-33-
een aansluiting geeft op het sportcomplex.. Deze zal bovendien niet uitgevoerd
kunnen worden met toe- en afvoerwegen, maar altijd met trappen, hetgeen voor
fietsers toch een belemmering kan zijn en mogelijk gemeden zou kunnen worden
door het fietsverkeer. De heer Rennings zegt dat hij graag een aantal normen
in het rapport verwerkt zou willen zien» Deze heeft zelf aangegeven dat dat
niet zo gemakkelijk is» Bij de uitvoering van het plan kan er naar gestreefd
worden die normen er bij te hebben. Hij moet zeggen dat men, in overleg met
de verkeersdeskundigenog niet uit deze kwestie is gekomen. De heer Rennings
gaf aan dat de wegenhierarchie niet altijd in overeenstemming is met het schema
zoals dat in het verkeerscirculatieplan is aangegeven. Er is duidelijk in het
verkeerscirculatieplan gesteld dat in principe dat schema wordt gehanteerd.
Zoals de wegenhierarchie hier in dit plan is aangegeven in 1977eind 19^3, is
een wegenhierarchie, die niet helemaal sluit met dit principe. Er is zoveel
mogelijk naar gestreefd die sluiting te vinden. Die is niet altijd te vinden
omdat het stratenverloop in de wijk beeldbepalend is. Daaraan is dit schema^
wat niet meer is dan een schema in feite om weer aan te geven hoe de situaties
in de wijken zijn, om die daarin op te nemen. De heer Rennings praat ook over
de drie tunnels. Spreker dacht dat hij de heer Rennings kon verwijzen naar
hetgeen hij eerder gezegd heeft. De heer Van Eijkeren zegt zich af te vragen
waarvoor die informele bijeenkomst is gehouden. Er is met de opmerkingen,
die gemaakt zijn geen rekening gehouden. Spreker dacht dat die informele bij
eenkomst duidelijk was bedoeld als een mogelijkheid van technische uitleg
van de kant van de mensen, die een belangrijke bijdrage hadden geleverd aan^
dit rapport. Dat was het uitgangspunt van deze discussie in die informele bij
eenkomst. Meer heeft het college hieraan ook niet willen toekennen, omdat
de punten, die daar met name ter discussie waren, de tunnels en wegenhierarchie,
uiteindelijk, dacht hij, hier bij het als zodanig aannemen van dit plan ter
discussie zouden komen. Er is een aantal technische zaken aan de orde geweest,
met name.is er toen, dacht hij, van de kant v.an de heer Van Eijkeren met de
samensteller van het rapport over uitgangspunten en doelstellingen gedis
cuteerd. Hij dacht dat dat in het rapport als zodanig geen wezenlijke veran
deringen had gebracht. Vandaar dat het college daarop in het rapport niet
verder is ingegaan, omdat burgemeester en wethouders meenden dat in die dis
cussie die zaken toch wel toegelicht waren. De heer Van Eijkeren praatte ook
over de rondwegen. Spreker dacht dat hij daarop al was ingegaan. De wegen
hiërarchie, hij heeft dit in antwoord op de vraag van de heer Rennings gezegd,
is in feite een constatering van de situatie, zoals die in de diverse wijken
is. Er zijn inderdaad wegen, die uitkomen op wegen van een orde, die niet een
maal, maar vaak tweemaal groter is. Dat zijn gegeven situaties. Daar kan men,
dacht hij, in de praktijk ook weinig aan doen, want dat zou betekenen dat die
wegen dan afgesloten moeten worden en dergelijke, omdat ze op een weg van
grotere orde uitkomen. Dat is in de praktijk niet uitvoerbaar. Er is alleen
aangegeven hoe de situatie is en in het schema hoe de ideale situatie zou
kunnen zijn. Deze is echter in veel gevallen niet haalbaar. Over de tunnels
heeft hij gesproken. De heer Van Eijkeren sprak ook over de conflictpunten
en de eventuele fasering, wat dat weer aen conflictpunten kan oproepen.
Hij dacht dat dat zaken waren, die bij de uitvoering, in fasen van het plan
iedere keer aan de orde gesteld kunnen worden en dat dan die situaties, per
situatie, kunnen worden beoordeeld en bekeken. Op de vraag van de heer Van
Hoek heeft hij, dacht hij, antwoord gegeven, voor wat betreft diens vraag
over het effect van de rondweg ten opzichte van het doorgaande verkeer.
Het lid. VAN DER GRAAF voelt zich toch wel wat moeilijk worden als hij de heer
Du Pont hoort spreken over de uitleg, die gegeven moet worden aan een dergelijk
informele bijeenkomst. De raad stelt het beleid vast, stelt dus ook het ver
keerscirculatieplan vast. Het college heeft daarbij tot taak om af te tasten
wat het beleid van de raad is; hoe dat moet worden verwoord en wanneer dan een
informele bijeenkomst alleen maar de uitleg krijgt enkel maar bedoeld te zijn
als een technische uitleg, dan zegt hij zich toch wel wat vreemd te gaan voe
len. Er zijn in die bijeenkomst duidelijke alternatieven aangegeven. Formeel
heeft de wethouder gelijk. Formeel wordt bedoeld plan nu vastgesteld. Hij
stelt zich alleen even voor hoe moeilijk dat is. Hoe moeilijk, omdat de raad
dan met duidelijk omschreven amendementen zou moeten komen op dit verkeers-