-8-
is om hier te stellen dat wij er geen prijs op stellen dat er uitvoering
gegeven wordt aan het verplaatsen van het ziekenhuis naar Roosendaal.
De VOORZITTER zegt dat de heer Rennings als tegenzet een tussenvoorstel deed
door te herinneren aan een eerder door uw raad aangenomen motie. Hij denkt
als men de eenstemmigheid met betrekking tot die motie hierbij betrekt dat
het verstoppertje spelen is om nu te zeggen dat er nog steeds staat dat het
college van burgemeester en wethouders alles in het werk moet stellen om het
ziekenhuis te behouden. Laten we nu nergens over praten dan blijft dat gewoon
gelden. Hij gelooft dat dat een erg moeilijke stellingname is als men hier
uit een discussie rond een ingediende motie de indruk heeft dat daar een
dergelijke meerderheid niet te halen is. Hij gelooft ook dat hij moet ont
raden om op grond daarvan van het college in deze situatie te verlangen dat
er nieuwe activiteiten ontwikkeld, worden. De heer Wijnen ging nog in op een
opmerking zijnerzijds. Hij bedoelde het volgende. Het is niet zo dat men door
maatregelen van de overheid belemmerd is. Men kan wel een brief krijgen dat
een sluiting in de lucht hangt. Dat is geen maatregel van de overheid.
Sluiting zou een maatregel zijn. Op het moment dat men op die overwegingen
aangevallen wordt vindt hij dat men als gemeentebestuur toch moet realiseren
dat men een buitengewone zwakke positie inneemt. Dat de opdracht onjuist zou
zijn kan er wel in blijven staan. Hij dacht dat dat niet zo essentieel was.
Hij is het overigens wel eens met de opmerking van de heer Van Elzakker
namelijk dat men in de formulering moet zorgen dat men niet onnodig mensen
voor het hoofd stoot. De vraag betreffende de kapitaalsvernietiging heeft de
heer Wijnen niet weggenomen door te stellen dat er nu nog geïnvesteerd v/ordt.
Op dit moment moet er nog gewerkt kunnen worden en daarvoor moeten nog uit
gaven gedaan worden onder andere ook in de investeringssfeer. Er liggen op
dit moment twee voorstellen. Er ligt een voorstel van de heer Kok om de
motie in stemming te brengen en er ligt een voorstel van de heer Rennings
om met name maar te kijken naar de motie van 1977» Hij denkt dat het voorstel
van de heer Kok het meest vergaand is. Hij weet niet of de heer Kok de motie
zoals die nu luidt in stemming wil brengen of dat de tekst eerst wat bij
geschaafd moet v/orden.
Het lid KOK zegt de motie in stemming te willen brengen zoals deze nu luidt.
De loting wijst aan dat het lid Brouwers (nummer 1*f van de presentielijst)
als eerste stemt.
Voor de door de heer Kok ingediende motie stemmen de leden: Brouwers, Van
Hoek, De Haas, Kok, Van Elzakker en Wijnen.
Tegen de motie stemmen de leden: Du Pont, Mol, Rennings, Kop Jansen, Plevier,
Van der Graaf, Den Braber en Van Hoof.
De motie van de heer Kok is derhalve met 8 stemmen tegen en 6 stemmen voor
verworpen.
Het lid VAN DER GRAAF zegt dat het schrijven vermeld onder nummer 26 aan de
leden van de raad gericht is. Het lijkt hem daarom dat een beantwoording
door het college van burgemeester en wethouders niet juist is. Met de tekst
zou hij dan aardig tevreden zijn mits dit concept als een brief uitgaande
van de raad beschouwd wordt. Hij heeft nog een opmerking over de inhoud van
de brief. Hij zou ervoor zijn als er weggelaten werd de zinssnede over de
mogelijkheid om zich tot de burgerlijke rechter te wenden. Dat is een open
deur intrappen. De Voedingsbond F.N.V. zal dit zelf wel weten. Het is niet
hun bedoeling een dergelijke opmerking van ons te krijgen. De bedoeling is
te vernemen of de gemeenteraden, v/aarin dat speelt, zich kunnen scharen
achter de stellingname van de betreffende schrijvers van Campina. Voor het
overige zou het voor zijn fractie te aanvaarden zijn, omdat ook hij van mening
is dat een stellingname van de raad in deze niet erg relevant zou zijn.
De VOORZITTER zegt dat het college geen enkel probleem heeft om die zinssnede
weg te laten. Hij wil dit voorstel gaarne overnemen als de raad hiermede
akkoord kan gaan.
Het lid KOK zegt het een vreemde zaak te vinden dat de Voedingsbonden bij
de gemeentebesturen aankloppen. Een dergelijke aangelegenheid hoort thuis
bij de afdeling juridische zaken van de Voedingsbonden F.N.V.
De VOORZITTER schorst de vergadering voor de koffiepauze.