-16- door de raad werden vastgesteld, dienen ook deze subsidies onver wijld te worden vastgesteld in overeenstemming met de hier bestaande behoefte. De overkapping van de wielerbaan dient, in overeenstemming met de wens van de raad te worden afgevoerd van het investeringsplan. Ook D.A.C.W.-subsi die is overheidsgeld. De principiële benadering dat een commercieel beheerde 'sportakkommodatie geen aanspraak kan maken op overheidssubsidie laat niet toe dat rekening wordt gehouden met de vraag van welke overheid dat subsidie komt. Mijnheer de voorzitter. Het heeft de volledige instemming van mijn fraktie dat er een regeling bestaat ten aanzien van de toekenning van uitkeringen en pensioenen aan gewezen politieke ambtsdragers. Evenals het onze instemming heeft dat er een werkloosheidswet bestaat. Beiden zijn bedoeld om mensen die hun functie respectievelijk hun baan kwijtraken te vrijwaren van al te abrupte gevolgen van die verandering. Logisch ook dat de Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers op een aantal punten genereuzer is dan de Werkloos heidswet. De politieke ambtsdrager weet tevoren dat zijn functie tijdelijk is. Ook met de inhoud van de, op de wet geënte, Verordening Uitkeringen en Pensioenen Wethouders Oudenbosch, zijn wij het derhalve in grote lijnen eens. Maar bepaald niet met de uitvoering die wordt gegeven aan die verordening. Over het algemeen kan worden gezegd, ik wees reeds op de Wet Pensioenen Politieke Ambtsdragers, dat de doelgroep van de wet bestaat uit mensen die een dagtaak hebben aan hun politieke job. En ergens duikt dan op dat in die groep ook nog wat mensen zitten met een gedeeltelijke dagtaak, de wethouders van kleine ge meenten. Kijkend naar de situatie hier in Oudenbosch, zie je dan dat die gewezen wethouders hun volle taak bij de werkgever weer oppakken en derhalve ook een volle werkweek betaald krijgen Of dat ook geschiedde, ik bedoel die volledige beloning ontvangen, in de tijd dat men wethouder was, doet mijns inziens niet terzake. Dat is een zaak van werkgever en werknemer. Het is dan ook onterecht wanneer in een dergelijk geval, en ik herhaal dat zoiets hier in Oudenbosch speelt, het volledige wachtgeld, onverkort, zonder rekening te houden met de verdiensten, wordt uitbetaald. Het is wat men elders: "Misbruik van sociale voorzieningen zou noemen". Nu zit er een addertje onder het gras. De verordening zegt, in artikel k, lid 1De inkomsten die de gewezen wethouder geniet of gaat genieten uit of in verband met arbeid of bedrijf, ter hand genomen op of na de dag dat hij heeft opgehouden wethouder te zijn, worden in mindering gebracht op het uitkerings bedrag over de maand, waarop deze inkomsten betrekking hebben of geacht kunnen worden betrekking te hebben. Deze bepaling, en let dan vooral op "op of na de dag dat hij heeft opgehouden wethouder te zijn'' wordt door het college van burgemeester en wethouders met uitzondering van de voorzitter, hun eigen financiële toekomst regelend, uitgelegd als: Die werkzaamheden waren immers al veel eerder ter hand genomen? Pat neem ik althans aan. Burgemeester en wethouders zeggen alleen maar: Wij zijn van oordeel dat deze bepaling (artikel k, lid 1) thans geen toepassing kan vinden. Maar waarom citeren burgemeester en wethouders ook niet lid 2b? Dat luidt: Voor de toepassing van het vorige lid worden mede als inkomsten aan gemerkt: de inkomsten die worden genoten uit een betrekking waarin hij gedu rende zijn zittingstijd als wethouder op non-activiteit was gesteld. Ziet u wel? Er zit nog een moeilijkheidje: Waren die gewezen wethouders wel gedurende zeg maar twee dagen per week op non-activiteit gesteld Als daar neen op wordt geantwoord vraag ik mij af hoe zij dan een bedrag van rond 25.000, gulden per jaar hebben durven incasseren. Ik noem hier twee dagen als minimale besteding in tijd. Niet uit de lucht gegrepen is dat. De Vereniging voor Nederlandse Gemeenten (zie Blauwe Reeks nr. *f6 van 1972) legt de grens voor de volledige dagtaak ongeveer bij een inwonertal van 20.000. De wethouderswedde is daar minder dan het dubbele van die bij ons én de wedde stijgt met het in-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1978 | | pagina 164