-M+-
en ook in het antwoord wordt aangevoerd dat een aantal werkzaamheden niet
zijn uitgevoerd conform de oorspronkelijke bedoeling. Het schilderen van
trottoirbanden gebeurde in plaats van door derden door eigen personeel.
Bij het onderhoud van de Baarlebossche was het W.S.W.-verband in plaats
van het eigen personeel en het onderhoud Zouavenmuseum dat gebeurde later.
Als ik deze constatering nou koppel aan het feit dat wij jaarlijks diverse
kredieten moeten overschrijven naar een nieuw boekjaar omdat geplande
werkzaamheden niet uitgevoerd zijn of nog niet helemaal uitgevoerd zijn
dan rijzen bij ons toch wel twijfels of de planning intern ten aanzien van
het opstarten van werkzaamheden wel goed is. Natuurlijk is niet te voorkomen
dat er tussen het voteren van een krediet en de uitvoering daarvan dat daar
omstandigheden zich voordoen die nopen tot afwijkingen van de oorspronkelijke
plannen, maar toch zou ik bij het college de dringende aanbeveling willen
leggen om de raad pas met verzoeken betreffende kredieten te confronteren
wanneer het draaiboek voor de uitvoering ervan in het stadium van de grondverf
nadrukkelijk gepasseerd is. Wanneer het om omvangrijke kredieten gaat waarvan
het college wenselijk acht dat die gereserveerd worden dan denk ik dat de
raad dan uitgenodigd wordt om een principe-besluit daartoe te nemen.
Een tweede zaak,waarop ik in wil gaan is over dat afsluiten van die bestem
mingsplannen. IJ zegt het heeft ter inzage gelegen en daar is toen niemand
op ingegaan dus wij namen aan dat het de instemming van de raad had. Op zich
is dat een onjuiste constatering. Ik denk dat het een beetje een falen van de
raad is dat men dit zo heeft laten passeren, want wij zitten nu met bestem
mingsplannen die we afsluiten, waarvan een deel niet gerealiseerd is. Die
dus in feite een boekwaarde hebben. Die boekwaarde die boeken we af. Dat
verdwijnt. Nu hebben we dus witte vlekken in bestemmingsplannen en ik denk
toch dat de raad uitgenodigd moet worden om zich over die witte vlekken
uit te spreken want het is weinig zinnig om bestemmingen te laten rusten of
die hier ook als bestemming te laten bestaan waarvan wij in redelijkheid ver
wachten dat die toch niet meer gerealiseerd gaan worden. In verband daarmee
zou ik u willen wijzen op het feit dat op het bestemmingsplan Velletri een
aanzienlijke winst is gemaakt, 29^.000,Als ik dat corrigeer door de rente
bijschrijving 1^.000,dan rest daar een winst van 280.000,die gaat
met onze instemming mee over naar de algemene reserve. Ik denk dat
aan die 280.000,die dus gemaakt zijn in het bestemmingsplan Velletri
en dan denken wij aan de nadrukkelijke wens die vanuit die wijk onlangs ons
bereikt heeft ten aanzien van bepaalde voorzieningen, dan sluit ik niet uit
dat we dat in de toekomst eens aan elkaar moeten koppelen en misschien door
die 280.000,— weer eens uit die algemene reserve terug naar Velletri te
brengen om de wensen van die bewoners daar gestalte te geven. Dat was het.
U hebt wel begrepen dat wij akkoord gaan met de voorlopige vaststelling van
de rekening 1977-
De heer RENNINGS: Ja, voorzitter, ook wij in algemene zin erg content met
uw antwoorden. Ik betreur het achteraf dat toch ook niet in het verslag,
en dat is dan voor rekening in ieder geval voor mij uit de commissie naar
voren komt de waardering uit te spreken over de resultaten die de afgelopen
jaren zijn bereikt met de financiële vastlegging en het inzicht daarvan. Ik
heb nu zo'n jaar of vijf zes rekeningen gecontroleerd en ik heb het verloop
enigszins gezien. Terugkerend naar de beantwoording ben ik alleen niet over
tuigd dat wij met betrekking tot de onttrekking uit de fondsen voor de
secundaire, tertiaire en quartaire wegen verplicht zijn te volgen zoals wij
dat de afgelopen jaren gedaan hebben. In de stukken vindtuterug welke
motieven aan mijn mening ten grondslag liggen. Op die manieren brengen we de
algemene reserve alsmaar hoger, maar waaraan we veel moeilijker kunnen komen
dan deze bestemmingsreserves en indien het niet bindënd is voorgeschreven
dan zou ik toch nog willen benadrukken om meer naar bevind van zaken dan
historisch aangenomen naar niet vastgelegde voorschriften te handelen.
