In die hele grote laatste alinea die begint met "alhoewel" een regel of 15 van onder, daar de derde regel van: "De beoogde uitbreiding van de woning Zoutlaan *f1 medewerking zou dienen te verlenen" daar had ik liever gezien "zou kunnen verlenen". Dat is al wat minder dwingend. We moeten ons als commissie wat bescheiden opstellen, maar dat even terzijde. Ik ben het eigenlijk niet hele maal eens met wat de heer Van der Graaf zegt, dat is ook wel eens aardig voor de anderen natuurlijk om dat ook eens mee te maken. Ik denk dat de commissie die door de raad is ingesteld om dit soort zaken te behandelen dat die best zover mogen gaan, anders is de informatie die op tafel komt tijdens zo'n hoorzitting, die blijft toch wat beperkt gebruikt in eerste instantie. Als dat naast het adviseren om wel of niet het verzoek om voorziening gegrond danwel ongegrond te verklaren, daarnaast op grond van het verloop van zo'n zitting en het beraad wat achteraf plaatsvindt, te adviseren aan die raad die die commissie heeft in gesteld, dan is het aan de raad denk ik op dat moment, dus op dit moment, om te zeggen van nou deze zaak verdient aanbeveling om toch eerst in de daarvoor bestemde commissie voor algemene en bestuurlijke zaken te worden behandeld. Ik kan me ook voorstellen dat er zich gevallen voordoen waarvan de raad zegt

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1981 | | pagina 158