- 11 -
Het rapport over de jeugd in onze gemeente heeft binnen het gemeentebestuur
nog niet voldoende aandacht gekregen om te kunnen spreken van een daarop
gebaseerd jeugdbeleid. Wij komen hierop eventueel in samenhang met het te
ontwerpen sociaal-cultureel of welzijnsplan terug.
Reeds eerder in dit antwoord heb ik laten uitkomen welk belang burgemeester
en wethouders hechten aan het pakket onderwijsvoorzieningen in onze gemeente.
Wij menen echter dat een overlegorgaan als bedoeld door de heer Rennings
geen kans van slagen heeft. Met ieder van de scholen afzonderlijk is er
overigens een goed overleg.
Tot slot rest mij nog de vraag van de fractie van de heer Rennings over het
industrieterrein aan de Bosschendijk. Met de herverkaveling van het eerste
gedeelte hebben wij bereikt dat een aantal Oudenbossche bedrijven die op hun
huidige plaats in moeilijkheden kwamen een nieuwe en ruimere vestiging heb
ben kunnen realiseren. Daarmee werden nauwelijks nieuwe arbeidsplaatsen
geschapen. Gelukkig hebben wij daarnaast ook nog enkele bedrijven van elders
kunnen aantrekken die wel een uitbreiding aan het aantal arbeidsplaatsen
geven
Set nu nog resterende deel zou naar de mening van ons college niet op
dezelfde wijze verkaveld moeten worden. Wij zijn van mening dat op dit
gedeelte heel nadrukkelijk wel gestreefd moet worden naar het scheppen van
arbeidsplaatsen. Wij denken daarom ook aan een grootschaliger industrie dan
de thans gevestigde bedrijven of wellicht aan een groter dienstverlenend
bedrijf. Ons college heeft wat dat betreft de hoop dat de toekomstige ont
wikkelingen in West-Brabant een uitstralingseffect zullen hebben, dat ons
wat dat betreft in een kansrijke positie brengt zowel door onze goede ver
bindingen als door ons voorzieningsniveau".
Het lid DU PONT zegt het volgende:
"Gaarne wil ik nader ingaan op een aantal vragen en problemen die door de
fracties bij de algemene beschouwingen over de begroting 1978 en het inves
teringsprogramma zijn gesteld.
De heer van Hoof heeft in zijn algemene beschouwing in relatie tot de finan
ciële ruimte in de begroting enige suggesties gedaan die volgens hem een bij
drage kunnen leveren tot een verbetering van het milieu.
Zijn suggesties zijn gedeeltelijk duidelijk afhankelijk gesteld van het
systeem der reinigingsrechten.
Bij de algemene beschouwingen over de begroting 1977 is er uitvoerig over
deze materie gediscussieerd met als conclusie in het bestaande systeem geen
wijziging te brengen.
Zoals wij reeds in het antwoord op de onderzoeken van de afdelingen hebben
medegedeeld is ons standpunt ongewijzigd gebleven.
Wij kunnen u nog mededelen dat een werkgroep waarin namens onze gemeente zit
ting heeft de directeur gemeentewerken bezig is met een studie om mogelijk
te komen tot het gezamenlijk ophalen van huisvuil in het gebied van de
vuilverwerking Roosendaal. Ons college is met u van mening dat het milieu
met al zijn aspecten onze zorg en aandacht verdient en dat wij steeds moeten
inspelen op mogelijkheden die tot verbetering kunnen leiden.
Vrij recent hebben wij nog contact gehad met enige directies van scholen
voor Voortgezet onderwijs om te komen tot een verbetering in de situatie bij
de scholen.
Binnenkort zal er een rapport van de Landelijke werkgroep Zwerfvuil verschijnen.
Dit rapport dat wij met belangstelling tegemoet zien zullen wij zeker ter
discussie stellen in de commissie openbare werken. Een mogelijke proef met een
milieu-agent zouden wij in die discussie kunnen betrekken. Het plaatsen van
glascontainers is vorig jaar eveneens ter discussie gesteld. Wij hadden toen