- 4 -
regeling zit en de leden, die namens de raad in het streekgewest zitten,
deze zaak goed volgen. Misschien dat hij er in de loop van de tijd nog
op terugkomt, wanneer deze zaak verder aan de orde komt. Hij wil nu reeds
opmerken dat hij het met een bepaalde gedragslijn in deze per se niet
eens kan zijn.
De VOORZITTER antwoordt dat met de opmerking van het lid Brouwers
rekening zal worden gehouden.
Het lid VAN DER GRAAF merkt naar aanleiding van het schrijven van de
Pacifistisch Socialistische Partij, afdeling West-Brabant d.d. 16-12-75
met antwoord van burgemeester en wethouders d.d. 15-2-76; betreffende
sociaal onderzoek-ambtenaar op, in de vorige vergadering gezegd te hebben
op genoemde brief graag nog een keer terug te willen komen. Met de inhoud
en toon van de brief van burgemeester en wethouders stemt hij in en heeft
hierop geen enkele bemerking.
Bovengenoemde stukken worden vervolgens voor kennisgeving aangenomen.
Beantwoording gestelde vragen in de raadsvergadering van 15-1-76.
Het lid VAN DER GRAAF zegt een opmerking te hebben naar aanleiding
van één van de brieven van de P.S.P. over het beschikbaarstellen van de
begrotingen. Hij ziet daar ook wel een vrij groot probleem in, maar zou,
om eigenlijk een start te maken met dit probleem bespreekbaar te maken,
allereerst willen vragen vrat de reële kosten zijn van het maken van een
begroting. Misschien dat mogelijk de prijs vrij wat lager kan zijn bij
een groter gebruik, dus vrat toegespitst op verschillende aantallen.
Het 2e lid van artikel 238 van de gemeentewet zegt met betrekking tot
de begroting:
"Zij wordt, zodra zij is aangeboden, op de secretarie der gemeente voor
een ieder ter lezing nedergelegd, en hetzij in druk, hetzij in afschrift
tegen betaling der kosten, algemeen verkrijgbaar gesteld."
Gelet op de woorden "voor een ieder" en "algemeen" is dit voorschrift
niet, zoals artikel 79 der gemeentewet, tot de inwoners der gemeente be
perkt. Na de vaststelling van de begroting is zij een raadsbesluit en kan
op grond van artikel 79 elke inwoner daarvan te allen tijde inzage nemen
en, te zijnen koste, afschrift doen nemen. De woorden "tegen betaling
der kosten" en "te zijnen koste" behoeven ons inziens niet te worden op
gevat in die zin, dat precies de kostprijs in rekening moet worden gebracht.
De werkelijke kosten voor de gemeente zijn trouwens niet zo gemakkelijk
te bepalen. Welke kosten dienen als kostenfactoren ter bepaling van de
prijs te worden medegerelcend? Over welk aantal exemplaren dienen de to
tale kosten te worden omgeslagen? Het is gebruikelijk, zo men tot de
vaststelling van een prijs gekomen is, deze vast te leggen in de gemeente
lijk legesverordening. Men kan de vastgestelde bedragen hoog of laag vin
den. De raad kan te allen tijde tot wijziging overgaan. Onze verordening
geeft sedert de vaststelling bij raadsbesluit van 19-9-68, goedgekeurd
bij Koninklijk Besluit van 5-11-68 nr. 5» de volgende bedragen aan:
Begroting algemene dienst 100,begroting tak van dienst 25,
Ter vergelijking enige cijfers van andere gemeenten:
Hoeven 35,en 15,
Oud Gastei - 75,geen bedrijven;
Wouw - 50,- 25,
Zevenbergen - 75,- 25,