-9-
school uit te groeien. Er zijn nogal verschillende normen om de behoefte aan
schoolgebouwen aan te geven. Er zijn heel loyale normen. Dan komt men een
behoefte van k a 5 lokalen voor het basisonderwijs. De pessimistische wijze
van berekenen zegt dat er behoefte is aan "1 lokaal in de wijk.
De vereniging voor openbaar onderwijs zegt dat zij daaraan hun naam niet willen
verspelen; dan maar liever in een andere fase. Het contact vindt op korte ter
mijn plaats. Dit contact is ook bedoeld om te kijken of er zich ten behoeve van
het openbaar onderwijs elders in de gemeente, mensen willen verbinden om hun
kinderen naar het openbaar onderwijs toe te sturen. Dit geeft misschien extra
ruimte om in woonlob A op verantwoorde wijze een school te stichten. Hij reali
seert zich dat hij uw raad men veel vaagheden heeft laten zitten. Maar hij heeft
geprobeerd een zo volledig mogelijk beeld te geven, zonder dat hij zich hierop
geprepareerd heeft.
Het lid VAN DER GRAAF zegt dat de voorzitter ondanks alle vaagheden verschrikke
lijk veel gezegd heeft wat nuttig nieuws is. Inspraak hoeft men niet altijd
te plegen met mensen die er komen wonen. Dat kan meestal niet, want als men die
zekerheid heeft dan is men al zover bezig, dat er weinig meer te wijzigen valt.
Men kan ook inspraak plegen met mensen, die vergelijkbaar zijn, die bijvoorbeeld
die belangen al achter de rug hebben en de mogelijkheid van inspraak hebben ge
mist. Hij denkt hierbij aan mensen, die opgeroepen zouden kunnen worden uit
nieuwe wijken van Oudenbosch. Zij hebben al een reeks mogelijkheden om aan te
geven hoe het daar verkeerd is gegaan en wat er erg goed is gegaan. Daarnaast
■j_s een vrij grote groep mensen bekend, die ingeschreven staan bij de woning
stichting. Dit geldt uitsluitend voor de woningwetbouw. Hij kan niet met de
voorzitter meegaan als deze zegt dat men eigenlijk de mensen, die er komen
wonerf, niet kent, dus men kan hieraan eigenlijk niets doen. Hij heeft het al
opgegeven om zich in deze raad te verbazen. Men heeft al vier jaar achter de
rug nadat men besloten heeft een openbare school te stichten. Als hij de voor
zitter nu goed beluistert dan zou zelfs op initiatief van de vereniging voor
openbaar onderwijs gezegd worden: laat ons er nog maar even vanaf zien. Hij
kan zich zonder te suggeren dat wat de voorzitter zegt niet juist is, dat
nauwelijks voorstellen. Zeker niet als men erbij betrekt het boekje, wat wij
kort geleden gehad hebben. Hieruit valt af te leiden dat de vereniging voor
openbaar onderwijs helemaal niet zo bang is om hier in het zuiden scholen te
vestigen, want dat lukt allemaal wel als het gemeentebestuur meewerkt. Hij blijft
met eer; stel vraagtekens zitten. Gezien het feit dat hij zelf ook lid is van die
vereniging zal hij een deel van de informatie daar willen gaan halen of moeten
gaan halen. Hij zal zich hiermede gaan bemoeien. Als men over het openbaar on
derwijs spreekt komen de woorden faire kans steeds naar voren. Om zoveel moge
lijk zekerheid te hebben dat die faire kans geboden kan worden kan men door een
enquête te weten komen. Het zoeken in andere wijken naar mensen, die zich willen
verbinden hun kinderen naar die school te sturen, vindt hij een onjuiste handel
wijze. Hij denkt dat de handelwijze zou moeten zijn het opsporen van mensen, die
zich uitspreken voor openbaar onderwijs, want dat geeft namelijk - omdat kleine
kinderen groot worden de toekomst aan voor dat openbaar onderwijs.
De VOORZITTER zegt de heer Van der Graaf te willen wijzen op het feit dat hij
nu eigenlijk over een zaak spreekt welke buiten de orde van dit agendapunt valt.
Het lid VAN DER GRAAF zegt te willen vragen deze discussie voort te zetten in de
commissie voor Algemene en Bestuurlijke Zaken met een dan wel geprepareerde
voorzitter. Hij verwijt de voorzitter dit niet. Hij kan zich dat levendig voor
stellen.
De VOORZITTER zegt dat er een afspraak is tussen het college en de vereniging
voor openbaar onderwijs. Dat zal de heer Van der Graaf ervaren als hij dat gaat
veri f i GrGii o
Het lid VAN DER GRAAF zegt moeite te hebben met dat woord verifiëren. Hij heeft
getracht zijn eigen woorden te-verduidelijken door te zeggen dat hij zich ermee
ging bemoeien. Hij suggereert zelfs niet dat wat de voorzitter gezegd heeft niet
waar is. Hij wil wel proberen de invloed die hij meent te mogen uitoefenen, op de
vereniging voor openbaar onderwijs uit te oefenen als deze naar zijn overtuiging
de verkeerde kant opgaat. Dat was de strekking van zijn opmerking.