-30- Er ligt geen financiële paragraaf bij als dekkingsplan. Het is zo, u hebt dat uit de stukken kunnen zien, dat eigenlijk pas na de commissie vergadering van de commissie algemene en bestuurlijke zaken van oktober een voorstel gedaan is wat tot de uiteindelijke transaktie heeft kunnen leiden. Pas vanaf dat moment is er enig zicht op de consequenties. Die hebben nogal uit elkaar gelegen. Er is van de zijde van het werkvoorzienings schap in ieder geval de indruk gewekt dat bij een aanvaardbare prijs graag zelfs zeer graag gegadigden waren. Natuurlijk zijn de kosten van het object best wel belangrijk, maar als je dat dan vergelijkt met de kosten die zij er graag voor maken, te weten een - hoe heet dat - hoveniersmeester, waarmee ze dan een aantal arbeidsplaatsen juist in de sfeer waar ze die graag hebben kunnen krijgen, neem ik aan dat dat niet op problemen zal stuiten. Ik denk dat de wens dat wij de rentelast opgebracht krijgen dat die zeker op zal gaan. De vraag is of je dat ook met betrekking tot de tuinbouwschool kunt realiseren. Of we dat als eis moeten stellen om een stuk aan de tuinbouwschool in gebruik te geven is een zaak van de raad. Daar komen we dan vanzelf toch nog wel op terug in de commissie algemene en bestuurlijke zaken, voordat er verhuur plaatsvindt, maar we hebben met elkaar de intentie uitgesproken om de functie van de tuinbouwschool een wat zwaarder karakter te geven doordat een in West-Brabant vakante opleiding op lager beroepsniveau voor de boomkwekerij gepoogd zou worden naar Oudenbosch te halen en ik neem aan dat de lasten die daar tegenover staan en dan praat je over een orde van grootte van 15.000,dat die ook door het schoolbestuur op te brengen zullen zijn als ze zo'n extra opleiding erbij krijgen. In ieder geval is ook aan de zijde van de directie van de tuinbouwschool enthousiasme te bespeuren over het feit dat ze die mogelijkheid krijgen. Dus dat in feite gestalte kan worden gegeven aan een intentie die eerder in de raad is uitgesproken toen het ging om het handhaven van de bestemmingen, zowel op het veilingterrein als op dit terrein. Met betrekking tot de opmerking van de heer Van Eijkeren. Als het gaat waar je de prioriteit aangeeft. Als je zegt we hebben dat gebruik gehandhaafd om die tuinbouwschool optimaal te kunnen laten functioneren. We accepteren daar nu bij dat er ook nog voor een stuk het werkvoorzienings schap een goede functie mee kan vervullen. Dan is de vraag of zich daarmee verdraagt de invulling van een voetgangers-danwel een rijwieloversteek, maar ik wil graag toezeggen dat we die bezien, die mogelijkheid. Ja, ik dacht dat ik daarmee de vragen beantwoord had. De heer VAN HOOF: Ja, een enkele opmerking mijnheer de voorzitter. Het komt toch in deze raad voor dat we om mindere bedragen ons in feite toch erg druk maken wat de financiële consequenties zijn van investeringen. Ja feite lijk varen we nu alleen maar op enthousiasme van instellingen en instituten. Ik vind dat eigenlijk een te geringe basis. Van de andere kant besef ik ook wel dat ik als eenling daar weinig aan zal kunnen veranderen al ben ik toch stellig de mening toegedaan dat het niet de stellige gedragslijn van deze raad moet zijn om dergelijke bedragen uit te geven zonder dat de financiële consequenties voldoende bekend zijn. De VOORZITTER: Ik denk, mijnheer Van Hoof, dat als u zegt ze staan niet op papier en het is niet waterdicht dat u gelijk hebt, maar ik denk dat we met elkaar kunnen zeggen dat de risico's te overzien zijn en we hebben in de commissie algemene en bestuurlijke zaken - ik hoop dat ik dat goed vertaal - naar een stukje snelheid willen streven ook, vanwege de omstandigheden. Kijk je kunt wel waarden toekennen aan die opstand, daar zijn - u hebt dat gelezen - twijfels over geuit, maar je moet wel zorgen dat als je daar een waarde voor wilt krijgen dat je er mee op de markt komt op een tijd dat het inderdaad ook iets is waar behoefte aan is. Als je het hartje zomer doet, dan wil er niemand belangstelling voor tonen. Nu kunnen we als we het besluit nemen in ieder geval gedaan krijgen dat we in een plantseizoen met de opstand daar op de markt komen en dan kan het daarna in gebruik genomen worden voor het doel waarvoor we het bedoelen. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1980 | | pagina 232