-20- geledigd zijn van de hoogste nood denkt hij dat het verschil van mening zit in de interpretatie. De ergste gevallen zijn inmiddeld opgelost, maar de studie over de huisvesting vindt men nog wel nodig. Met betrekking tot de toelichting op de vragen moet hij zeggen dat men er op deze manier niet uitkomt. Over en weer vinden we onszelf duidelijk en de ander onduidelijk. Zoals de heer Van der Graaf het in tweede instantie naar voren brengt kan hij het niet duidelijker maken. Hij weet niet wat er bedoeld wordt. Het voorstel om een post pro memori ten be hoeve van het gemeentehuis af te voeren zal bij niemand op bezwaren ktnhën stuiten Men is in de loop van dit jaar niet aan een voorbereiding van de be sluitvorming kunnen komen, omdat men vorig jaar heeft geconstateerd dat de raad er niet aan wilde. Aan het eind van het jaar is die urgentie opnieuw aan de orde gekomen. Men moet dus nu opnieuw gaan voorbereiden. Het college zal hierop in de loop van het jaar terugkomen. Ten aanzien van het toerekenen van kosten voor openbare werken zegt hij gaarne toe dat het systeem van toerekenen in de com missie openbare werken aan de orde zal worden gesteld. Met betrekking tot de kwestie van gewezen wethouders zegt de heer Van der Graaf dat geen enkel onder zoek heeft plaatsgehad. Deze doet alsof dat betrekking heeft op de werkwijze van het college. Daar was dit bedoeld als aan u, als beschuldiger, gericht. De heer Van der Graaf beschuldigde zonder dat er onderzoek was gedaan. Dat het op de weg van de raad lag onderzoeken te doen, heeft het college niet beweerd. Bedoeld werd dat als men beschuldigt, men dan daarvoor een concrete aanleiding moet hebben. Overigens moet hij zeggen dat destijds toen de zaken aan de orde kwamen ambtelijk die zaken zijn onderzocht en dat op grond van de regeling bij de wethouders Brouwers en Van Oosterhout geen korting plaats kon vinden. De heer Meijers beschikt sinds 22 november over de regeling. Deze is op dit moment doende. Dat er nooit een uitvoeringsregeling door burgemeester en wethouders is gemaakt van het bepaalde in artikel k, lid A, komt omdat er geen inkomsten vermindering in het verleden plaats vond. Met betrekking tot het systeem van de verordening heeft hij toegezegd dat dit in mei in de commissie voor Algemene en Bestuurlijke Zaken besproken zal worden. Voor alle duidelijkheid wil hij stellen dat hij niet gezegd heeft dat de heer Van der Graaf het woord te kwader trouw had uitgesproken. Dat is niet zo. Hij heeft alleen gezegd dat het de indruk kon wekken dat het die kant uitging. Met betrekking tot de organisatie- of structuur verordening komen wij in de welles-nietes situatie. Volgens het college is dit niet nodig, maar als uw raad er behoefte aan heeft hoort men dat vanzelf. Ten aanzien van de spelregels en het effect daarvan, voor het toewijzen van commissie plaatsen en voor het benoemen van wethouders delen burgemeester en wethouders de overtuiging van de heer Van der Graaf niet. Over zijn optreden rond het aan bieden van handtekeningen ten behoeve van het behoud van het ziekenhuis dacht hij dat de opdracht, die er van de kant van de raad geformuleerd was, duidelijk genoeg was. De meerderheid van de raad zag liever dat het ziekenhuis niet zou verdwijnen. Daarin past het best om die handtekeningen aan te bieden. Met be trekking tot het ventileren van een eigen mening over de huisvesting van buiten landse werknemers moet hij zeggen dat het de mening van het college was. Het bleek de mening te zijn van de grootst mogelijke meerderheid van de raad. Mocht de heer Van der Graaf van mening zijn dat de door hem gedachte organisatie- of structuurverordening wel aan de orde moet komen, dan stelt hij voor deze zaak in de commissie voor Algemene en Bestuurlijke Zaken te bespreken. Men kan dat zelf agenderen. Wat betreft het naderen van de grenzen van partijdigheid door hemzelf, wil hij graag toezeggen dat men zich daar geen zorgen over hoeft te maken. De heer Van Hoof vraagt een specificatie van de post gratificatie te geven. Deze specificatie is te geven. Om echter de gratificatie het karakter van gratificatie te laten behouden zou het college er de voorkeur aan geven de specificatie bij de stukken voor de vergadering van de commissie voor Algemene en Bestuurlijke Zaken te leggen. Met betrekking tot de suggestie naar aanleiding van het citaat wat hij van de heer Van Hoof overnam, moet hij wijzen op de be palingen in de gemeentewet met betrekking tot het opzeggen van het vertrouwen in het college. De heer Wijnen zegt met betrekking tot het streekplan dat hij zich zorgen maakt over de inspraak van de burgers. Het is zo dat de provincie streekplan moet opstellen en dat de provincie zowel de inspraak als het bestuurlijk

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1978 | | pagina 197