- 18 kingen vain de raad hebben ingediend, te aanvaarden. De VOORZITTER zegt dat hij zo even een fout heeft gemaakt. Hij heeft gezegd dat met ingang van ik februari het bezwaarschrift van de heer Rockx moest worden verdaagd. Januari heeft 31 dagen en daarom stelt hij nu voor dit bezwaarschrift met ingang van 13 februari met 30 dagen te verdagen. De commissie zal voor de februarivergadering bijeen moeten komen om be trokkene te horen. Dan zal de raad op 17 februari op het bezwaarschrift moeten beslissen, daar er anders nog een extra vergadering ingelast moet worden. Zonder hoofdelijke stemming wordt dienovereenkomstig besloten. 23. Vaststellen van een voorbereidingsbesluit voor een gedeelte van de Jaap Edenlaan. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 26. Voorstel tot het verlenen van subsidie aan de nieuwe Regionale Stich ting voor Maatschappelijk Werk en Gezinsverzorging rondom Mark en Weerijs"/ 26e wijziging van de gemeentebegroting 1977^ Het lid VAN DER GRAAF zegt eerst een opmerking te hebben betreffende de laatste alinea op de eerste pagina van het preadvies. Hier staat: "Zelfs het Ministerie van C.R.M. stelt te dien aanzien geen^enkele voorwaarde, terwijl toch juist het rijk de belangrijkste financiële bijdrage levert." Hij dacht dat dit geen redelijk argument was, omdat de intentie van staats secretaris Meijer, om de verantwoordelijkheid te decentraliseren, is deze te leggen bij de gemeenten, waardoor staatssecretaris Meijer de juiste bijdrage levert, zowel financieel als het afwentelen van de verantwoorde lijkheid op de gemeenten. De VOORZITTER zegt dat het college hier in het preadvies alleen ci teerde het bezwaar van de gezamenlijke stichtingen. Deze halen dit argument aan. Het lid VAN DER GKAAF zegt dat dat argument ook niet voor die brief schrijvers geldig is. Hij heeft bij de behandeling van de notulen gesteld dat de raad duidelijk van mening was dat aan de voorwaarden niet zou moeten worden getornd. Hij wil hierbij aanhalen wat de heer Rennings op pagina 36 duidelijk heeft gesteld, namelijk: "Niet om te onderhandelen, maar om in het overleg vanuit de gemeenteraad te zeggen: dat zijn onze bedoelingen." Aan het slot van zijn betoog zei deze: "Hij wil niet zeggen dat wij gaan marchanderen over de argumenten, die in het preadvies staan." Dit om aan te geven dat de intentie van die gedachte naar zijn mening, nog levensgroot o- vereind staat. Nu kan men zich afvragen of de wijziging, die nu door het college wordt voorgesteld, n.l. de voorwaarde die in de statuten zou moeten staan, veranderd is in de voorwaarde die verbonden wordt aan de subsidie verlening; het zich houden aan de door ons eerder uitgesproken intentie? Hij zegt daar nee op. Er zit een wezenlijk verschil in dit te stellen in de statuten. Dan treedt namelijk op dat, bij wijziging van die statuten, elke gemeente, zonder dat daarmee de eigen bijdrage van de gemeente in deze ge meenschappelijke instelling terug kan worden genomen, eigenlijk een veto recht heeft op het wijzigen van de statuten. In het geval de gemeente Ou denbosch eenzijdig stelt dat de voorwaarde verbonden moet worden aan de subsidieverlening, dan betekent dit dat, als de gemeente niet de wijziging van de statuten goedkeurt, er maar één weg openstaat en dat is niet meer subsidiëren. Dit betekent in feite een hele nare situatie. Er behoeft dan namelijk geen antwoord te worden gegeven op het feit dat de gemeente weigert subsidie te verlenen en de instelling kan zich dan terug trekken uit een

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1977 | | pagina 18