- 2 - 3. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet voor de inrichting van het 8e lokaal van de basisschool De Klinkert/97e wijziging gemeen tebegroting 1976o k. Voorstel tot het verlenen van medewerking ex artikel 72 van de Lager- onderwi.iswet 1920 en het beschikbaarstellen van een crediet voor de aan schaf van leer- en hulpmiddelen voor de leerjaren 1, 2 en van de basis school De Klinkert/98e wijziging gemeentebegroting 1976. Zonder hoofdelijke stemming worden deze voorstellen aangenomen. 5. Voorstel tot het toevertrouwen van het belang, bestaande in de subsi diering van de Stichting Schoolbegeleidingsdienst Westelijk Noord-Brabant aan het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant. Het lid RENNINGS zegt dat zijn fractie zich in principe in zijn al gemeenheid in een dergelijk besluit kan vinden; dus in het overdragen van het betreffende belang. Wat zijn fractie teleurstelt, hetgeen de voor zitter wel zal begrijpen, na datgene wat hij namens zijn fractie en ook namens enige andere fracties enige maanden geleden in deze raad heeft ge zegd ten aanzien van de stichtingsvorm in het bijzonder bij de discussie over de Streekgezondheidsdienst. Men zal '.-/el begrijpen dat het bij zijn fractie vreemd overkomt dat men voor deze vorm van gemeenschappelijke voorziening de stichtingsvorm kiest. Dit verbaast zijn fractie temeer, wanneer men ziet dat het betreffende bestuur aan het dagelijks bestuur van het Streekgewest een zevental punten ter goedkeuring voorlegt. Als men zich in zoverre gaande mate afhankelijk stelt van het dagelijks be stuur van het Streekgewest waarom dan niet ineens een vorm van een artikel 61 commissie, waarin ook vanzelfsprekend de belanghebbenden; de onderwijs organisaties e.d. in vertegenwoordigd zijn. Nogmaals, in principe akkoord maar wel wat teleurgesteld daar voor de stichtingsvorm is gekozen en in het bijzonder dat er zoveel punten in het beleid ter goedkeuring aan het dagelijks bestuur van het Streekgewest worden voorgelegd. Het lid VAN DER GRAAF zegt dat toen de plannen bekend gemaakt werden van de Minister van Binnenlandse Zaken over de heroriëntering van het binnenlands bestuur er in het algemeen kreten kwamen over het centrali seren. Hij is het hiermede eens en gelooft dat iedereen het daarmee eens is, alleen met enige nuances. Een van de sluipende manieren om te centra liseren is om met goede argumenten over te gaan tot schaalvergroting bij diensten zoals deze en die dan de stichtingsvorm te geven. Zo komt hij ook op hetzelfde als de heer Rennings. Op dat moment namelijk is er niemand meer die er enige greep op heeft, behalve een zichzelf aanvullend bestuur met uitzondering van de twee gewestraadsleden, die door de gewestraad be noemd moeten worden. Op dat moment krijgt iedere raad elk jaar keurig een begroting voor zich en heeft dan in principe drie of vier avonden de tijd om deze te bekijken, Dat doet dan ook niemand uitputtend, gewoon omdat daarvoor de fysieke mogelijkheden ontbreken. Buiten de begroting komt er ook elk jaar een keurig jaarverslag. Ook daarvoor ontbreekt dan alle tijd en mogelijkheden om dit goed door te nemen. Kortom als er iets ondoor zichtig is, dan is het een dergelijke bestuursvorm voor een toch fitaal instrument als de schoolbegeleidingsdienst. Hoewel hij met nadruk niet die schoolbegeleidingsdienst wil afzonderen, is dit voor hem een principe kwestie. Hij vindt dat bestuur, zeker daar waar gemeenschapsgelden worden besteed, openbaar en doorzichtig behoort te zijn. Er is een bescheiden mogelijkheid om toch een gemeenteraad wat meer inzicht te geven in de materie, ook wanneer een dergelijke vorm eenmaal gekozen is. Dan komt hij

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1976 | | pagina 202