-10-
beschouwing dit jaar van mijn kant. Ook daarin heb ik gepoogd te matigen.
Ik wil eindigen met de toezegging aan uw college dat ik het beleid weerge
geven in de begroting 1981 met investeringsprogramma zal steunen.
De VOORZITTER schorst de vergadering voor de koffiepauze.
Na opheffing van de schorsing geeft de VOORZITTER het woord aan:
De heer WIJNEN: Mijnheer de voorzitter, de welvaartsituatie is in het afgelopen
jaar niet beter geworden. Ook in onze gemeente hebben we sporen van de
economische teruggang kunnen zien. Bij enkele reeds lang hier gevestigde bedrij
ven ontstond er onzekerheid over het voortbestaan, voor enkelen werd faillissement
aangevraagd. De onzekerheid over het behoud van de werkgelegenheid is dan ook
een stuk groter geworden. Voor een groot aantal werknemers en hun gezinsleden
zijn de gevolgen merkbaar geworden. Het is duidelijk dat op korte termijn
een verbetering in de economische situatie dient in te treden om niet het
spookbeeld van de dertiger jaren op te roepen. Ook door overheidsbeslissingen
werden de levensomstandigheden in onze gemeente nadelig beïnvloed. De vorig
jaar nog kleine kans om het ziekenhuis hier te houden lijkt wel helemaal ver
keken. Kort na de algemene beschouwingen van het vorig jaar bleek dat de ont
wikkelingen op bestuurlijk niveau zo ver waren voortgeschreden dat het denken
aan het behoud van het ziekenhuis niet meer realistisch was. Door omstandig
heden gedwongen moesten wij daarom gaan pleiten om de voorzieningen als een
buiten-polikliniek en een diagnostisch centrum ten behoeve van huisartsen
veilig te stellen. Tot op heden zijn er echter geen vorderingen gemaakt bij
het onderzoek waarbij de bevolking haar wensen kenbaar kan maken. Ook de aan
passingen van het ziekenhuis te Roosendaal zijn uitgebleven en evenmin is de
bereikbaarheid verbeterd. De voorgenomen verplaatsing van de M.H.N.O.-school
naar Roosendaal kon gelukkig nog niet worden uitgevoerd. Het gebrek aan
beschikbare middelen voor een nieuw schoolgebouw is daarbij van overwegende
invloed. Toch verdient het aanbeveling om hier een dependance van de school
te behouden. Inmiddels is ook een dreigende verplaatsing van de Pedagogische
Academie over ons gekomen. Niet de gedachte dat daarmee de belangen van de
leerlingen zijn gediend, maar veeleer de vorming van grootschalige voorzieningen
schijnt hierbij voorop te staan. Naar onze mening leiden de genoemde concen
traties tot onoverzienbare bedrijven waarin de mensen als persoon in ten onder
dreigen te gaan. Deze geforceerde oriëntering op Roosendaal vormt een be
dreiging voor de bestaansmogelijkheden voor de plaatselijke diensten en winkel
nijverheid.
Het is van belang om voor de moeilijkheden die uit deze verhuissituatie voort
kunnen vloeien ook op Rijksniveau aandacht te vragen. Het toekennen van groei-
klasse k aan onze gemeente bij de uitwerking van het streekplan dient toch een
basis te vormen om hierop in te kunnen gaan.
Het overleg van de raad en van de commissies met het college heeft zich in het
algemeen tot onze tevredenheid ontwikkeld. Met belangstelling wachten wij de
ervaringen met het spreekrecht van het publiek in onder andere commissieverga
deringen af. Ook het verschaffen van meer informatie over de agendapunten aan
de burgers vinden wij van groot belang. Over de wijze van beheer van de sport
accommodaties bestaat nog steeds geen duidelijkheid. Al enkele jaren wordt
het beheer van de kostbare sportaccommodaties niet naar behoren uitgevoerd.
De verhouding tussen de gebruikers en de gemeente is niet altijd duidelijk om
schreven, terwijl het overleg soms erg omslachtig verloopt. Het zal daarbij
niet voldoende zijn om deze zaak bij het voorbereidend en het uitvoerend niveau
op het gemeentesecretarie aan de orde te stellen, ook op bestuurlijk niveau
zal er meer coördinatie vereist zijn. De vraag is daarbij,of de sportaccommo
daties onder één of onder beide wethouders zullen gaan vallen. Een tijdige
bezinning hierop en overleg met de gebruikers lijken ons hierbij gewenst.
Met verbazing zagen wij dat er voor de vervanging van het secretarie-personeel
geen voorzieningen zijn getroffen. Vooral in verband met de toegenomen hoe
veelheid werk van beleidsvoorbereidende aard onder andere als gevolg van de toe
nemende decentralisatie dient er een duidelijk vervangingsschema te komen.
Het uitvallen door ziekte mag niet leiden tot een zekere roofbouw op de over
blijvende of tot onaanvaardbare vertragingen bij de uitvoering Een voor-