-29- boetebeding, wat opgenomen wordt, in een uitermate scheefgetrokken^ver- houding moest staan tot de belangen, die hier én voor de gemeente én voor de betrokken firma spelen» Het lid RENNINGS zegt te willen vragen wat voor verschil er zit in de waarde van de grond, gelegen aan de Industrieweg en van de grond, ge legen aan de Bosschendijk. Hij heeft het volste vertrouwen in de taxateur, maar hij ziet niet in waar het prijsverschil in zit. Het lid N. VAN HOOF zegt blij te zijn met dit voorstel, daar er mogelijk uitbreiding gegeven zal worden aan de werkgelegenheid ter plaatse. Het was zijn fractie bekend dat White Products zich mogelijk in een andere plaats zou gaan vestigen. Bij de stukken ligt ter inzage een taxatie rapport van de directeur gemeentewerken en een kostprijsberekening, waarin toevalliger wijze aan hetzelfde bedrag gekomen wordt. Hij vindt dit vreemd. Als dit bij de vaststelling van de onroerend-goedbelasting op de zelfde wijze is gebeurd dan heeft hij daarover toch zijn twijfels. De VOORZITTER zegt dat de oorzaak van het feit dat genoemd boetebeding op vermeld bedrag is gesteld is gelegen in het feit dat die verkoopvoor waarden standaardvoorwaarden zijn. Men zou zich wel kunnen afvragen of de bepaling in artikel 11 voor industrie wel een reële bepaling is. Hij is het met de heer van der Graaf eens dat het bedrag van 10 wel een rare indruk maakt. Wat betreft de opmerking van de heer Rennings merkt hij op niet te kunnen zeggen waarin het verschil van de prijs zit. De prijzen zoals die worden berekend, zijn steeds terug te leiden naar de exploitatie-opzet van de betreffende bestemmingsplannen. In overleg met de raad is er bij het industrieterrein Bosschendijk een differentiatie gemaakt naar ligging in verband met de mogelijkheden en het gerief, als daar een woning bij zou komen. Vandaar dat daar die prijsdifferentiatie tot stand is gekomen. Dat het de heer N. van Hoof verwondert dat er zo een exacte overeenstemming is, kan hij zich best voorstellen. Uitgangspunt is de exploitatie-opzet. Het taxatierapport is een gebaar naar de provinciale griffie, die een dergelijk rapport bij de stukken wil hebben. Met hem is ook het college verheugd dat hier een flink strik werkgelegen heid gecreeerd gaat worden. Met de bouw van de hal, welke men hier voor nemens is te bouwen, zal men White Products zien uitgroeien tot een van de grootste werkgevers in deze gemeente. Het lid VAN DER GRAAF zegt het verhaal van de voorzitter niet relevant te vinden. Hoe men het ook bekijkt, of het in dit geval nodig is of niet, het blijft lachwekkend. Daarom spreekt het hem niet aan. Hij vindt dat deze bedragen reeel gemaakt moeten worden. Daar zal zeker geen bezwaar^ tegen zijn als White Products geen enkele beweegreden zou hebben om niet te voldoen aan de gestelde voorwaarden. Hij dacht dat al eens meer in deze raad over een dergelijke zaak gesproken is. Men treft hier een zelfde geval aan als al meer aan de orde is geweest. Nu wordt dit hier in de raad ge signaleerd en de raad zou op verzoek van het college kunnen zeggen: we trappen er deze keer in, omdat het nu niet zo belangrijk is. Een volgende keer ligt er echter weer een dergelijk voorstel ter tafel en dan kan het wel belangrijk zijn. Hij stelt voor dat bij de volgende koopcontracten de opgenomen boetebedingen reëel gemaakt worden, zodat er een zekere relatie is tussen deze bedragen en de waarde van de te verkopen grond. Hij zou toch graag willen zien dat de raad nu besluit om tot een ander beleid in deze over te gaan. Het lid N. VAN HOOF zegt het eens te zijn met de heer van der Graaf. Voor deze keer zou hij nog over de bezwaren heen willen stappen, maar voor de toekomst zou hij ook graag willen zien dat deze bedragen reeel ge maakt zouden worden.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1977 | | pagina 251