-39- toch nog de conclusie kunnen zijn dat tot sluiting overgegaan zou wordai Dat heeft hij bedoeld met inside-informatiewelke wellicht bij de fractie van de heer Rennings bekend is, vanwege het hebben van een lid in het ziekenhuisbestuur. Hij kan zich ook nog heel goed de manier herinneren waarop de fracties van de Werknemers en 0,N,S, indertijd deze aangelegenheid hebben geregeld. Op dit moment neemt hij geen enkel woord terug van hetgeen hij gesuggereerd heeft. Van de zijde van O.N.S. is contact gezocht met de Werknemerspartij om door de Werknemerspartij een motie in te laten dienen. In principe was de motie van O.N.S. uitgegaan. Het lid RENNINGS (O.N,S.) zegt dat hij destijds door de heer Brouwers benaderd was omdat deze met een motie zat. De VOORZITTER zegt te willen onderbreken, omdat dit op de eerste plaats op dit moment niet aan de orde is en omdat de heer Rennings zijn bijdrage in tweede instantie geleverd heeft. Voorts zou hij willen vragen geen uitspraak over voorliggende motie te doen. Als de discussie in tweede instantie is afgerond dan zou hij een orde-voorstel willen doen. Het lid VAN HOOF (Onafhankelijk) zegt dat hetgeen door de fractie O.N.S. is gesteld over de situatie, zoals deze zich op dit moment voordoet, nog steeds uitgaat van een reële mogelijkheid om het ziekenhuis in Oudenbosch te behouden Hij vindt dat dat gezien in het licht van hetgeen er de laatste jaren is gebeurd en gezien in het licht van voorliggend rapport, een beetje getuigd van een irreële gedachte. Hij vindt het ergerlijke hiervan dat daardoor de onzekere situatie, die zich op dit moment voordoet zowel voor hen die werkzaam zijn in het ziekenhuis als voor de patiënten, een lange reeks van jaren blijft voort duren. Hij is van mening dat er zekerheid moet komen, zowel voor de een als de ander. Het hoeft voor hem niet weg. Maar als het kan blijven dan moet men op korte termijn beslissen. Desnoods moeten wij solidair meewerken aan mogelijke alternatieven. Daar gaat de fractie O.N.S. te veel aan voor bij. Voor wat dat betreft is hij het meer eens met de zienswijze van de Partij van de Arbeid. De VOORZITTER zegt dat men nu toe is aan het bepalen van een stand punt, althans als men dat nodig vindt in een motie. Per fractie heeft de raad een uitgewogen reactie voorbereid. In eerste instantie is veelal een letterlijke tekst als bijdrage ter discussie geleverd. Als men nu in een motie, alhoewel heel kernachtig, al die nuanceringen die in de voorbe reidingen zijn aangebracht laat wegvallen en alleen maar komt tot een uitspraak, dan denkt hij dat daarmee een stuk van de waarde van deze discussie verloren gaat. Daarom is zijn vraag of het niet verstandiger zou zijn om de woordelijke tekst van de gevoerde discussie ter beschik king te stellen van het college van gedeputeerde staten, als zijnde de gevoelens die er binnen de gemeenteraad van Oudenbosch leven. Het is immers niet zo dat dit een zaak is, die strikt genomen aan een besluit van het gemeentebestuur van Oudenbosch opgehangen moet zijn. Hij denkt dat het jammer zou zijn dat de nuanceringen weg zouden vallen. Zijn voorstel is dus om niet over de beide ingediende moties te gaan stemmen, maar in plaats daarvan de tekst van de discussie ter beschikking te stellen. Het lid RENNINGS (O.N.S.) zegt zich af te vragen, als men een discussie van ongeveer twee uren op papier toezendt, in welke mate dat stuk dan ge lezen zal worden. De VOORZITTER zegt dat men wat dat betreft het vertrouwen moet opbrengen dat men, ook in het college van gedeputeerde staten en in de provinciale advies-commissie voor de volksgezondheid, het moeilijk genoeg heeft met het besluit, wat er te nemen is. Men zal zeker de bevindingen vanuit een col lege als het onze zeer serieus nemen. Als de raad zich hiermede kan verenigen, dan heeft hij nog een vraag, na-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1978 | | pagina 127