-18- een polikliniek zou komen en waarin de mogelijkheid van een diagnostisch centrum uitdrukkelijk niet is uitgesloten. Het is alleen een vraag van het tijdstip waarop en inderdaad ook een onderzoek wat daarvoor gewenst is. Om kort te gaan ik kan het eens zijn met de motie, voorzover het gaat over de punten die genoemd zijn na de garantie die gevraagd wordt voor het diagnostisch centrum en de buitenpolikliniek in Oudenbosch. Daar kan ik me mee verenigen. Maar niet met de strenge eis om ons nu al uit te spreken dat die er moet komen. Ik vind: eerst het een en dan het ander. Ik heb op dit moment geen inzicht of het inderdaad een gewenste situatie is dat het diagnostisch centrum en de buiten polikliniek in Oudenbosch er moeten komen. De heer RENNINGSJa, mijnheer de voorzitter, erg kort. De heren Wijnen en Van der Graaf hebben reeds het voornaamste gezegd.Concreet wil ik toch nog eens even be nadrukken dat heeft in ieder geval in deze streek zichtbaar gemaakt nog eens expliciet welke nieuwe ideeen er zijn. Er zijn zeker veel meer ideeën gelanceerd in de gezondheidszorg zo de laatste maanden. Maar in deze streek is het nog eens nadrukkelijk naar voren gebracht dat er nieuwe ideeën zijn. Ideeën over instellingen van gezondheidszorg, die niet overal voorkomen, waar nog niet veel ervaring mee is, maar daarom niet minder waardevol zijn. Verder is het naar onze mening noodzakelijk de eerste lijn in de gezondheidszorg te versterken. Verder een motief om deze motie nu in te dienen en nu te ondersteunen is er zijn de laatste maanden velerlei vormen van acties geweest; hantekeningen, het congres, de werkgroep. Dan komt er een moment dat je je als bestuur van de gemeente moet uitspreken. Ik denk dat dat alleen maar duidelijkheid schept in de verhouding van het gekozen bestuur. Ik denk dat de bevolking zo iets van zijn vertegenwoordigers mag verwachten. Dan waarom nu een garantie eisen en dan pas het onderzoek. Ik denk dat het heel terecht is. Je vraagt nu garanties voor wat er minimaal moet komen en je onderzoekt niet van bovenaf maar van onderop wat je er als aanvullende voorzieningen nog aan toe kunt voegen. Met andere woorden het is geen defensieve houding, maar het is zoals ze dat bij ondernemingen noemen, het'inspelen op nieuwe markten. En ik denk dat het vanuit dit oogpunt bezien zeker aanvaardbaar is om, nee veel sterker nog, gewoon vereist is dat je die minimale garantie krijgt. Ik denk dat dat niet gegeven kan worden door de ziekenhuisbesturen. Ik denk dat dat veeleer gegarandeerd moet worden door die bestuursorganen, die daarvoor verantwoordelijk zijn, dus ook de staatssecretaris voor de volksgezondheid. En dat je tevens moet aandringen op een bevolkingsonderzoek voor aanvullende voorzieningen. Ik hoop dat van harte dit gezichtspunt ook de heer Van Hoof nog zich achter deze motie zou kunnen scharen. Mevrouw KNIEP-KÖHNKEMijnheer de voorzitter, voor het grootste gedeelte zijn wij het eens met de motie zoals hij hier ligt. Ik heb alleen wat moeite met het financiële onderzoek. Ik dacht dat er al genoeg onderzocht was op dit gebied van het ziekenhuis of wat er dan ook gaat komen. De VOORZITTER: Ik denk dat het goed is er op te wijzen dat de aanvulling die de heer Wijnen op de tekst die we ontvangen hebben maakte niet was een finan cieel -onderzoek maar de financiële kosten van het onderzoek naar de voorzieningen. Dus het is niet een extra onderzoek daarbij. Ik denk dat motie en beschouwingen duidelijk zijn. Ik geloof dat ik er als voorzitter twee dingen bij moet zetten. In de eerste plaats, wellicht namelijk dat dat in de volgorde enige verandering kan brengen. Ik geloof minstens dat u moet weten dat het speelt. In contact met directeur van provinciale raad voor de volksgezondheid, die, zoals ook het provinciaal bestuur, adviseBrt ten aanzien van besluiten van de staatssecretaris als het gaat om zaken de volksgezondheid in de provincie betreffende, is me ge bleken dat in een contact dat er recentelijk is geweest tussen de besturen van de beide ziekenhuizen en het departement gevraagd is om een structuuronderzoek te mogen houden. Een structuuronderzoek waarvoor zowel het provinciaal bestuur als de provinciale raad voor de volksgezondheid positief hebben geadviseerd. Ik weet niet in hoeverre hen datcompromitteert met betrekking tot het adviseren over een ander onderzoek, maar ik geloof dat het goed is om toch wel uit te spreken of wij zo'n structuuronderzoek bedoelen.Dat moet dan een onderzoek zijn waarin wordt vastgesteld of er behoefte is aan een buitenpolikliniek en een diagnostisch centrum, dus inderdaad in de vragende vorm en niet in het vooropstellen van

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1980 | | pagina 57