-8- het bezwaarschrift van B.V. Historica en Kadoshop De Wagenhoek voorals nog afwijst en met de door het college voorgestelde wijziging niet akkoord kan gaan» Met betrekking tot de inspraak en de zorg die daaraan besteed is, moet hij zeggen dat het geven van inspraak bij een eerste en zo omvangrijk plan voor een groot deel geslaagd is» Men heeft de kans gezien om een zo groot mogelijk aantal mennen te mobiliseren om hun mening over de kom uit te dragen» Jammer is het dat de deskundigen in de eerste fase niet hebben meegedaan» Als dit wel gebeurd was dan dacht hij dat de periode na augustus 1975 aanzienlijk korter had geduurd» Met de mensen die zich destijds ingezet en meegewerkt hebben heeft uw college dit plan doorgespro ken. Dat had ook beter kunnen zijn. In z'n algemeenheid is het college geslaagd met betrekking tot de inspraak. Hij denkt dat het zaak is dat, wil men de betrokkenheid met de kom gemobiliseerd houden, het nodig is dat hier regels komen voor inspraak. Ook bij de inrichting van het gebied zal men de mensen, die daar leven, moeten betrekken. Hij verzoekt daarom de conclusie, welke aan het eind van de inspraak gemaakt is - het maken van regels voor de inspraak - alsnog in te vullen. Zijn fractie is bereid het plan aan te nemen» Zij brengt alsnog twee amenderingen in. Ten eerste een a tw^e parkeerterreinen in het kernfunctiegebied de bestemming Tuin en erf I geven, wat impliciet inhoudt dat het door burgemeester en wet houders kan worden gewijzigd in parkeren. Het tweede amendement is om op het terrein van de huidige muziekschool de bestemming parkeren te leggen. Vooralsnog zou hij het bezwaarschrift van het K.N.O.V» met betrekking tot de passage en met betrekking cot het stichten van winkels willen toe wijzen» Mutatis mutandis zou hij het bezwaarschrift van Historica en Kadoshop De Wagenhoek willen afwijzen. Verder wil hij het college uit nodigen om spelregels voor de inspraak te ontwerpen. Voorts wil hij nog een opmerking maken over de brief welke ieder raads lid heden toegezonden is. Voor wat betreft het eerste punt is hij ge neigd het K.N.O.V. te volgen. Met betrekking tot de starheid moet hij zeggen dat hij het daarmede niet eens is. Met betrekking tot de suggestie in de krant dat de raadsleden de stukken te laat hebben gekregen moet hij zeggen dat conform het verzoek van een maand geleden het preadvies reeds op 8 mei bij de raadsleden bezorgd is. Het lid VAN DER GRAAF zegt dat het maken van een bestemmingsplan als deze een veel moeilijkere zaak is dan het maken van een bestemmingsplan voor een maagdelijk gebied. De heer Rennings heeft hier reeds op gewezen. Het meest moeilijke is het afwegen van de belangen/het zorgen dat er zoveel mogelijk belangen gediend worden/het zorgen dat er zo weinig mo gelijk mensen in hun belangen geschaad worden»Hier zal men nooit voor 100 in slagen. Dat is overigens ook begrijpelijk. Dan kan men ook gaan begrijpen dat enerzijds de ondernemers zich opwerpen in bezwaar schriften, soms gebundeld, soms individueel, voor het verkrijgen van meer parkeerruimten, omdat men denkt dat het allemaal noodzakelijk is. Soms zullen enkele ondernemers zich hiertegen verzetten als hun eigen grond voor een deel hiervoor gebruikt wordt. Hij is er niet zo zeker van dat die gezamenlijke ondernemers gelijk hebben in hun roep om die parkeer ruimten. Hij gelooft niet - hij dacht dat dat wel in veel gevallen in de praktijk aangetoond was - dat ieder winkeltje een aantal parkeerplaat sen nodig heeft voor het maximum aantal klanten, dat er op een moment binnenkomt. Hij dacht dat een goed winkelcentrum, wat rust geeft bij het winkelen en wat rust geeft in die zin dat het winkelcentrum autovrij is, een zeer grote aantrekkingskracht heeft. De aantrekkingskracht van winkels moet

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1978 | | pagina 125