-9-
De VOORZITTER zegt, dat bij het college de opmerking van de heer Kessel ook
een rol heeft gespeeld. Eerst nul en nu 25^. Het staat nog niet vast of het gehele
bedrag doorgegeven moet worden aan de inspectie, want tegen de aanslag kan
natuurlijk wel bezwaar worden gemaakt. De inspecteur kan ambtshalve de aanslag
wijzigen. Op het moment dat de aanslag gewijzigd wordt of het bedrag geheel aan
de inspectie moet worden afgedragen, moet mutatis mutandis worden vastgesteld
dat de schade kleiner is. De inspecteur zal dat bedrag dan ook moeten wijzigen.
Voor de gemeente is er dan weliswaar geen mogelijkheid om in beroep te gaan.
Is het bedrag minder dan het bedrag dat op grond van het eerder genomen raads
besluit van 1973 verschuldigd blijkt te zijn, dan moet daaruit ook volgen dat
de inspecteur het bedrag wijzigt.
De vaststelling, zoals deze nu luidt, is overeenkomstig de wet. Deze zaak had
misschien sneller afgewerkt kunnen worden, Bij het college rezen hieromtrent ook
diverse vragen. Er zat echter niets anders op, vandaar dit voorstel.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
18. Voorstel tot 106e wijziging van de gemeentebegroting 1977 in verband met
begrotingswijzigingen Streekgewest fes te li .ik Nnord-Brabant
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
19. Voorstel tot vaststelling van de tarieven voor het gebruik van de sporthal
"De Beuk"
Het lid RENNINGS zegt bij dit voorstel het advies van de sportraad te hebben
gemist. Dit is niet zo verwonderlijk, want deze materie is niet in de sportraad
behandeld. De gewijzigde instelling van de sportraad aan het begin van deze
zittingsperiode had tot doel een grotere betrokkenheid van de sportverenigingen
met zich te brengen, alsmede een betere communicatie en een grotere verantwoorde
lijkheid. De sportraad participeert duidelijk in het sportbeleid, ook in de
uitvoering daarvan. Het herhaaldelijk passeren van de sportraad en het onnodig
niet inschakelen van genoemde raad draagt volgens hem bij tot het falen van
eerdergenoemde doelen. Hij zou, namens zijn fractie, het college in overweging
willen geven deze zaak alsnog om advies naar de sportraad te sturen. Dit geldt
evenzo voor het volgend pre-advies nr. 20.
Het lid KESSEL zegt, dat deze aangelegenheid inderdaad niet in de sportraad
is behandeld. In het pre-advies leest men dat het bedrag van 36,07 uiteraard
niet in rekening gebracht kan worden. Zijn fractie vraagt zich af waarom niet
Hem is bekend dat voor andere sporthallen 69,per uur gevraagd wordt.
Nu de kostprijs 36,07 bedraagt, zou hij willen vragen of men niet kan streven
naar een ongeveer sluitende exploitatie. In het tekort moet nu door iedereen
worden bijgedragen, ook door hen die niet kunnen en willen sporten. Hij verzoekt
de tarieven in die richting aan te passen.
Het lid BROUWERS zegt het eveneens eens te zijn met de opmerking van de heer
Renmngs betreffende het om advies vragen aan de sportraad. De wijziging van de
tarieven is niet van een dergelijke importantie, maar uitsluitend op principiële
gronden zou de sportraad toch om advies gevraagd moeten worden.
Hij is voor de maximale verhoging van de tarieven met 7 en niet zoals de heer
Kessel voorstelt. Hij denkt, dat als men het tarief tot 36,gaat verhogen de
verenigingen om meer subsidie komen vragen, daar er verschillende verenigingen
zijn, die dit bedrag niet kunnen betalen. Het wordt dan toch een broekzak
vestzak - methode.
De VOORZITTER zegt, dat het in ieder geval niet de bedoeling is geweest de
sportraad herhaaldelijk onnodig te ontlopen. Het was correcter geweest als de
sportraad eerst geadviseerd zou hebben.