-31-
onderhandelt men dan op gelijke wijze moet "onderhandelen. Vandaar dat
er nu een misverstand ontstaan is. Als de zaken voor Vice Versa in
eerste instantie duidelijk overgekomen waren, dan had men eerder
kunnen laten blijken, dat het zo niet zou kunnen. Nu staat men eigenlijk
met de rug tegen de muur.
Als dit de manier van overleg met verenigingen is, dan vindt hij dit
niet de juiste. Als de vereniging nu al duidelijk kan aantonen dat
zij met het betalen van deze huur duidelijk in financiële moeilijkheden
komt dan moet men dat verschuiven naar de toekomst. Als men nu roemt
over de organisatie van de vereniging dan vindt hij dat men op dezelfde
wijze moet kunnen blijven functioneren als men tot op heden gedaan
heeft. Daarom stelt hij voor het huurbedrag per jaar met 2000,
te verlagen.
Het lid KESSEL zegt het eens te zijn met de heer van Hoof. Men moet
nu proberen te voorkomen dat de vereniging in financiële moeilijkheden
komt. Hij stelt voor om een huurbedrag per jaar ad 7000,te vragen.
Het lid VAN ELZAKKER zegt het voorstel van de heer Kessel te kunnen
steunen.
Het lid RUBBENS zegt eveneens het voorstel van de heer Kessel te kunnen
steunen.
Het lid VAN DER GRAAF zegt dat de argumentatie van de heer Rennings
hem het meest aanspreekt, omdat daarin de vereniging de kans gegeven
wordt op deze wijze te functioneren met de duidelijke open mogelijkheid
om bij te sturen wanneer achteraf blijkt dat dat nodig is.
De VOORZITTER zegt het voorstel van de heer van Hoof in stemming te
willen brengen.
Tegen het voorstel van de heer van Hoof om het huurbedrag per jaar
van 8.950,met 2.000,te verlagen stemmen de leden:
van der Graaf, Meijers, du Pont, Mol, Rennings, Kop Jansen, Kok en de
Haas.
Voor genoemd voorstel stemmen de leden:
Rubbens, van Elzakker, Gouverneur-LamersKessel, van Hoof en Brouwers.
Het voorstel van de heer van Hoof is derhalve met 8 stemmen tegen
en 6 stemmen voor verworpen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen, onder
aantekening dat de leden van Hoof en van Elzakker tegen dit
voorstel zijn.
26. Rondvraag.
Het lid KESSEL zegt dat hem klachten bekend zijn over de huidige staat
waarin de keukens en badcellen van oude woningen van de woningstichting
verkeren. De meeste woningen voldoen niet meer aan de eisen van deze
tijd. Het renoveren behoeft de stichting geen geld te kosten. Er zijn
ruime subsidie-mogelijkheden aanwezig. De lasten voortvloeiende uit
leningen kunnen gedekt worden door huurverhogingen. Hij zou het college
willen verzoeken te bevorderen dat de woningstichting de renovatie
van die soort woningen ter hand wil gaan nemen.
De VOORZITTER zegt alvorens bij de woningstichting aan te dringen
op renovatie dat hij gaarne wil vernemen om welke huizen het gaat.
Het lid KESSEL zegt dat in de Burg. Teijssenstraat aan een zijde voor
een gedeelte wel en voor een gedeelte gèen parkeerhavens zijn. Hij vindt
dit een vreemde zaak. Verder zou hij willen vragen of de aanbesteding
van het tennispaviljoen openbaar plaats zal vinden of niet.