-13- Als de raad zegt dat in het licht van al die feiten opnieuw met de heer Steur gesproken moet worden om tot een wellicht andere locatie te komen voor de nieuwbouw, dan betekent dit dat de raad het beleid van het college met betrekking tot het aantrekken van werkgelegenheid en het reserveren van het tweede gedeelte daarvoor niet onderschrijft. Het beleid wordt bepaald door de raad en het college zal een dergelijk besluit zeker uitvoeren. Het lid VAN HOOF zegt dat hij misschien in zijn emotioneel betoog inderdaad een nogal merkwaardige beschuldiging heeft geuit. Uit het betoog van de voorzitter moet hij eerlijkheidshalve aannemen dat van opzet geen sprake is. Als zodanig wil hij de beschuldiging terugnemen. De VOORZITTER zegt de discussie omtrent deze aangelegenheid te willen besluiten. Als de raad besluit om nu een derde instantie toe te laten dan heeft hij daar alle begrip voor. Het lid VAN DER GRAAF zegt dat er gesproken is over een mogelijkheid om de besprekingen met de firma Steur opnieuw te openen. Dat voorstel zou hij wel willen doen ware het niet dat hij op dit moment twijfelt aan enkele zaken, welke hij hier nu zo direct niet uit de stukken kan halen. Het gaat er met name om dat op hetzelfde gebied 3500 m2 grond ver kocht wordt aan Legro, terwijl daar ^0 mensen gaan werken. Daarmede wil de voorzitter stellen dat voldaan wordt aan het aspect van de werk- gelegenheidsbevordering. Dat is ongeveer een op honderd. Bij Steur zou dit beduidend minder zijn, als hij het goed begrijpt. Het lid VAN HOOF zegt dat de Legro kO mensen overplaatst. De VOORZITTER zegt dat dit punt eigenlijk thuishoort bij agendapunt 16. Het college heeft daarbij overwogen dit wel te doen. Het alternatief is niet 40 hier of 40 daar, maar 0 of 40, want het bedrijf ter plaatse voortzetten is onmogelijk. Als de raad vraagt om een discussienota op te stellen met betrekking tot de intenties rond het tweede gedeelte dan zegt hij dat graag toe. Het college heeft op dit moment althans niet de bedoeling om- dat stuk te gaan verkavelen. Hij is dan ook geen voorstander om de onderhande lingen met Steur te heropenen. Hooguit kan de heer Steur in de oren knopen dat de zaak toch weer in discussie komt. Deze zou zijn activi teiten dus op een lager pitje kunnen zetten om er eventueel nog op in te haken. Hij zegt graag toe dat er een discussienota rond de bedoelingen met het tweede gedeelte van het industrieterrein aan de Bosschendijk wordt opgesteld opdat de raad dan in een formele vergadering een uit spraak daarover kan doen. Het lid KOK zegt dat zijn fractie toch wel het volste vertrouwen heeft in de handel wij ze van het college. ko Voorstel tot vaststelling van de vergoeding ex artikel 101 van de Lager-onderwijswet 1920 over 1977° 3. Voorstel tot beschikbaarstelling van een krediet voor de aanschaf van 10 containers/33e wijziging gemeentebegroting 1978° Zonder hoofdelijke stemming worden deze voorstellen aangenomen. 6, Voorstel tot beschikbaarstelling van een krediet voor aanschaf schrobmachine en waterzuiger ten behoeve van de gemeentelijke sport- accommodaties/3^e wijziging gemeentebegroting 1978. Het lid KESSEL zegt dat hij de afschrijvingstermijn van 10 jaab nogal aan de ruime kant vindt, mede gezien het feit dat de machines geregeld verplaatst moeten worden. Zijn hier normen voor, zo vraagt spreker. Het lid DU PONT zegt dat een afschrijvingstermijn van 10 jaar gebruikelijk

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1978 | | pagina 73