-!+0- Het lid BROUWERS zegt te willen ingaan op de opmerking, die de heer Van Hoof gemaakt heeft, met betrekking tot de financiële haalbaarheid. In het rapport, wat is bijgevoegd, heeft men kunnen lezen dat dat nou net het probleem was. Een financiële opzet is niet te maken, althans niet zo te maken dat je daar dan ook harde gegevens hebt om verdere plannen te gaan maken. Hij denkt dat het bedrag nu zo moet worden geïnterpreteerd dat we zeggen: de onderzoek- kosten, die bijna 9«000,bedragen, gaan we investeren in een volledig goed onderbouds plan om op basis daarvan te kunnen beoordelen of we dus zo'n voorziening willen hebben en of we die ook inderdaad kunnen betalen. Het is gewoon een voorwaarde om die financiële haalbaarheid te kunnen beoordelen dat je dit rapport laat maken. De heer Van Hoof verwijst daarbij naar een eerder ge maakt rapport. Voorzover het spreker voorstaat is dat rapport ter sprake ge bracht in de commissie. Hij dacht dat dat een heel ander uitgangspunt had gehad en dat dat meer, in ieder geval veel zwaarder inging op het meer efficiënt gebruiken van overdekte zwembaden. Inmiddels is er ontstellend veel veranderd; dat heeft men in dit rapport ook, vindt hij, erg goed kunnen lezen. Tal van argumenten en tal van nieuwe elementen zijn er gekomen met betrekking tot de recreatieve sport, met betrekking tot de sport voor de oudere mensen en met betrekking tot de mindervaliden. Dat zijn allemaal volkomen nieuwe elementen, waarvan toen niet is uitgegaan. Hij denkt dat dat misschien dan toch zeer onvolledig zou zijn. Los van dat feit vindt hij het wel juist dat we dus dat eerder gemaakte rapport er wel in betrekken. De overige mogelijkheden in de omgeving, dat is bekend, die zijn er. Hij dacht dat juist in die eerste aanzet van het plan, dit rapport, juist gemotiveerd is, dat het alleszins wenselijk is dat we binnen onze eigen gemeente aan onze uitrusting deze voorziening zouden moeten toevoegen. Wat daar dan straks definitief uit komt rollen met betrekking tot de haalbaarheid, dat moeten we inderdaad afwachten. Hij dacht dat er toch wel voldoende argumenten waren voor dit rapport. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 10.Voorstel tot 169e wijziging der gemeentebegroting 1978 in verband met aan passing van diverse posten van de gewone dienst. Het lid VAN HOOF zegt graag het voorbehoud te maken om op de inhoudelijkheid van deze feiten bij de vaststelling van de rekening terug te komen. De VOORZITTER zegt dat dit vroeger in de slotwijziging zat. Alleen hebben we dat vervroegd naar het moment van nu, omdat dat nu formeel ook zou moeten. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 11. Voorstel tot beschikbaarstelling van een wisselprijs voor de Brabantse Ruiterdag/91e wijziging gemeentebegroting 1979° Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 12. Rondvraag. Het lid WIJNEN had nog een vraag betreffende de ruilverkaveling. De raad heeft al eerder over het buitengebied gesproken en nu heeft hij gehoord dat de Moerdijksestraat, staat op het 1e bestek van de aanbesteding van het ruil verkavelingsplan. Die aanbesteding vindt op 10 juli plaats. Nu heeft hij ge hoord dat in ieder geval die weg is afgevoerd op advies van de gemeente Oudenbosch. Bij de provincie wordt beweerd dat de gemeente Oudenbosch zegt dat de Moerdijksestraat is gereconstrueerd en geen aanpassing meer behoeft. Van het stuk vanaf de spoorlijn tot de Wolvenstraatwordt dan gezegd dat dat niet meer in het bestek hoeft te worden opgenomen. Een tweede punt is dat die wegen, die in het 1e bestek zitten, dat daarover in Oudenbosch nog geen gelden op de begroting zijn uitgetrokken, als hij het goed heeft. Dat betreft dan de aanbesteding van het Brandbosschestraatje en Torendreef. De VOORZITTER zegt met betrekking tot de Moerdijksestraatdat de gemeente daar wel wat aan gedaan heeft, namelijk verbreed, maar niet eens tot de Wol venstraat, doch tot het laatste van de huisjes, die daar,komend vanaf de overweg, aan de rechterkant liggen. Hij zegt deze kwestie te zullen nagaan.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1979 | | pagina 234