-22-
ging adviseren dus over dat veiligheidsglas.
De heer DEN BRABER: Nou ik zou toch wel het college uit willen nodigen
om de raad op korte termijn
De VOORZITTER: Mag ik 'u zeggen dat u daar schriftelijk antwoord op krijgt.
Zo snel mogelijk.
De heer DEN BRABER: Nou zet u het maar op de agenda voor de volgende keer.
De VOORZITTER: We zullen er voor zorgen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
6.1. Voorstel tot het verlenen van medewerking ex artikel 72 van de Lager-
onderwijswet 1920 en het beschikbaarstellen van een krediet voor de inrichting
van handenarbeidruimten en documentatiecentrum van de Isaac da Costaschool
en de aanschaf van materialen daarvoor,A6e wijziging gemeentebegroting 1980.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
6.2. Voorstel tot benoeming van het hoofd van de per 1 augustus 1980 op te
richten openbare lagere school.
De heer VAN DER GRAAE: Mijnheer de voorzitter, in Oudenbosch was een werk
groep openbaar onderwijs, bekend bij het college van burgemeester en wet
houders, en is, maar ik denk dat het er net na is gekomen, na de bespre
kingen die er zijn geweest over deze voordracht. Er is op dit moment een
afdeling met een voorlopig bestuur van de vereniging voor openbaar onderwijs.
Nou verbaast het mij dat het college toch heeft gekozen voor het, ik wil
niet zeggen willekeurig prikken,van twee ouders om aan deze werving deel te
nemen. Niet willekeurig omdat een van beide, mevrouw Reemers, behoorde tot
die werkgroep. Maar de ander, mevrouw Traksel, naar mijn weten niet.
Mijn vraag is dus eigenlijk: Waarom is niet die weg gekozen om een groep
die manifesteerde, die duidelijk een - dat is gebleken in verschillende
vergaderingen en ook uiteindelijk uit die oprichting van die afdeling
van het V.0.0. - mandaat had, terwijl die ouders die willekeurig - want nu
gebruik ik het woord "willekeurig" wel - gekozen ouders in feite alleen
zichzelf vertegenwoordigen bij die selectieprocedure. Nou dat verbaast mij.
Ik heb toch het gevoel dat het college daarmee niet alleen een onjuiste weg
is ingeslagen, maar dat het college daarmee ook heeft gehandeld in strijd
met eerdere toezeggingen. Er is namelijk heel duidelijk, niet in de raad,
maar in de commissie algemene en bestuurlijke zaken is er bij een bespreking
hierover toegezegd, echt keihard toegezegd dat de werkgroep openbaar onder
wijs zou worden betrokken bij de selectie-procedure. Ik wil dus geen enkel
negatief oordeel uitspreken over de beide dames. Beslist niet. Ik vind
het alleen een principieel onjuiste keuze.
De VOORZITTER: Wij hebben ons bij de keuze laten leiden - dat staat ook in het
preadvies - door mensen die waaruit de enquête bleek dat zij dus belang
stelling hadden voor het openbaar onderwijs en die ook kinderen daarvoor
opgegeven hadden. Mevrouw Traksel met name dus voor de kleuterschool en
mevrouw Reemers voor de basisschool. Op die motieven zijn ze dus alleen
gekozen. En er is daarover geen contact geweest met de werkgroep, dat moet
ik u in alle eerlijkheid zeggen.En zijn dus gewoon op persoonlijke titel
in de commissie gekomen, als zijnde dus mensen die betrokken zijn bij
het openbaar onderwijs wat uit de enquête We hebben ons zuiver op de
enquête dus gebaseerd en dat is de enige grond geweest.
De heer VAN DER GRAAF: Ik kan op dit moment, mijnheer de voorzitter, niet
anders doen dan genoegen nemen met deze uitleg. Hoewel het naar mijn mening
geen uitleg is. Het is duidelijk, zoals ik al eerder gezegd heb, strijdig
met een eerder gedane toezegging. En naar mijn mening duidelijk strijdig
met toch wel de keuze - zeg maar - mensen die een mandaat hebben en mensen
die dat niet hebben. Die zeer persoonlijk voor zichzelf spreken. Maar je kan