-2- moet ik u wel zeggen dat op die gronden mijn fractie het in ieder geval niet eens kan zijn met deze brief. Dus goed volgend niet een brief, maar wel met deze brief. Een opmerking toch nog over de inhoud, maar dan niet zozeer over de inhoud van het probleem, maar wel ten aanzien van het slot waarin - eigenlijk ademt de hele brief die gedachte een beetje uit - het slot van die brief waarin u de raad een advies wil laten geven aan de Raad van State en dat lijkt me onjuist. De gemeenteraad treedt op als verweerder en dient een ver weerschrift in;dat is ook de vraag van de Raad van State. Ik denk dat de Raad van State geen behoefte en geen boodschap heeft aan het advies van deze raad. Ik denk dat wij uitsluitend moeten doen wat gevraagd is: een verweerschrift leveren. Dat is ook het enige wat ik over de inhoud zou willen zeggen. De VOORZITTER: Mag ik daaruit concluderen dat u eigenlijk zegt in de geest van de besluitvorming in de raad past om in plaats van "adviseren" te zeggen "vragen wij u het beroepschrift ongegrond te verklaren". De heer VAN DER GRAAF: Ja, dat is algemeen in een rechtsgeding gebruikelijk. De heer VAN HOOF: Ja, mijnheer de voorzitter, in de brief van de Raad van State daar wordt voor wat de precedentwerking betreft dat wordt met een zinnetje afgedaan. Daar wordt gesteld dat er wel duidelijk een precedentwerking zou aanwezig zijn. Ik vind dat dat te magertjes tot uitdrukking komt. Ik zou u eigenlijk willen vragen of het mogelijk is dat mogelijk alle stukken die betrekking hebben op het betreffende voorstel van indertijd, dat die meege stuurd worden zodat ook de Raad van State een duidelijk inzicht krijgt wat op hetzelfde perceel en onder hetzelfde geldende bestemmingsplan eerder is afgewerkt door de raad. Ik dacht dat dat ter verduidelijking van het De VOORZITTER: Waar doelt u dan op De heer VAN HOOF: De wijziging die indertijd gevraagd is door de heer Lips om het bouwen van een woning De VOORZITTER: Dat was niet onder het bestemmingsplan Buitengebied hè. Nee, maar misschien wel onder het voorbereidingsbesluit, dat is dezelfde bescher mende werking. Nou, ik heb er geen bezwaar tegen. Als uw raad zegt dat stellen we op prijs dan gaan die er ook bij. De heer VAN DER GRAAF: Mijnheer de voorzitter, mag ik nog even een kleine toevoeging doen aan wat ik zoeven zei, want dat lijkt me vrij correct. Ik had het al wel in mijn hoofd om dat te doen, maar ik zou in ieder geval aan de raad voorzover nog niet bij geruchten was gebleken, willen mededelen dat ik als raadsman van de Gebr. Van Nassau optreedt en nou ja, ik hecht er gewoon aan om dat ook even in het openbaar te zeggen, opdat niet op de een of andere manier de schijno wordt gewekt alsof ik dat zou willen verheimelijken. De VOORZITTER: Nee, maar dat is verder voor de positie in de raad helemaal niet van belang hè. De heer VAN DER GRAAF Nee hoor, dat weet ik, maar het is Ja, anders moet je persoonlijke dingen ook wel eens een beetje in de gaten houden. De heer RENNINGS: Ofschoon ik bij de besluitvorming een andere mening had, denk ik dat ik de heer Van Hoof moet steunen, dat inderdaad dat zeker in eerste aanleg de overweging is geweest. De VOORZITTER: Nou, zullen we de stukken die betrekking hebben op Lips, de bouwaanvrage van de heer Lips en de aanvraag tot wijziging en eventuele andere - ik heb ze zo ook niet in het hoofd - die die precedentwerking zouden kunnen adstrueren, zullen we die toevoegen Besloten wordt: a. de stukken, vermeld onder 1 tot en met 7 en voor kennisgeving aan te nemen; b. de voorzitter van de afdeling Rechtspraak van de Raad van State te berichten conform bijgevoegde concept-brief, met inachtneming van de voorgestelde wijzigingen. 5. Behandeling der begroting 1981 van de algemene dienst en van de bedrijven. De VOORZITTER: Waarbij er dit jaar niet zo nadrukkelijk procedure-afspraken

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1980 | | pagina 204