-22- is heeft men hard nodig om belangrijke voorzieningen tot ontwikkeling te brengen. Het lid KESSEL zegt voor dit voorstel te zijn, daar de komende jaren wat ruimte geboden wordt, zodat men de belasting niet behoeft te verho gen. Als men de belasting niet verhoogd, dan is dat in feite ook een belastingverlaging. Het lid VAN ELZAKKER zegt het gevoel te hebben dat men voor de volgende jaren streeft naar het maken van een zodanige begroting, waarin met de wensen van de raad rekening gehouden wordt. Grote overschotten moe ten volgens hem op de een of andere manier wel besteed v/orden. Het lid BROUWERS zegt te willen vragen waarom extra vrordt afgeschreven op de post bouw gemeentehuis. Zijn er geen andere posten waarop men extra zou kunnen afschrijven? Hij zou graag willen zien dat de door deze extra afschrijving ontstane ruimte benut gaat worden. De VOORZITTER zegt dat meer gesproken is over de randverschijnselen van dit voorstel dan over het voorstel zelf. Burgemeester en wethouders hebben de raad dit voorstel gedaan om het gunstige saldo, wat de rekening 1977 aangeeft, terug te brengen tot een lager bedrag. Er wordt daarmee wel een ruimte gecreëerd voor de komende jaren. Dit tegen de achtergrond dat de komende jaren vele dingen gerealiseerd moeten worden. De heer Rennings heeft hier reeds op geduid. De heer Kessel wees op het feit dat ruimte scheppen het effect kan hebben dat men de komende jaren niet tot belastingverhoging over behoeft te gaan. Het college is bij het ruimte scheppen ervan uitgegaan om posten van de staat L II te lichten, welke uit het grijze verleden stammen. De heer Brouwers stelt nog de vraag: Waarom dan het gemeentehuis. Men had ook een aantal kleine posten betreffende het onderwijs uiteb staat L II kunnen halen. Dit heeft het college bewust niet gedaan omdat men vindt dat de relatie tussen de kosten van het onderwijs en datgene wat uit de financiële verhouding komt in de begroting tot uitdrukking moet komen. Vandaar dat uit die sector geen posten opgenomen zijn om extra af te schrijven. Uit de staat L II kan men verschillende posten lichten. Het college vond het beter de posten betreffende het gemeentehuis er uit te lichten omdat die in geen enkele relatie staan tot een doorberekening van andere kosten. Het is een keuze geweest; deze keuze kan men discutabel stellen. Het lid VAN HOOF zegt dat gesteld is dat er nog vele zaken gedaan moeten worden. Daar is hij het mee eens. Moet men nu jaren van te voren hier voor gaan potten. Hij dacht dat men hier het principe had, dat elk jaar zijn eigen lasten moet dragen. Als bepaalde zaken aan de orde komen dan moet men daarvoor de nodige financiële middelen aanwijzen. Hij denkt dat men daarvoor ook gelden van de rijksoverheid krijgt. Hij vindt het niet reëel om te stellen dat alles, wat men in de toekomst nog zal gaan doen, gedaan wordt uit de post onvoorzien, die men op dit moment heeft, of uit de saldireserve. Hij wil duidelijk stellen dat men niet alleen deze reserve heeft maar men heeft nog een reserve van ruim 1.000.000,bij het grondbedrijf, een reserve bij het woningbedrijf en bij het fonds grote werken. Hem gaat het om het effect, wat de rijksoverheid wil zien, uit de be schikbaar gestelde gelden. Dat moet in een of andere vorm besteed worden. De gemeente Oudenbosch doet hieraan duidelijk afbreuk. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 17° Voorstel tot 83e wijziging der gemeentebegroting 1978 in verband met aanpassing van de raming ten behoeve van het houden van tentoon-

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1978 | | pagina 166