-31- gelet op de financiële middelen die dat alles zal vergen. Dit neemt overigens niet weg dat de prioriteit van de eerste tunnel door zijn fractie volledig wordt onderschreven, in het midden latend of dat de tunnel is voor de Lolle- straat, dan wel de tunnel halverwege de voormalige spoorwegovergang bij de Lollestraat en de spoorwegovergang bij de Molenstraat. Samenvattend zou hij het college in overweging willen geven de samenvatting aan te vullen met de twee genoemde amenderingen, een uitspraak over de hantering van de wegen- hiërarchie en de suggestie een ruimere bekendheid te geven aan het beleid, wat de raad de komende jaren terzake gaat voeren. Het lid VAN EIJKEREN zegt, het verkeerscirculatieplan in grote lijnen bekij kend, toetsend aan het programma op basis, waarvan de fractie van de Partij van de Arbeid hier aanwezig is, het verkiezingsprogramma, te kunnen stellen, in grote lijnen gelukkig te zijn met dit plan. Hij vindt daarin nogal wat terug, wat zijn partij graag gerealiseerd zou zien. Toch een paar kantteke ningen. De eerste, eigenlijk blijkt dit al uit de opmerkingen die door de voorgaande sprekers gemaakt zijn, betreft met name de informele bijeenkomst van 7 november 1978. Het college refereert aan die informele bijeenkomst. Die bijeenkomst heeft, zoals het college weet, een aantal vragen, kantteke ningen, twijfels, alternatieven, opgeleverd. Vandaar dat hij met enige ver bazing in de tweede alinea van het preadvies heeft gelezen, hij citeert. "Het rapport, dat getuigt van een kundige opzet en een waardevolle basis vormt voor het te voeren beleid met betrekking tot de voorzieningen om een zo veilig en vlot mogelijke afwikkeling van het verkeer te verkrijgen." Einde citaat. Dat betekent niet dat hij de redelijke mate van kundigheid aan de opstellers van het rapport zou willen ontzeggen, maar wel dat hij eigenlijk bij het voorstel, zoals dat er nu ligt, toch heel duidelijk die kundigheid die ook middels die informele bijeenkomst door de raad daaraan is toegevoegd, al was het alleen maex door het zetten van vraagtekens en het maken van kant tekeningen, maar ook, hij denkt dan met name aan die tunnels, het denken in alternatieven, dat dat verdwenen is. Het resultaat van die bijeenkomst blijkt nu een beetje verloren te gaan. Voor zover hij op grond van wat nu voor hem ligt heeft kunnen nagaan, is daarmee niets gedaan. Het is hem uiter aard bekend dat volgens het uitvoeringsscheraa allerlei zaken nog gedetailleerd in de loop van de jaren aan de orde zullen komen. Maar toch, omdat het hier gaat om een goedkeuring in grote lijnen, een intentie, die hier wordt uit gesproken, tal van aanvullingen, kanttekeningen destijds gemaakt, hadden ook dat karakter van een intentie, soms een andere dan in het plan. Als daarvan niets wordt teruggevonden, wat moet men dan van toekomstige informele bij eenkomsten denken? Betekent dat dat het toch een tamelijk vrijblijvende aan gelegenheid is? Een bijeenkomst, zoals met het P.O.N. heeft bewezen dat het toch ook wel anders kan, hoewel met het verslag niet iedereen gelukkig is, omdat daarbij ook wel wat kanttekeningen geplaats worden. Maar goed, daarvan is in ieder geval een verslag, waarin hoofdlijnen zijn vastgelegd en wat verder mee genomen wordt. Hij heeft dan nog een tweetal vragen. Op de eerste plaats: waar zijn de op- en aanmerkingen, die in deze door zijn fractie en ook door anderen uit de raad op die informele bijeenkomst gemaakt zijn, geble ven, wat is daarmee gedaan. Zo deze verdwenen zouden zijn betekent dat dan dat de raad op dit moment of wanneer en waar elders opnieuw deze op- en aan merkingen, deze kanttekeningen moet maken. Door de vorige sprekers, worden nu bepaalde zaken daarvan meegenomen, maar dat alles is verre van compleet als hij dat vergelijkt met hetgeen er allemaal gezegd is op die informele bijeen komst; dat waren toch vaak fundamentele punten, waarover van gedachten werd ge wisseld. Hij wil deze ook allemaal wel weer noemen, maar hij kan zich voor het grootste gedeelte aansluiten bij de heer Rennings, die gesproken heeft over de wegenhierarchie, de normering. De rondwegen zijn ook genoemd, Juist daar zit een punt van strijdigheid. Enerzijds moet men er rekening mee hou den in het plan. Anderzijds, laat eerst maar eens voldaan worden aan het be lang van die wegen. De tunnels. Moet dat één, twee of drie worden. Welke tunnel is dan tunnel één? Allemaal conflictpunten, die ook worden gesignaleerd in het plan. Het oplossen van een conflictpunt hier doet onmiddellijk een sluiproute elders ontstaan. Wordt dat volledig ondervangen door de fasering die in het uitvoeringsschema is voorzien? Is daar sprake van een duidelijke

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1979 | | pagina 117