-5-
Als de bescheiden volgend jaar een maand eerder overhandigd worden dan
kan de begroting ook een maand eerder worden vastgesteld. Hij vindt de
periode tussen 25 november en 6 december te kort voor de bestudering van
een dergelijk belangrijk stuk.
De VOORZITTER zegt dat hoe vroeger de begroting wordt afgesloten hoe glo
baler dit stuk zal zijn. Hij dacht dat de raad niet zou willen dat hij
een stuk krijgt aangeboden zoals de gemeente Breda dat aan de raadsleden
voorlegt als het gaat om de vaststelling van de begroting en waarop een
massa wijzigingen nodig zijn, omdat in een zo vroeg stadium alles geraamd
wordt. Op 19 en 25 oktober zijn de ontwerp-begrotingen 1978 van respectieve
lijk het Werkvoorzieningschap en Woonwagencentra ontvangen. Deze ramingen
hebben wij ook nodig voor het opstellen van onze begroting.
Het lid VAN DER GRAAF zegt voorstander te zijn van het voorstel van de heer
N. van Hoof.
Het lid KOK zegt dat zijn fractie erg gelukkig zal zijn met een week uit
stel.
De VOORZITTER zegt te concluderen dat de meerderheid van de raad voorstander
is van het feit alle vergaderingen een week te verschuiven, met dien ver
stande dat op 12 december het onderzoek in de commissies plaats vindt,
op 19 december de algemene beschouwingen worden gehouden en op 22 december
de vaststelling volgt.
Hij zegt graag toe deze problematiek een keer aan de orde te stellen in
een vergadering van de commissie voor algemene en bestuurlijke zaken.
Hij stelt voor de raad in twee afdelingen voor het begrotingsonderzoek te
verdelen, zoals deze ook vorige jaren waren samengesteld en wel als volgt:
Afdeling I de leden Mol, Rennings, Kop Jansen, de Veth, Kok, A.v.Hoof en
van der Graaf onder leiding van wethouder du Pont.
Afdeling II: de leden Brouwers, N. van HoofKessel, Gouverneur-Lamers, van
Elzakker en Rubbens onder leiding van wethouder Meijers.
De VOORZITTER schorst de vergadering voor de koffiepauze.
Na opheffing van de schorsing stelt de VOORZITTER aan de orde:
8. Benoeming lid in de gewestraad van het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant.
Het lid KESSEL zegt aan de heer Brouwers te willen vragen of deze de
kandidaatstelling wil aanvaarden. De heer Brouwers heeft namelijk reeds
enige ervaring in de gev/estraad daar hij plaatsvervangend lid. is.
Het lid RENNINGS zegt het voorstel van de heer Kessel te willen onder
steunen.
Het lid VAN DER GRAAF zegt eveneens dit voorstel te willen ondersteunen.
Niettemin kan hij zijn medelijden met de heer Brouwers niet onderdrukken.
Het lid BROUWERS zegt de kandidatuur te willen aanvaarden. Hij onderschat
de taak, die dit meebrengt, niet, want men vertegenwoordigt daar de gemeente
raad.
Het lid VAN DER GRAAF zegt dat gezien de heer Brouwers de kandidatuur
aanvaardt, er ook een kandidaat voor een plaatsvervanger gesteld moet
worden, daar de heer Brouwers plaatsvervangend lid was.
De VOORZITTER nodigt de heren van Elzakker en Rubbens uit om als commissie
van stemopneming te fungeren.
De stemming heeft tot resultaat:
de heer Brouwers 13 stemmen.
Blanco 1 stem.
Benoemd is derhalve de heer Brouwers.
Desgevraagd verklaart de heer Brouwers zijn benoeming te aanvaarden.
De VOORZITTER zegt dat, daar deze benoeming niet was te voorzien, er eigen
lijk een agendapunt moest zijn voor de nu noodzakelijke benoeming van een