-23-
hier op dit ogenblik toch niks meer van terugdraaien.
De heer RENNINGS: Ja, ik betreur het dan toch met de heer Van der Graaf
dat niet met die werkgroep contact is opgenomen. Ik heb mij, toen ik
mevrouw Reemers zag staan, die ook een actieve van de werkgroep was, laten
leiden dat daar toch wel een relatie toe was. Ook de keuze van mevrouw
Traksel vond ik uit andere overwegingen een heel erge goede, omdat deze, gezien
haar woonsituatie toch duidelijk een principiële voorstander van het
openbaar onderwijs geacht moet zijn. Maar, inderdaad in de commissie
algemene en bestuurlijke zaken en ook nog in ander verband is wel de toe
zegging gedaan dat bij de selectie met de werkgroep overleg zou worden ge
voerd.
De VOORZITTER: Mogen we dan overgaan tot de stemming. Mag ik dan als com
missie van stemopneming vragen of de heer Van Hoof en de heer Den Braber
willen optreden.
De stemming heeft tot resultaat:
Dè heer D.W.C.A. Wevers: stemmen.
Benoemd is derhalve de heer D.W.C.A. Wevers.
6.3. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor de stichting van
een openbare kleuter- en lagere school in het bestemmingsplan Albano/31e
wijziging gemeentebegroting 1980.~
De heer VAN DER GRAAF: Mijnheer de voorzitter, een zijdelingse opmerking.
Uit de stukken valt te leren dat het college van B. en W. eigenlijk van
mening is dat die noodbehuizing slechts voor een jaar zal zijn. Nu kan
ik hier in dit geval niet spreken van een duidelijke toezegging van het
college, maar ook dit is onderwerp van bespreking geweest in de commissie
voor algemene en bestuurlijke zaken. Daar is toen gesteld dat die termijn
langer zou moeten zijn in verband met een voldoende groei van de wijk
Albano om meer zekerheid te hebben omtrent de definitieve schoolgrootte.
Ik herinner me nog dat ik toen zelf gezegd heb: "Mij bekruipt de vrees dat
wanneer we in een te snel stadium die definitieve school stichten, dat
die school dan kleiner zal zijn dan dat later blijkt noodzakelijk te zijn
wanneer er dus meer woningen staan, het wervingsgebied nagenoeg volgebouwd
is." En daarmee samenhangend dat je dan ook een tekort zult hebben wat
moeilijker bij te bouwen is als lokalen een tekort zal hebben aan gemeen
schapsruimte. De gebruikelijke ruimten die zich in een school bevinden om
daar activiteiten van algemene aard te plegen. U kent het, een documenta
tiecentrum en zulk soort grappen meer. Nou het is, zoals ik al zei, slechts
een zijdelingse opmerking. Ik denk niet dat in deze zin althans dat de raad
de gedachte moet volgen dat het slechts voor een jaar zal zijn. Het is ook
geen ramp, ik bedoel we kunnen daar altijd op terugkomen, maar dit wilde
ik toch wel graag gezegd hebben.
De heer RENNINGS: Ja, ik heb die passage ook onderstreept, maar ik herinner
mij dat het van essentieel belang is bij de keuze van noodlokalen dat die
slechts voor een jaar worden toegewezen. Met andere woorden na een jaar zal
het moeten worden verlengd als je het voorstel bij mijn weten zo niet in
kleed dan is er geen zekerheid dat de toestemming voor dit type lokaal
wordt verleend. Tegen die achtergrond dat het uiteindelijk uit praktische
overwegingen om in ieder geval veilig te stellen, een noodschool stel je
veilig, dat er een nieuwe huisvesting komt, vindt ik een dergelijke ver
klaring alleszins aanvaardbaar. Een andere argumentatie zou mogelijk
leiden tot een ander type tijdelijk onderkomen, waarbij je als het ware
definitief de mogelijkheden afsluit om tot een permanente huisvesting te
komen. In dit licht bezien heb ik deze passage ja, ervaren, gelezen.
De heer KOK: Mijnheer de voorzitter, enkele opmerkingen ten aanzien van die
noodvoorzieningen. Onder andere de genoemde lokalen die niet geschikt zijn
voor het onderwijs. Ten tweede het niet voldoen aan de bepalingen van de
betreffende bouwbesluiten wat ik geen gunstig aspect vind, tenminste al
thans B. en W.Ten derde: de angst in deze gang van zaken dat men niet in
