,10- een maand te lang in de misère heeft gezeten. Een misère, die naar zijn eigen deskundigheid bijzonder groot is. Zij kan dat schip niet meer op of af, daar de loopbruggen volledig naar de knoppen zijn. Als hij zich dan afvraagt of het college terecht die brief een maand lang bij zich hield en niet voor de raadsvergadering van 15 maart ter inzage heeft gelegd - dat is 1*f dagen voor een verzoek om voorziening - dan treedt hier duidelijk aan het licht dat er iets principieel verkeerd zit met betrekking tot de zorgvuldigheid zowel in het verkeer met de gemeentenaren, die met een probleem zitten, als in het verkeer tussen het college en de raad. Wanneer wij bekijken wie deze zaken al die tijd heeft behandeld dat stuiten wij weer op de onvermijdelijke voorzitter. Althans hij heeft geen enkele andere naam gelezen in de stukken. Het is toch duidelijk een zaak van gemeentewerken. Hij had eigenlijk wel ver wacht dat wethouder Du Pont deze zaak behandeld zou hebben. Dan krijgen we eigenlijk dezelfde situatie als een raadsvergadering terug. Straks gaat de voorzitter zeggen dat men de heer Du Pont niet moet aanvallen, want hij heeft dat behandeld. Hij zegt dat de heer Du Pont wethouder voor openbare werken is. Dit is een kwestie van openbare werken; de heer Du Pont is dus politiek verantwoordelijk.Hij zou deze zaak willen afsluiten met de stellingname van hoe deze zaak naar zijn mening afgehandeld dient te worden bekend te maken. Op de eerste plaats zou naar zijn overtuiging noodzakelijk zijn dat het college en de raad erkennen dat de deskundigheid ten aanzien van deze bij zondere taak in de gemeente niet aanwezig is. Met andere woorden zo gemak kelijk als men naar de V.N.G. stapt, zo zal de gemeente in deze ook naar deskundigen moeten stappen. Daarbij kan gedacht worden aan een havenmeester, van een haven, die meer schepen ontvangt dan de onze. Een havenmeester, die terzake kundig is. Daarna dient het afmeren van het schip van mevrouw Stroethoff zodanig te gebeuren dat er naar eer en geweten gezegd kan worden, dat dit dan safe is. Dat is op dit moment en ook met de nieuwe maat regel niet het geval. Het lid VAN HOOF zegt dat met het verslepen van de woonark slechts enkele kosten gemaakt moesten worden, welke bestreden konden worden uit het krediet voor het uitbaggeren van de haven. Daar nu allerlei maatregelen genomen zijn, die leiden tot andere kosten, die niet voorzienbaar waren bij het voteren van het krediet voor het uitbaggeren heeft hij zich eigenlijk voorgesteld dat men geconfronteerd zou worden met het voteren van een krediet voor al deze voorzieningen. Hij is door betrokkene benaderd met de vraag bij het gemeente bestuur te pogen begrip te hebben voor haar situatie. Op een gegeven moment was het zodanig geregeld dat het inderdaad naar haar tevredenheid was opge lost. Bovendien werd er lof gezwaaid aan zijn adres en aan het adres van het gemeentebestuur. Op dat moment heeft hij gemeend dat het goed was. Als ie mand die al jaren op een woonark woont tevreden is dan is die zaak voor hem opgelost. Dat er zich nadien allerlei zaken hebben voorgedaan meent hij te moeten betwijfelen dat die volledig aan het gemeentebestuur te wijten zijn. Uit de opstelling van de heer Van der Graaf en uit zijn bevoegdheden en kwaliteiten zou men terecht kunnen concluderen dat de beste stuurlui ook nu weer aan wal staan. Hij vindt dat het gemeentebestuur de zaak volledig ten genoegen van betrokkene heeft afgehandeld. Hij betreurt het dat deze zaak een vervelende nasleep heeft gekregen. Hij kan zich voorstellen in een goede harmonie de zaken, waaraan noch de gemeente, noch anderen iets konden doen, op te lossen. Hij dacht dat dat de juiste \^eg zou zijn geweest om tot een oplossing te komen. Hij is ervan overtuigd dat de gemeente niet voor kosten opdraait, welke niet bij de gemeente thuishoren. Als men ziet dat de zaak voordat er versleept werd niet helemaal optimaal was hetgeen door derden bevestigd wordt dan vraagt hij zich af of de gemeente wat men nu gaat doen eigenlijk wel moet doen. Hij kan zich voorstellen dat het college dit wil doen om tot een afronding van deze zaak te komen. Dat men dit doet, daar heeft hij toch waardering voor. Hij vindt de manier, waarop mevrouw Stroethoff deze zaak aanpakt onvriendelijk. Het lid RENNINGS zegt dat men in 1977 een aanzegging krijgt om van ligplaats te veranderen. Mevrouv; Stroethoff slaagt daar niet in. De gemeente gaat in mei over om betrokkene daarbij behulpzaam te zijn. Er \-/orden voorzieningen ge-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1979 | | pagina 139