- 10 - een redelijk goede Duitsland-ontvangst mogelijk moet zijn met de gegevens, die men heeft. Wat betreft het in eigen hand houden van de grondwerkzaam heden deelt hij mede dit een moeilijke zaak te vinden, omdat de dienst gemeentewerken niet berekend is om in die korte periode, namelijk 6 7 maanden, deze grondwerkzaamheden uit te voeren. Het het opstellen van een enquête-formulier is men doende. Burgemeester en wethouders zullen trach ten deze enquête zo snel mogelijk uit te laten gaan. Wat betreft de kosten per bewoner deelt hij mede hierop al antwoord te hebben gegeven. Het lid PLEVIER zegt even een kleine aanvulling te willen geven op hetgeen de voorzitter zo juist gezegd heeft met betrekking tot de sto ringsvrije ontvangst van Duitsland. Hij dacht dat men kan stellen dat de installatie, die nu door de firma Vos geoffreerd is, de meest en grootst mogelijke kans biedt om een storingsvrije ontvangst van Duitsland te krij gen. Een betere mogelijkheid bestaat er niet. Het lid VAN DER GRAAF zegt dat hem nog iets van het hart moet. Iets van meer principiëler aard, maar wat hij toch wel erg belangrijk vindt. Een artikel 61-commissie is autonoom. Er zijn twee punten, waarop die autonomiteit niet bestaat, namelijk de vaststelling van het crediet en straks de definitieve vaststelling van het tarief. Hij moet zeggen dat die definitieve vaststelling van het tarief in alle gevallen geldt, of men nu een artikel 61-commissie heeft of een particuliere firma, die deze zaak runt. Het is natuurlijk een wassen neus, want dit vloeit gewoon voort uit de kosten. Dit is dus het prerogatief van de raad. Voor de rest is een artikel 61-commissie autonoom. Hij zou er eigenlijk op willen wijzen dat het geen juiste gang van zaken is wanneer in de raad deze zaak nog eens dunnetjes wordt overgedaan. Hij stelt persoonlijk een discussie over het wel en wee van de centrale antenne-inrichting wel op prijs, maar hij zou bijzonder graag willen dat bij die discussie erkend werd dat de raad slechts het toezicht achteraf heeft en uiteraard ook op de toekenning van het te voteren bedrag. Hij wilde graag nog enige aanvulling geven op het geen de heer Kok heeft gezegd ten aanzien van de mast. Dit is iets wat nog niet ter sprake is gebracht. Een mast van 80 meter hoogte is geen zeker heid. Het kan ook een mast worden van 54 meter. Dit moet nog blijken uit helicoptermetingen. Een van de meest pijnlijke dingen, waarvoor de commis sie ten aanzien van het besluit staat, is dat zij ook bij die helicopter metingen nog geen exacte zekerheid heeft, dat men goed zit. Alleen het prijsverschil bij een 80 meter en een 54 meter mast is behoorlijk groot. Het zou zonde zijn als men met een mast van 54 meter kan volstaan om dan toch een 80 meter mast te nemen. Dat wordt straks een hele akelige be slissing, want als die helicoptermeting gunstige resultaten geeft op 54 meter en het blijkt straks met die mast niet te gaan, dan zit men achter af met de gebakken peren. In dat opzicht is dit een beetje een geval met nog al wat risico's. De heer Kok heeft ook iets gezegd over het model van de enquête, waarop, naar hij meent, door de voorzitter niet is ingegaan. Het probleem is namelijk dat ook de commissieleden die enquête nog niet gezien hebben. Die enquête wordt op dit moment gemaakt en de raadsleden hadden die op dit moment dus nog niet ter inzage kunnen hebben. De leden van de commissie weten wel wat er in komt te staan. De exacte indeling van bedoelde enquête wordt op dit moment opgesteld. Het lid N. VAN HOOF zegt nog even op deze kwestie te willen ingaan. Het punt, waaruit de opstelling van zijn fractie relateerd is duidelijk ge weest het feit dat, volgens zijn fractie, duidelijk de hoogte van het

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1976 | | pagina 41