-22- De VOORZITTER: Daar is hij van op de hoogte De heer VAN EIJKERENJa. De VOORZITTER: Met betrekking tot de andere vragen. Zekerheid omtrent verdere plannen is er niet te geven. Wat dat betreft kan ik u geen uit sluitsel geven. Ook met de intensievere bebouwing waarover wij in de commissie algemene en bestuurlijke zaken met elkaar gesproken hebben is er nog geen mogelijkheid voor het Bouwfonds Zuidnederlandse Gemeenten om samen met de woningstichting te komen tot een exploitabele opzet. Daarvoor zal het totaal bedrag van de kosten en of dat nou uit de verwerving komt of uit een subsidie zal omlaag moeten. Dat is reden geweest om ons te verstaan met de hoofd ingenieur-directeur volkshuisvesting, de man die eigenlijk bij de stads vernieuwingssubsidie toch wel de dikste vinger in de pap heeft. Daar hebben we te horen gekregen dat we voor 198O-1981 niet op een subsidie hoeven te rekenen. Dan zou er een wonder moeten gebeuren, maar naar zijn idee zit er dat niet in. Voor verdere jaren doet hij geen uitsluitsel of geeft hij geen uitsluitsel, omdat hij er geen zicht op heeft of en hoeveel middelen er dan komen en hoe die middelen verdeeld worden, want er staat met de nieuwe wet op de stadsvernieuwing ook nog een verandering te gebeuren zodanig dat G.S. de middelen gaat verdelen. Het betekent dat met betrekking tot de uit voerbaarheid op dit moment er weinig uitziaht is. Om voor subsidie in aanmerking te komen moet er een goedgekeurd bestemmingsplan zijn en u herin nert zich, het bestemmingsplan zoals dat door de raad was vastgesteld werd niet goedgekeurd omdat daar geen sluitende exploitatie aan ten grondslag lag. De oplossing die daarvoor nu wordt aangedragen door de commissie stadsvernieuwing en door de gedeputeerde Siepman is om een invulling te maken met een uitwerkingsbevoegdheid omdat je dan onmiddellijk op het krijgen van de subsidie in kunt springen. Aan de stedebouwkundige is gevraagd om daarvoor te zorgen. Te zorgen ook voor dat de termijn van de ter visie legging dus die termijn van een jaar afloopt, maar dan heb je natuurlijk geen enkele zekerheid met betrekking tot de mogelijkheden ter plaatse waar mevrouw Timmermans woont. Ik denk dat we wel in alle redelijkheid kunnen zeggen dat als je daar een totaalaanpak maakt dat was toch wat we met elkaar wilden, dat je dan daar straks het pand van mevrouw Timmermans daar niet zult terug vinden, want dat zou dan zo ongeveer in het midden staan. IJ herinnert zich dat de commissie stadsvernieuwing bezwaar had tegen het slopen van de eerste huizen die links vanaf de Markt komend in de Brouwerijstraat staan. Dat die kwalitatief goed zijn en ook voor een plan niet persé weg hoeven. Je kunt daar het plan wel op aanpassen. Een huis aan het einde zomaar midden in een plan laten staan zal natuurlijk niet haalbaar zijn. Dus het plan daar aan aanpassen zal niet zo eenvoudig zijn. Ik denk dat het te zijner tijd tegen een duurdere prijs aangekocht zal moeten worden. Nou als we zeggen dat we dat maar doen terwille van de zekerheid voor mevrouw Timmermans. Dat kan. De raad kan dat besluit nemen. De raad kan ook zeggen dat het wel vervelend is voor mevrouw Timmermans, maar dat die beschermende werking die ooit beoogd is doorgezet kan worden omdat we toch met elkaar weten dat daar iets anders gaat komen en die beschermende werking is er om dan ont wikkelingen tegen te gaan die strijdig zijn met wat je er straks wilt hebben en die dat eigenlijk weer duurder maken dan noodzakelijk is. Met betrekking tot de opmerking over de aanduiding, daar heeft de heer Van der Graaf gelijk in. Dat is een woning, zeker in de sfeer van het bestemmingsplan, want daar praat je over een woning of over een bouwwerk. Met betrekking tot het vol doen aan de eisen. Nou ik wil wat dat betreft graag de opmerking van de heer Van der Graaf over de bereidheid om aan die eisen te voldoen onder strepen, maar ik wil erop wijzen dat wij als B. en W. ook gezegd hebben we willen wel meewerken daar waar het gaat om die noodoplossingen om in ieder geval wat dat betreft ook aan de situatie een bijdrage te verlenen, omdat wij ook best begrijpen dat je er van vandaag of morgen niet meteen mee kunt stoppen. De opmerking van de heer De Haas ja, die past eigen lijk meer in de sfeer van de rondvraag over dat illegaal bouwen. Ik neem aan dat we dat toch wel op korte termijn in B. en W. aan de orde krijgen, maar ik zeg de heer De Haas graag toe dat we dat nu in ieder geval zullen doen.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1980 | | pagina 80