-37-
instemmen. Dan blijft natuurlijk wel het probleem in hoeverre wij gewenst
vinden dat suggesties van anderen onze belangstelling hebben, maar dat zou ik
eigenlijk meer over willen laten tot een nader overleg - als dat kan - na
de instantie, voor dat deze zaken in stemming komen. Na een kleine schorsing
kunnen we het overleggen met de fractiegenoten.
Mevrouw KNIEP-KÖHNKE: Mijnheer de voorzitter, wij hadden dit stuk ook bestu
deerd en ik heb voldoende antwoord gekregen van de wethouder. Ik neem aan dat
het overal ook wel terug te vinden is. Ik ga mee met de heer Van Hoof dat hij
dat ook aan de commissie verder overlaat.
De heer VAN HOEK: Mijnheer de voorzitter, ik ben tevreden met de woorden van de
wethouder en wat het financiële gedeelte betreft, wacht ik rustig de ontwikke
lingen af.
De VOORZITTER: Als ik het goed heb dan zouden we tot besluitvorming kunnen
komen als wethouder Brouwers antwoord op de vraag die de heer Rennings hier
in het midden heeft gelegd en waarbij die een toezegging vroeg over dat
stelselmatig overleg en wellicht als de wethouder Brouwers reageerde op de
opmerking van de heer Van Hoof over dat initiëren. Ik dacht dat dat het enige
was wat in de tweede instantie nog vragelijk is gebleven. Dan zouden we daarna
kunnen overgaan tot de door de heer Wijnen gevraagde schorsing. Het maakt nou
eigenlijk niets meer uit, want we zijn nu toch al bijna 3 uur bezig, dus
Maar ik zou dan wel willen voorstellen om die schorsing tot een lutteltal
minuten te beperken. Daar neem ik van aan dat niemand daar bezwaar tegen heeft.
In het andere geval denk ik dat de raad terecht zegt van: moet dat nou op dit
tijdstip nog Dus mijn vraag is allereerst aan de wethouder Brouwers om
op die twee punten in te gaan.
De heer BROUWERS: Nou het eerste met betrekking tot de heer Rennings. Dan
geef ik de voorkeur aan een amendement zijnerzijds, omdat dat duidelijker maakt
wat hij bedoelt.
De heer RENNINGS: Onverkort uitgangspunt nummer 12 wordt dan uitgangspunt
nummer 3 van de Partij van de Arbeid.
De VOORZITTER: Dan nog een reactie op het initiëren of het niet weglaten van
"zoveel mogelijk" zo u wilt.
De heer BROUWERS: Ja, ik blijf daar toch problemen mee houden, voorzitter,
omdat primair is onze taak voorwaardenscheppend waar nodig activerend en
stimulerend.maar initiatieven, dat vind ik, dat moet voor de overheid behouden
blijven. Dat is helemaal niet socialistisch, dat is vanuit mijn eigen visie.
U zit zo te glunderen.
De heer VAN DER GRAAF: Ik verdenk u ook helemaal niet van socialisme; schei
nou uit
De VOORZITTER: Mevrouw, heren, mag ik u voorstellen om voor een drietal minuten
- mij lijkt dat dat nou na de beraadslaging die we achter de rug hebben vol
doende is - de vergadering te schorsen. Ik laat over drie minuten de hamer op
nieuw vallen.
De VOORZITTER schorst de vergadering.
Na opheffing van de schorsing stelt de VOORZITTER:
Wij moeten allereerst, want ik denk dat dat het meest ver strekt, nee ik weet
zeker dat dat het meest verstrekkende voorstel is, het voorstel van de heer
Den Braber in stemming brengen om het voorstel zoals de Partij van de Arbeid
dat gedaan heeft in zijn totaliteit over te nemen.
De loting wijst aan dat de heer Du Pont (nr. 7 van de presentielijst) als
eerste stemt.
De stemming heeft tot resultaat:
Tegen genoemd voorstel stemmen de leden: Du Pont, Mol, Rennings, Kop Jansen,
Van Hoek, Kniep-Köhnke, Kok, Van Hoof, Van Elzakker, Wijnen en Brouwers.
Voor genoemd voorstel stemmen de leden: Van Eijkeren, Van der Graaf en Den
Braber.
Het voorstel is derhalve met 3 stemmen voor en 11 stemmen tegen verworpen.
De VOORZITTER: Het is de heer Den Braber voorbehouden om als dit het geval zou
zijn nog met amendementen te komen.