-11- Ik moet u zeggen dat ik niet geloof dat het zin heeft om daar op dit moment nog enig overleg te plegen. We krijgen daarover toch op korte termijn geen enkel zinnig cijfer op tafel. Ik moet u wat dat betreft teleur stellen, ik kan daar ook nu niet op ingaan. De heer VAN DER GRAAF: Dat is inderdaad een teleurstelling ja, want ik denk dat dat toch in feite erg maatgevend is voor de vraag hoe je hierover denkt. Stel je nu eens voor dat die kosten 15-000,per jaar zouden bedragen en de opbrengst is 20.000,of 22.000,dan moet je toch inderdaad je gaan afvragen of je dan nog zinnig bezig bent. De heer RENNINGS: Ja mijnheer de voorzitter, ik heb ook nog een punt en dat heb ik vorige keer niet genoemd. Het is wel bij ons aan de orde geweest. Je ziet een ontwikkeling van toename van de bevolking. Een algemene indruk dat ook het aantal honden toeneemt. Niet alleen evenredig met de bevolking maar je krijgt soms de indruk dat het meer dan evenredig is met de bevolkingsstijging omdat sommige mensen daar wellicht de sensatie vinden in het teruglopen van de gezinsdichtheid. Je ziet dan de opbrengst van de hondenbelasting dalen. Dat vind ik dan toch een argument om uit een oog punt van gelijke rechtsbedeling toch eens stil te staan of je daar dan wel mee door moet gaan. Het is wellicht een aanvulling en een andere nuance op het aspect wat de heer Van der Graaf heeft ingebracht, maar het heeft bij ons toch ook wel zwaar gewogen. De heer VAN HOOF: Ik wil toch nog wel een aspect naar voren brengen. De hondenbelasting is tot op heden een bron van inkomsten geweest voor de gemeente. Iedereen is bekend dat de honden in Oudenbosch overlast bezorgen aan de gemeenschap als zodanig. Ik vind dat degenen die een hond hebben voor die overlast hun steentje bij mogen dragen aan de middelen van de gemeente. Ik vind het uit dat oogpunt geen eerlijke zaak om nu te zeggen van nou we gaan de hondenbelasting afschaffen, terwijl de overlast wel dege lijk blijft, en we gaan dat via de onroerend goed-belasting aan alle burgers vragen. Ik vind dat degene die het genot heeft van een hond, welke hond dan overlast bezorgt, iedereen die dat constateert, de mensen van gemeente werken, nou trouwens iedereen in de praktijk, die ervaart dat. Laat dan die hondenbelasting toch nog een bijdrage blijven van degenen die dan zo'n hond hebben en laat het niet ondergebracht worden in de onroerend goed- belasting zodat iedereen dat eigenlijk betaald voor de overlast van anderen. Ik vind dat dan geen eerlijke zaak. Wat het patroon van het hebben van een hond. Ik stel me voor dat gewoon steekproefsgewijs onderzoeken en een regelmatige controle kunnen plaatsvinden, dat dat niet hoeft te leiden tot een verhoging van de kosten zoals door de heer Van der Graaf werd gesuggereerd. De heer WIJNEN: In aansluiting op wat de heer Van Hoof zegt dacht ik dat het inderdaad goed was om die hondenbezitters bij te laten dragen in de kosten die die dieren veroorzaken. Ik denk dat daarnaast het argument van controleerbaarheid van belastingen, dat is geen enkel argument om dingen af te schaffen. Ik denk dat je gewoon moet zeggen van nou dat belastingterrein dat moet gehandhaafd worden. Met elke belasting zou zijn dat daar systeem controle bedacht moet worden. En dat kost een hoop centen. De heer DE HAAS: Ja, mijnheer de voorzitter, ik kan het met de heren Wijnen en Van Hoof volledig eens zijn. Is het ook niet een grote verschrikking dat de mensen van gemeentewerken dus op een gegeven moment met regenkleding op de maaimachines moeten gaan zitten omdat zij anders de derrie in hun nek krijgen. Ik geloof wel dat op een gegeven moment paal en perk gesteld moet worden rondom deze gang van zaken. Met betrekking de controleerbaarheid denk'ik dat deze echt wel op te vangen is. In meerdere gemeentes is het zo dat de mensen op een gegeven moment een kaart krijgen waarop ze naar waar heid moeten invullen of ze wel of geen hond hebben.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1980 | | pagina 11