-25-
zorgvuldigheid, dit dan hier het geval is. Uit de stukken blijkt niet dat
aan de besturen schriftelijk en tijdig de vraag is voorgelegd zoals hij deze
zojuist formuleerde. In het preadvies staat dat het college deze vraag
heeft voorgelegd aan de R.K. Boerenbond St„ Bernardus, het N.K.V.
K.N.O.V. en N.V.V. Dit is een onwaarheid. Aan het N.V.V. is bedoelde vraag
niet voorgelegd. Hij heeft zich hiervan overtuigd. Een volgende onwaarheid
in het preadvies is dat van het N.V.V. en het K.N.O.V. nog geen bericht
werd ontvangen. Van het N.V.V. is dit een halve waarheid, wat daarmee tot
een onwaarheid wordt omdat er niets aan het N.V.V. is gevraagd. Van het
K.N.O.V. is het een halve waarheid, omdat men wel degelijk een bericht
heeft gestuurd en wel vóór de brief, die de voorzitter zojuist noemde.
Het K.N.O.V. heeft gemeld, naar hij meent terecht, dat zij deze mededeling
niet konden geven vóór een bepaalde datum en wel niet voor de datum waarop
het bestuur bij elkaar is gekomen. Daarnaast doet zich weer het vervelende
probleem voor dat ook hier een enkelvoudige aanbeveling plaatsvindt. Een
enkelvoudige aanbeveling, die zich hier zeker niet verdraagt met de zorg
vuldigheid. Dit is in dit geval op geen enkele wijze goed te keuren.
Als hij constateert dat er niet is voldaan aan de zorgvuldigheid, die men
in deze mag verwachten, dan houdt dat in dat hij nu aan de raad het voorstel
moet gaan voorleggen deze aanbeveling niet te behandelen en het college
met enig huiswerk naar huis te sturen. Verder heeft hij nog een probleem.
Hij mist namelijk de poging van het college te zorgen voor een zodanige
samenstelling van dit college dat daarmee wordt voldaan aan het eerste lid
van artikel 14„ Daarnaast vindt hij het betreurenswaardig dat ook niet de
mogelijkheid aanwezig is geweest een vrouw voor te dragen. Met name in een
college als dit is hij van mening dat, liefst op basis van fifty-fifty,
een vrouw tot lid benoemd kan worden. Dit probleem ligt niet helemaal
binnen de orde van dit voorstel. Hij verzoekt het college dit probleem
toch aan te roeren. Bij zijn eerste bezoek aan bedoeld college ontdekte
hij tot zijn verbazing dat hier nog iemand aanwezig was. Dit is naar zijn
mening in strijd met de verordening. In strijd ook met zorgvuldig bestuur.
In de verordening staat dat de leden van bedoeld college tot geheimhouding
verplicht zijn. Op het moment dat men daarvan een openbare vergaderingen
maakt, althans daarin niet-commissieleden toelaat, voldoet men niet meer
aan die eis. Als men de zaken behandeld brengt men ze ter kennis aan iemand,
die geen recht heeft op die kennisname. Hij heeft nog andere bezwaren,op het
terrein van de zorgvuldigheid liggende, betreffende die bezoekster. Het be
treft hier een maatschappelijk werkster, die in deze gemeente werkzaam is.
Algemeen maatschappelijk werk verdraagt zich niet met uitvoerend werk. Nu
kan men stellen dat dit geen uitvoerend werk is en dat bezoekster alleen
maar een adviserende taak in deze vervult. De facto betekent het dat dit
advies volkomen strijdig is met alle begrippen, die er bestaan omtrent
algemeen maatschappelijk werk. Het moet onmogelijk zijn dat een maatschap
pelijk werkster, die zich vandaag bezig houdt met de zorgen en noden van
een cliënt, morgen dezelfde cliënt tegenkomt in papieren vorm tijdens een
vergadering en dan haar mededelingen doet over datgene, wat haar als
maatschappelijk werkster vertrouwelijk ter kennis is gebracht. Dit is vol
komen onmogelijk. Hij begrijpt niet dat dit jaren heeft kunnen gebeuren.
Als hij dit eerder had geweten, dan had hij dit al eerder aan de orde ge
steld.
De VOORZITTER zegt dat dit probleem opgelost moet worden binnen de com
missie. De commissie zal moeten zorgen, de voorzitter der commissie zal
daarover moeten waken, dat een vergadermethodiek wordt toegepast, welke
daar past en dat de verordening wordt toegepast zoals deze luidt. Hij
dacht dat het niet goed was hier over onderdelen van de bezwaren van de