-14-
rastering gemaakt moet worden» Op grond daarvan kan hij zich
verenigen dat er een verschil in de grondprijs overeengekomen is»
Het lid VAN HOOF zegt het een gezochte reden te vinden» De terreinen
worden door alle betrokkenen voor dezelfde bestemming gebruikt»
De een krijgt 15,per m2 en de anderen 25,
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
6. Voorstel tot het verlenen van medewerking ex artikel 72 van de
Lager-onderwijswet 1920 en het beschikbaarstellen van een krediet
voor de aanschaf van aanvullend meubilair voor de basisscholen"St.
Franciscus" en "Klimop"/76e wijziging gemeentebegroting 197^7
Het lid VAN DER GRAAF zegt dat in het preadvies gesteld wordt dat het
overblijflokaal als klaslokaal gaat fungeren» Hij heeft gehoord dat er
20 a 30 kinderen overblijven. Op zich kan dat een reëele zaak zijn.
Een andere manier van uitbreiding kan misschien niet mogelijk zijn.
Wat hem wel verbaast is dat de oudercommissies hiervan helemaal niets
weten» Men had toch overleg kunnen plegen met de oudercommissies.
De VOORZITTER zegt de opmerking van de heer van der Graaf alleen maar
te kunnen doorgeven aan het schoolbestuur.
Het lid VAN DER GRAAF zegt dat hij het op prijs stelt als er nu nog
informatie betreffende de opvang van de overblijvers komt. Dat maakt
voor hem een reëel onderdeel uit van de besluitvorming»
De VOORZITTER zegt dat aan het schoolbestuur gevraagd zal worden
de nodige aandacht te besteden aan de opvang van de overblijvers.
Hij neemt aan dat men hiervoor wel een oplossing gevonden heeft.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
7» Vaststelling 2e wijziging Brandbeveiligingsverordening.
8. Voorstel tot afrekening van de vergoeding vakonderwijs 1977 ten
behoeve van de diverse basisscholen/l66e wijziging gemeentebegroting
1977 o
9» Voorstel tot 1e wijziging van de beheersverordening van de gemeen
telijke centrale antenne-inrichting.
Zonder hoofdelijke stemming worden deze voorstellen aangenomen.
10. Voorstel tot het afwijzen van een verzoek om een schadevergoeding
als bedoeld in artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, van
de heer P. Bartels, alhier.
Het lid RUBBENS zegt het preadvies onvoldoende te vinden. In de ver
gadering van april was de raad de mening toegedaan dat de heer Bartels
eigenlijk toch schade had. Aan de omrij-schade werd niet zo zwaar ge
tild. De heer Bartels had een uitrit, welke nu weggenomen is.
Een uitrit is een eigendom. Als een bestemmingsplan aangenomen is dan kan
men niet zo maar een eigendom afnemen. Ook al zou de heer Bartels
gedurende 20 jaar geen gebruik van de uitrit gemaakt hebben; de uit
rit is en blijft een eigendom van de heer Bartels. Dit heeft hij ook
naar voren gebracht in de commissie, die deze raad van advies moest
dienen» Hij verzoekt na te gaan of de heer Bartels op grond van een