-12- 9. Voorstel tot gratis beschikbaarstellen van de sporthal aan Oudenbossche zaalsportverenigingen voor het houden van tournooieno Het lid RENNINGS zegt het van harte eens te zijn met dit voorstel. Hij wil wel een restrictie maken. Als men de sporthal gratis ter beschikking stelt dan vindt hij dat de tarieven voor entree, zo die geheven worden, ook beperkt moeten zijn. Hij zou de raad willen voorstellen de beperking op te nemen, dat in derge lijke gevallen het college betrokken wordt bij het vaststellen van de tarieven voor entree. Hij zou er problemen mee hebben als er activiteiten plaatsvinden die niet in de geest liggen van het gratis beschikbaarstellen van de sporthal. Het lid BROUWERS zegt dat het voorstel van de heer Rennings wel overeenkomt met de intentie, die bij de sportraad ten grondslag heeft gelegen, aan het advies in deze gedaan. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 10. Voorstel tot het instellen van een "Commissie voor de beroepschriften"/ vaststellen van een "Verordening, regelende de bevoegdheden, samenstelling en werkwijze van de Commissie voor beroepschriften, ingediend krachtens de Woning wet en de bouwverordening." Het lid VAN DER GRAAF zegt dat de geest van de verordening de instemming van zijn fractie kan wegdragen. Het instellen van deze commissie is noodzakelijk. Dat is ook gebleken uit de bijdrage van zijn fractie bij agendapunt 3« Hij vindt het noodzakelijk dat de mogelijkheid aanwezig is om in een kleine commissie beroep schriften te beoordelen en te spreken met de indiener van een bezwaarschrift. Dan komt hij aan de verordening zoals die nu is opgesteld. Dan zegt hij dat men onder geen enkele voorwaarde hiermede akkoord kan gaan. Dat rammelt zo ver schrikkelijk. Daar zit een aantal zaken in waar hij het niet mee eens kan zijn. Het belangrijkste waar hij het niet mee eens kan zijn is de toevoeging aan de commissie van een lid van het college van burgemeester en wethouders. Hij kan geen enkele commissie in deze herinneren waar namens het college waartegen het bezwaarschrift zich richt een lid deel uitmaakt van die vergadering ook al is dit zonder stemrecht. Ook al zou hij voorbeelden kennen dan zou hij er toch met klem tegen zijn. De commissie heeft het volste recht om in eigen kring te beoordelen wat te beoordelen valt. Hij kan zich daarbij wel voorstellen - hij acht het zelfs noodzakelijk en juist - dat diezelfde commissie de mogelijkheid heeft iemand uit het college uit te nodigen om een oordeel te geven. Dat is een zaak, die men in soortgelijke gevallen tegenkomt Men hoort de bezwaarde en de ander, die de beslissing genomen heeft. Hij heeft een aantal amendementen op deze verordening. Artikel 1 regelt wat eigenlijk het doel van de commissie is. Daarbij komt men aan de zinssnede: "een bij de raad ingediend geschrift tegen een beslissing van burgemeester en wethouders". Hij zou dit vallen aanvullen om de mogelijkheid te voorkomen dat een verkeerd geadresseerd bezwaarschrift, mogelijk om die reden, niet-ontvankelijk verklaard zou worden. Hij zou daarom de woorden willen toevoe gen: "of een geschrift, dat gezien het onderwerp, kennelijk aan de raad gericht diende te zijn". Hierdoor voorkomt men dat hierover een discussie 'gevoerd moet worden. In artikel 2, lid 1, wordt de voorzitter te voorschijn gehaald. Hij stelt voor dit lid te wijzigen in: "De commissie bestaat uit drie leden, welke door de raad uit zijn midden worden benoemd. Uit de drie leden kiest de commissie zich een voorzitter." Dan komt hij terecht bij lid 4 van artikel 2. Er staat: "Een commissielid, dat ter vervulling van een tussentijds opengevallen plaats is aangewezen, treedt af op het tijdstip, waarop degene in wiens plaats hij is aangewezen, moest aftreden."Dit is een overbodig artikel, omdat elders wordt vermeld dat de zittingsduur van de commissie gelijk is aan de zittingsduur van de raad. Dat betekent automatisch dat het punt van aftreden voor elk commissie lid, of tussentijds of vanaf de aanvang benoemd, bekend is. Lid 5 zegt:"Een commissielid verliest zijn lidmaatschap wanneer hij ophoudt lid van de raad te zijn." Dit is ook overbodig omdat elders wordt vermeld dat de commissie bestaat

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1979 | | pagina 12