- 21 -
heer van der Graaf die voorstaat, toelaat,,
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen»
13» Voorstel tot verkoop van grond/96e wijziging gemeentebegroting 1976
en 1*fe wijziging begroting 1976 van het Grondbedrijf»
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen»
14» Voorstel tot voorlopige vaststelling van de rekening 1973 van de tak
ken van dienst en van de gemeente»
Het lid VAN DER GRAAF zegt een vraag te willen stellen aangaande de
voorlaatste opmerking op het eerste blad van het preadvies, waar wordt
vermeld: "Hetgeen u stelt met betrekking tot het verlenen van subsidie
aan het Vormingscentrum "'t Hoekske" te Zevenbergen over 1971 en 1972 is
terecht»" Dit is uiteraard een logische verklaring omdat het ook terecht
is» Hij heeft er geen behoefte aan op zich op deze kwestie in te gaan,
maar hij vindt het wel interessant om nu te we ten wat op dit moment ten
aanzien van het functioneren van de gemeentewet de aangewezen weg is»
Moet de raad niet alsnog het besluit nemen om dit bedrag te voteren? Hij
vreest namelijk dat het college van burgemeester en wethouders, wanneer
dit niet gebeurt, aansprakelijk is voor het bedrag van 85^,9^»
De VOORZITTER antwoordt dat bedoeld bedrag al is opgenomen in de
slotwijziging»
Het lid N» VAN HOOF zegt op dit moment niet namens de commissie, be
last met het onderzoek van de rekening, maar voor zichzelf te spreken»
In het preadvies wordt op het einde van bladzijde 1 gezegd: "Het Verifi
catiebureau heeft in de slotbespreking betreffende de controle op de aan
de orde zijnde rekening naar voren gebracht dat was geconstateerd dat de
subsidie ad 11.328,29 aan de Stichting Katholieke School voor Amateu
ristische Kunstbeoefening ten onrechte op de staat van de nog verschul
digde uitgaven 1973 voorkwam." Deze zinsnede bevreemdt hem een beetje.
Tijdens het rekeningonderzoek is door de commissieleden hiernaar natuur
lijk gevraagd. Door de betreffende ambtenaren is toen gezegd dat ze dit
zelf al hadden gezien en dat, naar aanleiding daarvan, in 197^ te hebben
hersteld. Uit het preadvies blijkt dat dit in feite wel door het Verifi
catiebureau is gesignaleerd en naar aanleiding daarvan deze zaak in de
rekening 197^ is hersteld. Als dat zo is dan vindt hij dit, op het moment
dat de commissie de rekening onderzocht, een niet juiste voorlichting.
Als het v/el zo is dan vindt hij dit een nalatigheid van het Verificatie
bureau» Hij vindt dat zaken, welke bij een onderzoek door het Verifica
tiebureau zijn geconstateerd ook als zodanig in het rapport vermeld moe
ten v/orden. Dat deze zaken door een wijziging in het daar op volgende
jaar weggewerkt worden vindt hij in feite niet correct» Hij dacht dat
dit het enige punt was dat hij had toe te voegen aan hetgeen de commissie
reeds gerapporteerd heeft» Hetgeen de commissie gerapporteerd heeft ia
door burgemeester en wethouders ter harte genomen en in grote lijnen ge
woon als zodanig toegegeven» Met betrekking tot het punt van de Algemene
Bijstandswet, voorkomende op hoofdstuk IX, is door de commissie een be
paald voorbehoud''.gemaakt ten aanzien van de manier van nazien. Het col
lege van burgemeester en wethouders stelt daar als argument tegenover
dat zowel het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk
als het Verificatiebureau al controleert» Hij vindt dit, als weerwoord
op hetgeen de commissie in het rapport heeft gesteld, niet juist. Alleen
zou volgens hem, op zijn plaats zijn het verweer van burgemeester en wet
houders dat deze zaken, om reden van ethische benadering en vanwege de
t»