-1^-
Mevrouw KNIEP-KÖHNKEMijnheer de voorzitter, ook wij zijn het eens met uw stand
puntbepaling. Het is echter wel noodzakelijk dat wij als gemeente de ontwikke
lingen op dit gebied nauwlettend en alert moeten volgen. Dat we ook samen
met de andere gemeenten alles goed bekijken.
De VOORZITTER: Als ik de heer Wijnen goed begrijp dan heeft hij in het tweede
gedeelte van wat hij betoogde toch willen aangeven om aan te vullen in de zin
zoals we dat net" in het programma hebben gedaan. Dus het nemen van initiatieven
om te kijken of én te kijken of er geen mogelijkheden zich voordoen om samen
te werken om op die manier toch wat body te geven aan die ruimtelijke ordening.
Met betrekking tot het voorstel van de heer Rennings en de heer Van der Graaf
sloot zich daarbij aan, over de aard van die sectorplannen. Ik weet niet of
het nou eigenlijk op de weg van dit gemeentebestuur ligt om als gemeentebestuur
reagerend te zeggen: wij stellen voor om daarbij ook dorpenplannen te maken.
U hebt in de toelichting gezien, wij zijn een van de drie gemeenten die nou
juist met die hele dorpenplanproblematiek,althans voorzover die voorkomt in
het streekplan Midden- en 0ost-Brabant iets van doen hebben. Dus als dat een
gemeentebestuur een duidelijke zorg heeft in zijn besturen van de gemeente, nou
dan geldt dat voor alle gemeenten behalve voor Woensdrecht, Bergen op Zoom en
Oudenbosch. Ik wil u toch in overweging geven omdat ik me daarom afvraag of
het juist is dat juist uit onze hoek dan een dergelijk voorstel zou komen.
De nadere invulling van de heer Rennings ter vervanging van die brievenbus
functie is een explicatie van het voorstel wat hij onder het vorige agenda
punt deed. Ik denk dat dat een goede verduidelijking is, maar dat hoor ik graag
in tweede instantie uit de raad. De heer Van der Graaf vraagt hoe oud is ons
structuurplan. Ja, het heet in de termen van het streekgewest een ouder plan, omdat
het in het eind van de jaren zestig is vastgesteld. Als het in 1970 is vast
gesteld dan heb je er nog bij die nog in de ontwerp-fase zitten. U hebt dat
kunnen zien in Willemstad en Woensdrecht. Ik denk dat het laatste goed aangeeft
hoe actueel eigenlijk structuurplannen nog zijn. Bij de provincie loopt men er
als ik het goed begrijp nog maar weinig warm voor. Wij hebben naar aanleiding
van het feit dat sinds het vaststellen van het structuurplan en ik weet niet
wanneer dat geweest is hoor, maar mag ik aanhouden wat hier staat van het
streekgewest eind 19... eind zestig. 1971 Oh. Dat er sindsdien toch wel met
betrekking tot de ruimtelijke ordening een nieuw aspect voor ons is bijgekomen
we hebben daar met elkaar wel eens vaker over gesproken, doordat de kolossale
gebouwen in onze kom op termijn natuurlijk toch een andere functie moeten krijgen
en daardoor een bijstelling op zich alleszins de moeite van het overwegen waard
is. De reactie van de P.P.D. en de gedeputeerde was wat dat betreft weinig
stimulerend. Zij zeggen ja, je hebt het toch eigenlijk nergens voor nodig. Als
je plannen daarvoor hebt, maak die dan, verspil geen kosten aan een structuur
plan. Je ziet eigenlijk aan het oude pas goed hoe weinig je er eigenlijk aan
hebt, want als je dat in de volgende fase moet gaan toepassen blijkt het wellicht
én niet gewenst én financieel niet haalbaar. Ja, de heer Van der Graaf komt nog
met een, hij noemt het een soort planologische dienst als is het een soort stede
bouwkundig bureau, wat hij als invulling zou willen geven. Kijk zou het een
planologische dienst zijn dan denk ik dat we toch een stap terug doen, want
dan gaan we naar de situatie van tientallen jaren geleden toen de planologische
dienst de plannen maakte voor de gemeente die ze daarna becommentarieerden
voor het provinciaal bestuur. Als er nou straks te eniger tijd nadat die studie
over die relatie structuurplan-streekplan gewestelijk structuurplan-streekplan
zal zijn afgewerkt en er de conclusie uit zou komen dat het wenselijk is om
tot gewestelijke structuurplannen te komen dan zou je weer zo'n zelfde situatie
krijgen als je dan de mensen die dat structuurplan moeten gaan maken tevoren
hebt betrokken bij het maken van de gemeentelijke bestemmingsplannen of het
daarna doet want dan zal er van een onafhankelijkheid nog nauwelijks sprake zijn.
Ik denk ook dat het niet helemaal realistisch is om het op dit moment te vragen
omdat de behoefte hooguit bestaat bij gemeenten als de onze en kleinere, want
Roosendaal en Bergen op Zoom beschikken over stedebouwkundige diensten die ze
toch waarschijnlijk niet zullen willen inleveren omdat er goede andere methoden
zijn om aan de gevraagde adviezen te komen. Er komt nog bij dat als je het doet