- 7 -
Het lid VAN DER GRAAF vraagt zich af, gezien de prijs van deze
schrijfmachines, of de scholen voldoende vakbekwame krachten hebben om
met deze machines te werken. Hij had de indruk dat aan een leerling van
de Muziekschool in het eerste jaar een Steinway cadeau wordt gegeven.
Het lid KESSEL merkt op dat er slechts Sén offerte ter inzage lag.
Hij zou willen vragen of het gemeentebestuur er bij de schoolbesturen
op toe wilde zien dat zij voor eventuele alternatieven meerdere offertes
indienen.
Het lid N. VAN HOOP zegt begrepen te hebben dat de schrijfmachines
bruikbaar moeten zijn voor breed papier. Gezien het advies van de inspec
teur - hij dacht toch dat deze de man was, die geïnformeerd is omtrent
de prijzen van deze machines - dacht hij te kunnen vertrouwen dat de prijs
niet te hoog is.
De VOORZITTER zegt dat men de verantwoordelijkheid niet kan afschui
ven. Het is een advies van de inspecteur.
Het lid RENNINGS merkt op dat de condities van het Rijksinkoopbureau
bepalen, dat de factuur met de bestelbon naar het Rijksinkocpbureau moet.
De firma zal zich dus welwachten om prijzen te vragen, die buiten de
marge van het Rijksinkoopbureau liggen. Als men bij het Rijksinkoopbureau
koopt is het dus niet relevant om meerdere offertes te vragen. Het Rijks-
inkoopbureau beoordeelt of de prijs en de korting goed zijn. Nat de hoog
te van de prijs betreft is hij het in eerste aanzet met de heer van der
Graaf eens.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
11. Voorstel tot verhoging van het krediet voor aanvulling van de betege
ling en riolering van de speelplaats van de Isaac da Costaschool/59e wij
ziging gemeenteberroting 1976.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
12. Voorstel tot het vaststellen van een subsidieregeling inzake tegemoet
koming beloning godsdienstleraren en het toekennen van subsidie aan de
Stichting Dekenaat Roosendaal/4Qe wijziging gemeentebegroting 1976.
Het lid VAN DER GRAAF is van mening dat er feitelijk geen reden is
om te zeggen: Nu is het zo veranderd dat het althans bij hem tot tevreden
heid stemt. Hij heeft de indruk dat de raad er wel achter stond dat er
een regeling moest komen die of uitsluitend het bijzonder onderwijs be
trof; waarnaast op het moment dat dit nodig zou zijn er een regeling zou
komen voor het openbaar onderwijs of een regeling die beide vormen van
basisonderwijs zou omvatten. Hij heeft de indruk dat nu getracht is dit
laatste te bereiken. Er zijn niet alleen de confessionele scholen ver
noemd, maar ook de openbare scholen. Toch ontbreekt er nog iets aan, want
er zijn scholen die als regel met nadruk geen gebruik willen maken van
de Stichting Dekenaat Roosendaal, omdat zij gebruik zullen willen maken
van andere vormen van begeleiding. Hij noemt er twee, namelijk het protes
tants-christelijk en het humanistisch onderricht. Deze komen niet voor
in deze regeling. Daarnaast is hij gestuit op de brief van de V.N.G.die
ter inzage lag en waarin het niet over dit probleem maar over een soort
gelijk probleem ging. In deze brief stond dat zoiets eigenlijk onder een
schoolbegeleidingsdienst thuis hoort. Nu is hij het daar niet 100^> mee