-3- in ieder geval heel duidelijk blijkt dat er toch nog steeds een misverstand rondwaart. Ik begrijp dat misverstand niet. Ik heb zelf een aantal malen aan gegeven dat dat misverstand aanwezig was. De betreffende groep, het Internationaal Komitee, vraagt om een permanente huur van een gedeelte van het gebouw, terwijl wij er in eerdere stadia van bespreking het erover eens waren dat dat gedeelte afgescheiden moet zijn van de rest. De reden waarom het dan op alle mogelijke manieren misloopt, dat is omdat er geen beheer is, maar als de vraag wordt be antwoord zoals die is gesteld, die permanente huur met het afscheiden van die beatkelder van de rest van het gebouw, Fidei et Arti, dan is dat beheer niet nodig. Ik denk dat dat een crusiaal punt is en daar wordt op alle mogelijke manieren omheen gegaan. Als ik er nog bij mag voegen - maar dat heeft u ongetwijfeld in het college al vernomen - dat er over het akkommodatiebeleid nogal iets gezegd is bij de bijeenkomst over het sociaal-kultureel plan ja, dan kan ik het eigenlijk wel hierbij laten met dan uiteraard het voorstel om dan in een later stadium, maar niet een te laat stadium, nu eens echt op deze zaak in te gaan en ik denk dat we dan kunnen kiezen tussen twee dingen: de volgende raadsvergadering als agendapunt of eerst nog de commissie voor algemene en bestuurlijke zaken. De heer RENNINGS: Ja, voorzitter, de twee brieven maken nog eens duidelijk de noodzaak voor ruimte voor het Internationaal Komitee, mede naar aanleiding van deze suggesties maar ook naar anderen is een tijd geleden - ik dacht in de mei-vergadering van de commissie voor algemene en bestuurlijke zaken - gesproken over de totale problematiek, over de verhuur van de gemeentelijke gebouwen die voor dit soort aktiviteiten „mogelijk een oplossing zou kunnen bieden. Er zou geïnventariseerd worden wat voor mogelijkheden er elders in de gemeente nog zijn. Als ik dan bovendien kijk naar de algemene ruimtebehoefte. Ik heb een tweetal vergaderingen bijgewoond over het welzijnsplan en die zijn voor meer dan de helft gevuld om een verzoek om ruimte voor aktiviteiten, dan wil ik stellen dat we nu toch nadrukkelijk behoefte hebben om een algemeen inzicht van wat is de situatie, wat voor mogelijkheden zijn er op korte termijn Welke voorzieningen kan de gemeente aanleggen om weliswaar in, maar dan op een andere wijze de gebouwen te benutten, maar dat niet nog langer we aan de ene kant gebouwen beschikbaar hebben die gedurende lange tijden leeg staan en aan de andere kant mensen die grote behoefte hebben aan ruimte. Ik zou dan bij zonder toch prioriteit willen vragen voor het Internationaal Komitee. Ik denk dat we langzamerhand een leefgemeenschap in Oudenbosch hebben die toch recht heeft op een stuk ruimte voor eigen cultuur. Ik weet dat het particulier ini tiatief daar inmiddels een bijdrage inlevert in de zin van St. Louis en St. Anna. Ik zou aan willen dringen op in ieder geval dit jaar, zo mogelijk in de november-vergadering, een nota van het college over de ruimtelijke situatie ten aanzien van sociaal-kulturele aktiviteiten en daar dan de aktiviteiten van het Internationaal Komitee onder gerekend, welke mogelijkheden heeft de gemeente en welke mogelijkheden kunnen door eenvoudige voorzieningen optimaler benut worden. De heer VAN HOOF: Mijnheer de voorzitter, ik steun het voorstel van de heer Rennings om dat onderzoek naar die algemene vraag naar behoefte aan ruimte maar daarmee zijn naar mijn mening de stukken die nu ter inzage liggen over het Internationaal Komitee over de huur en verhuur van de betreffende ruimte, voor mij alleszins op dit moment afgedaan. Ik heb daar een brief gelezen van het Internationaal Komitee, waarin ze het gesprek bevestigen. De VOORZITTER: De brief onder 18, die de heer Van der Graaf erbij betrok. De heer VAN HOOF: Nou ik heb daaruit geconcludeerd dat dat probleem in ieder geval opgelost is als zodanig. Dus ik zie niet waarom we daar nu weer op terug zouden moeten komen. Nogmaals ik onderstreep het onderzoek naar de algemene behoefte als zodanig, maar dit punt leek mij als zodanig afgedaan. De heer WIJNEN: Ongetwijfeld kunt u toch ingaan op de voortgang en de toegezegde medewerking die de stichting gemeenschapshuis heeft geboden aan de voortgang daarin om de permanente ruimte ter beschikking te stellen zoals dat in onder ling overleg geregeld zou worden. Volgens de brief onder punt 18. De VOORZITTER: Allereerst de vraag van de heer Van der Graaf met betrekking tot die andere brief. Dat klopt, die brief was gericht aan de leden van de gemeente-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1980 | | pagina 92