- 3 -
handicap dat het college van gedeputeerde staten zo overtuigd was van het
feit dat de staten dit zonder kritiek zo zouden slikken, dat zij de nota
al aan de minister hadden gegeven. Dit dus veranderen zal niet zo eenvou
dig zijn. De staten zitten daar echter met drie sterke fracties achter en
wij hebben alle hoop dat het goed zal verlopen.
Het lid VAN DER GRAAF zegt dat in het verslag van de vergadering
van de commissie voor openbare werken d.d. 12-^-77 een passage voorkomt
betreffende de gevel van de oude brouwerij op de Varkensmarkt. Daarin
wordt gesteld dat die gevel bouwvallig is en zelfs zo erg dat deze afge
broken zou moeten worden met behoud van de materialen. Nu vindt hij dat,
wanneer men over het algemeen een goed functionerende commissie heeft,
men dan moet proberen deze zo veel mogelijk te volgen. De commissie kan
een en ander zodanig voorbereiden dat de raad daarover geen half uur
behoeft te discussiëren. Dit zou hem pas mogelijk zijn wanneer het verslag
op dit punt uitgebreider gemaakt zou kunnen worden, wanneer er de over
wegingen en alternatieven bij komen. Er is namelijk een alternatief en
wel de gevel restaureren in de staat waarin deze verkeert. Maar dit zal
men met de financiële paragraaf die erbij hoort en naast de gedachte van
nu, in de commissie moeten brengen wil men tot een bepaald oordeel komen.
Hij zou aan de commissie voor openbare werken willen vragen om met name
over deze aangelegenheid wat ruimer aan de raad te rapporteren.
De VOORZITTER zegt dat hij deze gedachte door kan spelen naar de
voorzitter van bedoelde commissie. Het is wel zo dat wat uit het bespre
kingsrapport naar ons overkomt nog lang geen voorstel aan de raad is. Dit
is een voorstel aan burgemeester en wethouders. Wat daar dan verder uit
komt is af te wachten. Men weet hoe moeilijk het probleem van die brouwe
rij aan de Varkensmarkt is. Wat er ook mee gebeurt, de raad zal daarover
een voorstel krijgen, wat duidelijk geargumenteerd is en wat van alterna
tieven is voorzien. De toestand, die er is en waarvoor mensen vrezen, is
het instortingsgevaar.
Het lid VAN DER GRAAF zegt één vrees te hebben en dat is dat dit
soort problemen een eigen leven gaan leiden, waardoor in feite al vooruit
gewerkt wordt door bijvoorbeeld bepaalde maatregelen na te laten op een
dergelijke mededeling welke in feite nog niet formeel door de raad is vast
gesteld. Daar is hij te bezorgd over.
Het lid DU PONT zegt dat in de commissie over dit onderwerp is ge
discussieerd naar aanleiding van een vraag, welke indertijd door de raad
is gesteld in verband met een rapport dat ter inzage lag over de toestand
van het gebouw. Toen is aan de commissie gevraagd om het gebouw kritisch
te bezien in verband met de slechte toestand waarin dit thans verkeert.
Dit is eigenlijk de aanleiding geweest waarom de commissie het gebouw is
gaan bekijken. In de commissie is daarover uitvoerig van gedachten gewis
seld. Dit is aanleiding geweest dat de commissie gemeend heeft aan burge
meester en wethouders dit advies in dit verslag te moeten geven.
Het lid N. VAN HOOF zegt dat de commissie voor openbare werken uiter
aard een advies kan geven over wat er met het gebouw als zodanig moet of
kan gebeuren. Hij dacht echter dat dit overgelaten was aan de raad door
het definitief inzicht bij het bestemmingsplan.' Dat staat als zodanig
niet in het rapport. In het verslag van de commissie voor openbare werken
wordt bij punt 2 gesproken over afrastering van de wielerbaan. Deze kwestie
is uitvoerig besproken in de commissie, maar hij zou willen vragen of en
welke contacten er op dit moment zijn met de directie van de wielerbaan.
De VOORZITTER zegt dat naar aanleiding van dit rapport, in de laatste
vergadering van burgemeester en wethouders is afgesproken dat de directrice
en haar vader uitgenodigd zouden worden voor een gesprek met burgemeester