-kG-
agendering en anderzijds natuurlijk aan de mensen die daarin zitten door
de verdere zaken die daar aan de orde komen, dat die er niet meer op terug
gekomen zijn. Ik zou daar van u nu toch iets meer over willen horen en
als het enigszins kan de toezegging maar dan een die ook in de besluiten
lijst terecht komt. Anders lopen we het gevaar dat hij toch weer zoekraakt.
Dat daar op zeer korte termijn als dat nog mogelijk is voor woonlob A
maar ik kan me zeker voorstellen dat voor de beide andere nog te reali
seren woonlobs deze zaak nog bekeken kan worden.
De heer VAN HOOF: Een korte opmerking, mijnheer de voorzitter. We gaan op
dit moment weer gelden doorgeven aan de woningstichting St. Bernardus en
wel voor de bouw van in principe 90 woningwetwoningen. Woningwetwoningen
die volgens de berekeningen een huur moeten op gaan brengen van kj>2,30.
Geen onaanzienlijk bedrag voor onze Oudenbossche burgers die daarop zijn
aangewezen. Ik heb dat al meermalen gedaan. Ik zou u op het moment dat
dit project van start gaat duidelijk toch aandacht willen vragen voor de
controle op de kwaliteit van deze woningen. Dat in ieder geval voor
dat toch al niet onaanzienlijke bedrag toch de mensen navenant kwaliteit
krijgen.
De heer RENNINGS: Het gaat om een bouwplan van 90 woningwetwoningen. We
krijgen op dit moment toestemming over te gaan tot de gunning van het
bouwplan. Maar dat 50$ ten laste van 79 en 50$ ten laste van 80 betekent dat
dat we volledig groen licht hebben voor die 90 woningen, dus dat daar met
de bouw nu begonnen kan worden. Of moet ik daar toch een klein beetje rekening
mee houden dat het welliswaar gegund kan worden maar dat de helft van de
bouw pas nu kan starten en de andere helft tijdelijk wordt opgeschort. In
het laatste geval zou ik bij u willen aandringen dat u alles in het werk
stelt om die periode van opschorting tot een uiterst minimum te beperken.
En dit doe ik dan met name ten behoeve van de gegevens die u mij voor de
vergadering ter hand hebt gesteld, ook mijn collega-raadsleden en dat wij
hoe kan het ook anders door die 389 woningzoekenden op dit moment hebben.
De VOORZITTER: Met betrekking tot de opmerking van de heer Van Eijkeren.
Ja, hij las voor dacht ik uit die notulen, dus het zal wel kloppen. Ik
moet u zeggen dat ik het me niet herinner. Het is wel zo dat binnen de
woningstichting al geruime tijd pogingen worden gedaan om de participatie
van de zijde van de bewoners te structureren. Merkwaardigerwijze loopt
zelfs anno 1979 nog nauwelijks iemand hard om dat dan inderdaad te doen.
Daar zal het bestuur van de woningstichting zich op moeten bezinnen. Ik
denk ook dat dat de methode is om die inspraak gestalte te geven omdat
de bewoners van die betreffende woningen zo ver tevoren als die plannen ge
maakt moeten worden nog niet bekend zijn en voorzover er bekend zijn
zijn dat natuurlijk ook in eerste aanleg de bewoners. Ik denk dat het meest
representatief toch is de ervaring van de doorsnee en die zou via dat be
trekken van die bewoners bij het reilen en zeilen van de stichting ge
stalte kunnen krijgen. Ik wil daar in ieder geval best nog wel eens op
aandringen. Voor woonlob A kan het niet meer. Dat zou enorm stagneren.
Het gaat hier om een inmiddels goedgekeurd bouwplan met een goedgekeurd
bedrag daarvoor. Voor B en C zou dat er wellicht nog wel bij te betrekken
zijn. Ik zeg de heer Van Hoof toe dat de noodzakelijke, want dat moet niet
alleen in dit geval zijn omdat de heer Van Hoof erom vraagt, de noodzakelijke
controle hier plaats zal vinden. Dat wij dat van onze kant zullen doen en
dat we er op zullen aandringen dat dat ook van de zijde van de woning
stichting gebeurt. Met betrekking tot die 50-50 kan ik de heer Rennings
geruststellen. Er is volledig groen licht voor het totale bedrag alleen
budgettair moest dat voor een stuk nog op 1979 komen, ook al kon in 79 met
de bouw niet worden aangevangen. Maar dat was een zaak van de begroting van
het departement van volkshuisvesting voor de beide jaren.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.