- 10 -
bedoeling is, zoals men heeft kunnen lezen, dat met de aanslag voor het
nieuwe jaar eigenlijk al toestemming voor het inwinnen van deze informa
tie wordt gevraagd en via een antwoord-termijn de mogelijkheid te openen
eventueel bezwaar te maken» Daarna krijgt de gemeente van de waterleiding
mij de beschikking over die verbruikscijfers. Dan komt men aan de ver
houdingen zoals die er nu liggen. Op basis daarvan kan men bekijken waar
men met de tariefstelling naar toe moet. Dit ook naar aanleiding van de
opmerkingen van de heer de Veth. Het is een suggestie, die inhaakt op het
in de algemene beschouwingen algemeen doorgeklonken verzoek om er in ieder
geval toch iets aan te doen, zodat alleenstaanden niet zo onevenredig zwaar
worden belast voor het gebruik van voorzieningen zoals de rioolrechten.
Als dan het grote gezin ten tonele wordt gevoerd dan krijgt men juist de
andere kant van de medaille. Nu hoopt hij niet dat al het werk er toe
leidt dat de raad besluit om het op dezelfde manier voort te zetten zoals
vroeger. Er zal een andere verordening moeten komen. Op deze grondslag
wordt zij door het ministerie niet geaccepteerd. Het college hoopt dat,
als de raad het voorstel wil volgen, dit nog voor 1977 wordt goedgekeurd.
In de vrees van de heer de Veth betreffende de onhygiënische toestanden
gelooft hij anno 1977 niet zo zeer, gezien de voorlichting, die daartoe
bestaat. Of er een retributie naar draagkracht moet komen is een discus
sie, die hij graag zou willen uitstellen, naar het tijdstip, wanneer de
nieuwe verordening aan de orde zal zijn. Om deze discussie nu te voeren
dacht hij dat weinig zinvol zal zijn, omdat men dan niet op tijd aan de
heffing voor 1977 komt. Over de omvang van de naheffing, waarop de heer
Rubbens doelde, kan hij op dit moment niets zeggen. Het is zeer wel moge
lijk dat dit nog tot financiële consequenties leidt. Hij vraagt zich af
of het verantwoord is om daarom deze zaak nu aan te houden. Dit betekent
dat er op een veel te laat moment met de voorbereiding van het systeem
voor volgend jaar begonnen kan worden en dat dit ook gaat samenlopen
met een aantal andere heffingen, die ook nog zullen volgen. Dan is dit
voor de budgettering van de gezinnen ook verre van plezierig. Hij dacht
dat het verstandig zou zijn om het voorstel te handhaven.
Het lid RUBBENS zegt hierop iets te willen zeggen. Hij gelooft
dat het bij burgemeester en wethouders bekend was dat er nog een heffing
zou komen. Als er geen behoorlijke bijdrage van de gemeente komt dan moet
2% van de bevolking al de lasten dragen. De waterschapslasten worden met
150$ verhoogd. De ingelanden moeten dan al die lasten dragen. Het water
schap kon eerst de waterschapslasten van de inwoners heffen, maar dat mag
niet meer van Gedeputeerde Staten. Het schap moet deze lasten nu op de
gemeente verhalen. Dit is een behoorlijk bedrag. Hij vindt dat dit tot
zijn recht moet komen via de rioolbelasting.
De VOORZITTER dacht dat als er van de kant van het waterschap aan
spraken waren op de gemeente, dan in eerste instantie de algemene middelen
daarvoor in aanmerking kwamen.
Het lid RENNINGS vraagt of de voorzitter een indicatie kan geven over
de grootte van het bedrag. Gaat het om 18.000,— meer opbrengst? Hij heeft
er vreselijk veel moeite mee om een maand na de algemene beschouwingen,
waar men over handhaving van het bestaand belastingstelsel praatte en om
dit niet te verhogen, dan toch de belasting te gaan verhogen.
De VOORZITTER zegt dat er nog geen enkel bed;-ag bekend is.
Het lid VAN DER GRAAF zegt een algemener opmerking te willen maken.
Wanneer straks die niemve verordening aan de orde komt zou hij, gezien de
verschillen die er op dit moment bestaan, willen voorstellen om de veror
dening niet in één vergadering te behandelen, maar de zienswijze van het
college in een nota vast te leggen en deze de raad aan te bieden. Hierin