-7-
Om hoeveel woningen gaat het daar en worden die woningen werkelijk gebouwd
Wij zouden graag een totaalbeeld hebben van de situatie.
Wij gaan akkoord met de wijzigingen van de legesverordening.Of de strijdigheid
met de wet openbaarheid bestuur pas ontstaat als er op grote schaal gebruik wordt
gemaakt van die wet, komt ons wat onlogisch voor. Enfin, u ook anders dan stelde
u geen wijziging voor.
Het voorlichtingsbeleid heeft onze instemming niet. Wij trachten dit te beoordelen
als moesten we het net als de meeste burgers hebben van wat tot ons komt en
dan zien we geen veranderingen, die de grote uitgaven daarvoor rechtvaardigen.
Maar ja, we hebben begrepen dat de meerderheid van de raad het nog even wil
aanzien. Als het college vanuit haar bevoorrechte positie zo nu en dan eens
af zou dalen naar het ondermaanse dan zou zij niet zo luchthartig het drugs
probleem ontkennen, respectievelijk bij een ander op het bord leggen. Evenals
dat het geval is ten aanzien van alcohol is ook hier waakzaamheid, óók van de
kant van de gemeente, geboden.
Politiedwang gaat blijkens het voorstel van B. en W. een alledaags verschijnsel
worden in de Oudenbossche samenleving. Gemeenten die vijf keer zo groot zijn
als de onze, doen het met één vijfde van het bedrag dat het college nu voor
stelt. Daarbij is het ons inziens al te simplistisch gedacht dat de inkomsten
even hoog zullen zijn als de uitgaven. IJ moet de mogelijkheden van verhaal niet
overschatten. Wij zouden trouwens graag van u vernemen of er dergelijke kosten
zijn gemaakt inzake het geval Nattestraat 5a. Nu het college zelf toegeeft dat
de kosten voor de uitvoering verordening logeerinrichtingen aanzienlijk te hoog
is, zullen wij in onze financiële beschouwingen een voorstel doen deze post
fors te verlagen. In dit verband moeten wij overigens nog opmerken dat u eens
op zoek zou moeten gaan naar een ander woord voor de term "bouwpolitie".
Zoals u ook eens wat zuiniger zou moeten zijn op onze fondsen, want het maakt
een uitermate slordige indruk dat u zomaar het fonds "gladheidsbestrijding"
kwijt bent en het was ons toch al opgevallen dat er in de ontwerp-begroting
deze keer zoveel fouten zaten.
Mijnheer de voorzitter, ten aanzien van de subsidie aan S.O.J.O. via het maat
schappelijk centrum zegt het college in zijn antwoord dat de subsidieverorde
ning in deze niet werkt. Maar dat is de zaak op zijn kop zetten. Het raadsbesluit
om de subsidiëring aan S.O.J.O. in de verordening in te passen werkt niet,
zoals dat ook niet zou werken voor het maatschappelijk centrum, de bibliotheek
enz. In één van de rapporten voor het welzijnsplan wordt de raad het verwijt
gemaakt niet te weten waarom men subsidieert. Dat blijkt te kloppen. Reeds
vanaf 1972 ontvangt S.O.J.O. subsidie via het maatschappelijk centrum. Nu - acht
jaar later - kunnen we nog niet aangeven waarom dat is.
Wij stellen het op prijs mijnheer de voorzitter, dat het college onze stelling-
name volgt dat daar waar sprake is van decentralisatie van welzijnsbeleid niet
meer mag worden gesproken van doorbetaling van de rijksbijdrage. Maar het gaat
ons niet alleen om die woorden, het gaat ons met name om de verantwoordelijkheid
die nu op tafel van de gemeente ligt om inhoud en doelmatigheid van de aange
vraagde subsidies te beoordelen. Vandaar ook dat wij nadrukkelijk vaststellen
dat ook de Stichting Muziekschool net als de andere gesubsidieerde instellingen
een beleidsplan en begroting aan de raad moet voorleggen. Het is ons opgevallen
dat het lezen op de secretarie niet voldoende wordt beoefend. Datgene dat u
na informatie bij de plaatselijke bibliotheek bleek ten aanzien van de verla
ging van de rijksbijdrage met 5had ons inziens ook binnenshuis bekend moeten
zijn. Dat laatste geldt ook voor de meerkosten van het decentralisatiebeleid.
U moet toch weten dat van C.R.M. geen bijdrage in de lastenverzwaring mag
worden verwacht. En blijkens de begroting zal ook binnenlandse zaken het geld
niet op tafel leggen. Mijnheer de voorzitter, naar ons uit uw antwoord blijkt
heeft het college een nieuwe huurder gevonden voor de ontmoetingsruimte van de
sporthal. Ook geeft u aan reeds een contract met deze nieuwe huurder te hebben
afgesloten. Wij vragen ons af of dit tot de taak van het college van B. en W.
behoort. Weliswaar is de verhuur van sportaccommodaties aan B. en W. gedelegeerd
bij ons weten echter niet die van de ontmoetingsruimte. Het is ons op dit
moment niet duidelijk of de bedongen huur van 25.000,een enigszins reëel
bedrag te noemen is. Wij kennen de omzetcijfers niet en dat is toch het enige
