- 25 - Hij moet wel zeggen dat er geen onderzoek is ingesteld naar het oplei dingsniveau van de mensen. Er is geen contact geweest met de Gewestelijke Sociale School. Dit neemt niet weg dat, als wij van start gaan, wij dingen gaan doen welke de mensen zelf prefareren. Hij is het met de heer Rennings eens dat wij risico's moeten nemen door van start te gaan. Hij is ervan uitgegaan dat, toen deze zaak werd aangekaart, de start bijzonder belang rijk is. Uit een onderzoek kan men opmaken of deze goed kan zijn of niet. Dat het tegengevallen is bevrijzen ook de cijfers. Ondanks de teleurstel ling wil hij toch voorstellen dit voorstel aan te nemen, zodat men met het werk kan beginnen. Wellicht kan de pers daaraan nu een goede publicatie geven en zullen er misschien mensen op af komen, zodat de groep uitgebreid wordt en men wat positievere resultaten te zien zal krijgen. Het lid VAN DER GRAAF zegt nog geen antwoord te hebben gekregen op zijn vraag of er een poging is ondernomen om de mensen zelf in te passen bij de voorbereidende activiteiten en in het cursuswerk zelf. Het lid MEIJERS zegt dat het de bedoeling is datwanneer de cursus zich gaat uitbreiden, de mensen zelf deze zaak gaan runnen. In het begin worden zij begeleid door iemand van de afdeling Sociale Zaken en de op bouwwerker Het lid BROUWERS zegt volkomen te kunnen onderschrijven wat de heer van der Graaf gesteld heeft. Men kan over deze materie erg lang praten. Hij heeft verschillende plannen van diverse gemeenten gelezen, waarin ac tiviteiten voor werklozen werden beschreven. Daaruit heeft hij één conclu sie getrokken, althans van de twee die hij naderhand gezien heeft, en dat is dat papier geduldig is. Daar kun je vrijwel alles op zetten. Er zijn voor hem echter in deze hele materie twee moeilijke punten. Dat is op de allereerste plaats dat je de mensen, die je er bij betrekt, gaat vragen wat de wensen zijn en zij dan alleen maar een antwoord kunnen geven binnen hun eigen gezichtsveld. Dat is jammer genoeg alleen maar söholing en dan nog in de traditionele zin. Een andere zaak, die bijzonder veel moeilijkheden geeft is juist de bepaalde vorming van scholing. Dit beves tigt de mensen misschien wel in een langer durende werkloosheid. De heer Rennings heeft gezegd dat een groot deel van de groep de mindergeschoolden is. Dit ontkent hij toch omdat juist het probleem zit bij de mensen die beter geschoold zijn en binnen hun opleidingskader niet aan het werk kun nen. Daar zal wel werk voor zijn maar hun opleiding is niet gericht op het voorhanden zijnde werk. Dat is een essentieel probleem waar je dan voor zit. De heer van der Graaf zegt je moet niet beginnen met service-werk. Hij vindt dat je deze mensen kansen moet geven op herkansing. Met andere v/oorden je moet de mensen grip geven op de eigen situatie waarin zij zich bevinden. Dit kun je jammer genoeg niet geven met een cursus engels of praktisch taalgebruik, maar dan zul je zelf dat cursuswerk, wat j.e in bouwt, op moeten zetten. Daar zul je deskundige mensen voor nodig heb ben. Dan zegt hij op zijn beurt dat men in dank af moet nemen wat de heer van der Graaf in die zin heeft geopperd. Wij moeten starten met het klein plukje mensen wat wij nu over hebben. We1 wil hij de wethouder mee geven dat deze het werk in die richting gaat ombuigen. Het lid RENNINGS zegt bij herhaling teleurstellend, betreuringswaardig te hebben moeten opschrijven. Dit geldt met name voor de opkomst. Hij zou die stelling niet willen verdedigen. Hij vindt het helemaal niet teleur stellend. Hij vindt het positief dat er nu nog 14 mensen zijn die mee willen doen. Hij zou zeker niet de suggestie willen wekken dat het teleurstellend is dat die 14 mensen aan de slag willen. Hij vindt het erg positief dat zij willen beginnen; dat zij die sprong in het stukje ongewisse willen doen. Hij zou de wethouder ook willen meegeven dat niet een goede pers belangrijk

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1977 | | pagina 93