-26- wijze waarop het gedaan is en het zegt niks over de kwaliteit van het werk zoals dat is uitgevoerd. De vakature is niet opgevuld in afwachting van het resultaat van het organisatie-onderzoek. Ik kan u niet zeggen welke taken zijn blijven liggen. Dat weet ik zo niet. Het is wel mogelijk om dat nog eens na te gaan en er later bij u op terug te komen, bijvoorbeeld in het kader van de bespreking van de rapportage over het organisatie-onderzoek als die afgerapporteerd wordt. Ja, de opmerking met betrekking tot de rioolretributie, daar verwacht u volgens mij ook helemaal geen reactie op. Mag ik begrijpen dat u sorry, de heer Wijnen. De heer WIJNEN: Ik dacht dat het U kunt wel zeggen het is in eigen beheer uitgevoerd en het levert die besparing op. Je kunt ook zeggen van we hebben er minder aan gedaan omdat we er met eigen mensen aan geprobeerd hebben te werken. In vergelijking tot voorafgaande jaren moet in ieder geval geconstateerd worden dat het werk aanmerkelijk minder is opgeleverd. Dus wat dat betreft of in ieder geval tot nog toe is er heel weinig aan gedaan. We kunnen nog de zaak inhalen maar voor dit jaar zijn de sporen daarvan nog miniem. Dat heb ik meerdere malen gehoord en ik dacht ook dat dat ter kennis gebracht was van de betreffende uit voerders op het gemeentehuis. De VOORZITTER: Nou ik zal in ieder geval het signaal meenemen. Ik weet niet-..w. De heer DU PONT: Ik weet niet wat de heer Wijnen bedoeld, maar ik kan me herinneren dat toen wij met de commissie openbare werken rond geweest zijn dat de directeur toen aangegeven heeft dat er een andere manier is gebruikt ter bescherming van het milieu. Dat men dus met die cirkelmaaier of hoe heet zo'n ding, de bovenkanten gemaaid heeft, maar dan moet dus een bepaald gedeelte blijven staan, bewust. De VOORZITTER: Dus er liggen nog bepaalde overwegingen aan ten grondslag ook, maar ik denk dat we De heer DU PONT: Met die rondleiding met de commissie openbare werken is dat duidelijk door de directeur nog toegelicht. De VOORZITTER: Hartelijk dank mijnheer Du Pont. Ik denk dat als er aanleiding is om het nog eens aan de orde te stellen, dat we dat het beste in de commissie openbare werken kunnen doen. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 1^. Voorstel tot toekenning van subsidie in de restauratiekosten 1980 van de basi- liek ten behoeve van de Stichting Behoud Basiliek/87e wijziging gemeentebegroting 1980. De heer VAN HOOF: Ja, mijnheer de voorzitter, ja, ik weet niet of dit het juiste moment is, maar ik dacht eigenlijk wel dat nu dit voorstel voor ons ligt om subsidie te verlenen in de kosten van de restauratie. Ik dacht dat het toch ook alleszins goed was om vanuit deze raad aan degenen die gestalte gegeven hebben aan de viering van het 100-jarig bestaan van de basiliek, om daar ook vanuit dit college waardering voor uit te spreken zowel aan de stichting behoud basilibk als aan het K.N.O.V. Mijnheer de voorzitter, ja ondanks dit 100-jarig jubileum De VOORZITTER: U bent wel een heel eindje van het agendapunt af hè. De heer VAN HOOF: Nou ik kom nu terug op het agendapunt, mijnheer de voorzitter. Aan de toekenning van de subsidie dan herhaal ik de reeds meerdere malen gestelde vraag van waar blijft de accountantsverklaring die al even zovele malen is toe gezegd dat daaraan gewerkt zou worden. Ja, het is misschien vervelend dat ik die vraag stel, maar toch ook al heeft de basiliek 100-jaar bestaan. Ik vond toch dat ik die vraag mocht stellen. De VOORZITTER: Nou die lof zal wel overkomen naar degenen die het aangaat. Met betrekking tot die accountantsverklaring maakt u die opmerking heel terecht. De stichting behoud basiliek heeft de stukken over vele voorgaande jaren al, die jaren die niet gecontroleerd zijn, aan de accountant ter beschikking gesteld. Het is daarom geen karwei wat alleen maar een jaar betreft, maar een aantal jaren. Het is in bewerking. Ik wil er nog wel eens op aandringen met de andere pet op dat het afgewerkt wordt. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. •15. Voorstel tot beschikbaarstelling van een krediet voor de aansluiting van

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1980 | | pagina 115