-8-
gehouden zal moeten worden met de kritiek en de gebreken die in de nota aan
gegeven zijn. De derde opmerking is ten aanzien van de situering van de
buurtakkommodatie in Albano, die zal mede in verband moeten worden gebracht
met bestaande mogelijkheden elders in deze wijk. Nou is er in die wijk op
dit moment niet veel gerealiseerd, behalve een paar woningen, maar naar
onze mening dient het centrum wat in de wijk Albano is gepland dient te zijn
een multifunctioneel centrum waarin zowel de gezondheidszorg als het
sociaal-cultureel werk plaatsvinden en gelet op de afstanden die er zijn
is het naar onze mening aanvaardbaar dat de voorziening mede dienstbaar wordt
gemaakt aan de bewoners van de wijk Pagnevaart. De vierde opmerking, dat is
de mooiste;"De aanbeveling met betrekking tot de beleidsbeslissing om de
financiële condities voor de realisering van buurtvoorzieningen veilig te
stellen zal afgewogen moeten worden binnen de financiële mogelijkheden van
de gemeente.". Een waarheid als een koe en mijn fractiegenoot heeft ten
aanzien van het sociaal-cultureel plan eigenlijk al dezelfde opmerking ge
maakt. We willen tijdig iets weten, mijnheer de voorzitter. En als we
tijdig iets weten dan krijgen we de mogelijkheid om daarop in te spelen. Ik
kom dan tot het preadvies, waarin een opmerking staat, de enige die ik eruit
wil lichten over een plan van het college voor het instellen van een ambte
lijke werkgroep. Ons antwoord daarop is: College, u doet maar. Ambtelijke
werkgroepen zijn niet ter beoordeling aan de raad of u die wilt instellen.
In feite werkt u als het goed is altijd, wanneer er verschillende disciplines
van de secretarie ergens bij betrokken zijn, werkt u altijd met ambtelijke
werkgroepen. Er -'.zijn meerdere ambtenaren, of meer disciplines die moeten
adviseren. U doet maar, maar dat is voor ons in ieder geval niet voldoende.
V/ij willen wel degelijk een terugkoppeling naar op dit moment de enige
commissie die naar onze mening daartoe is, mede is ingesteld en dat is de
welzijnscommissie en zouden we dan eigenlijk geen voorstel in deze zin
willen zien, in de zin van het akkommodatieplan zonder dat daar bij de welzijns-
commissie is betrokken, in adviserende zin. Een zijdelingse opmerking mijn
heer de voorzitter, die ook geldt bij andere commissies zou eigenlijk aanbeve
ling verdienen wanneer de commissies wat meer gingen werken met op schrift
gestelde adviezen die dan ook ter inzage gelegd kunnen worden bij de raad
en dan weten wij, die niet in zo'n commissie zitten, ook weer iets. Dan kom
ik tot de conclusies en aanbevelingen, voorzitter. Op pagina 18, op de voor
laatste alinea daar is geslopen bij een aantal functies of werksoorten die
zijn opgenomen, ook de gezondheidszorg. Ik hoor graag van de wethouder wat
dat daar doet, tenzij hiermee wordt vooruitgelopen op Albano, maar dat
klopt dan weer niet omdat er over de capaciteit van het gemeenschapshuis
wordt gesproken. Voor wat betreft het beheer van de akkommodaties en dan zit
ik midden op pagina 19* zitten we nogal wat in de moeilijkheden. Wij zijn
een voorstander om het beheer in handen te geven van een beheerscommissie
ex artikel 61. Daarbij overigens niet zoals teruggevonden wordt samengesteld
uit gebruikers en leden van de welzijnscommissie, maar uit gebruikers en
leden van de raad en of dat die toevallig ook in de welzijnscommissie zitten
dat merken we dan wel, maar wel een beheerscommissie en op dat moment komen
we wat in de knoei bij buurtvoorzieningen van en hoe doe je dan het feitelijke
zeg maar het dagelijkse beheer. V/e kunnen daar natuurlijk ook niet overal
betaalde krachten neer gaan zetten. Ik denk dat dat dus basis voor aardig
wat studie is om daar uit te komen. Ten aanzien van de jeugdvoorzieningen,
ik sprak al even over ten aanzien van de staat van de gebouwen en naar onze
mening, ik bedoel dus de jeugdhonken, zou wanneer gestreefd wordt naar ver
nieuwing van die akkommodaties toch moeten worden bezien bij die opzet of
dat als een algemene voorziening kan. V/e zijn het
dus eens met de wat vragende zin op pagina 20, maar die zouden wij dan
bevestigend willen beantwoorden. Ik denk dat ik er ben mijnheer de voorzitter.
Ook ik heb wat voorstellen neergelegd op schrift die aansluiten op wat ik
zoeven toelichtte.
De heer RENNINGS: Voorzitter, dames en heren, er is over de onderwerpen die
vanavond aan de orde zijn de afgelopen jaren al zoveel gesproken en ge
schreven dat ik mij vanavond veroorloof om me tot de hoofdzaken te beperken.
