- 15 -
22. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet voor de aanschaf van
speelwerktuigen ten behoeve van bestemmingsplan Velletri/49e wijziging ge
meentebegroting 1976 en 6e wijziging begroting 1976 gemeentelijk grondbe
drijf.
Het lid VAK DER GRAAF zegt op zich gelukkig te zijn met dit voorstel.
Dit was natuurlijk te verwachten, gezien het toch wel redelijke succes van
de andere speelvoorzieningen. Er moet hem echter een opmerking van het
hart, namelijk dat er een brief is binnengekomen van de wijkvereniging
Velletri, waaruit blijkt dat men bereid is om mee te denken over deze voor
zieningen. Hij zou, zonder de zaak te willen vertragen, dus met andere woor
den wel het crediet nu willen vaststellen, willen voorstellen dat niet on
middellijk de zaak besteld wordt, zoals in het preadvies staat vermeld, maar
dat er enig overleg gepleegd wordt. Hij weet dat de wijkvereniging er prijs
op stelt dat er een stukje inspraak wordt waar gemaakt. Laat de mensen,
die in deze wijk wonen, zelf meepraten over het wel en wee van deze speel-
werktuigen. Met het op een dergelijke manier plaatsen van deze werktuigen
hebben zij meer ervaring. Misschien willen de mensen iets heel anders. Hij
heeft stemmen gehoord van mensen, die zeggen dat deze speelwerktuigen op
een andere plaats zouden moeten komen. Hij heeft ook stemmen gehoord van
mensen die zeggen dat deze speelwerktuigen meer verspreid zouden moeten
worden, dus niet een klusje speelwerktuigen bij elkaar. Laat de mensen van
de wijkvereniging daar eens over mee praten.
De VOORZITTER antwoordt dat zowel de wijkvereniging Velletri als de
oudervereniging De ICLinkert in een gezamenlijke brief aan burgemeester en
wethouders een vraag hebben gesteld met betrekking tot de plaats en met
betrekking tot het onderhoud van de drie reeds bestaande plaatsen. De
plaatsing van de beide nu te bespreken zaken, is conform het verzoek van
de wijk- en oudervereniging. Eén komt er, volgens de plannen bij De Klin-
kert en één komt er aan de St. Pieter. Zij hebben niet gevraagd om over
leg met betrekking tot de inrichting. Hij gelooft dat niets zich daar even
wel tegen verzet.
Het lid BROUWERS zegt dat er nog een andere zaak is, die hij onder
de aandacht van burgemeester en wethouders zou willen brengen. Er wordt
teruggespeeld op een gesprek in 1974. Toen zat men in eerste instantie
met een crediet voor plannen van 60.000,In feite is dit nu terug
gebracht tot 7.000,Die speelterreinen zijn natuurlijk noodzakelijk
en voldoen aan een grote behoefte. Dat de wijkvereniging en de ouderver
eniging nu komen om in overleg met hen een andere situering te bepalen
daar is hij het volkomen mee eens. Dit onderschrijft hij volledig. Hij
heeft overigens kontakt gehad met de oudervereniging en heeft deze gevraagd
hoe de ervaringen zijn met de ondergronden. Er is een rapport bijgevoegd
over veilige vloeren. Daar is eigenlijk geen enkele vloer bij, welke te
realiseren is. Zij zijn te onveilig of een modderpoel. Toch weet hij, om
dat hij verschillende van die plaatsen gezien heeft, dat een bepaalde
begroeiing of bepaalde grassoort mogelijk is om die daar in leven te hou
den. Als er dit niet is dan zou men toch naar een andere oplossing moeten
zoeken. Wanneer je door een straat loopt waar een speelterrein is, dan
krijg je toch altijd, als de kinderen er althans weg zijn, een wat erg
goedkope indruk of een onverzorgde indruk, waarvan hij zegt zich niet te
kunnen voorstellen dat het erg prettig is om daarbij te moeten wonen. Hij
vindt dit een zaak, welke van groot belang is. Hij zou dringend willen