- 14 - Het lid BROUWERS zegt het verschil tussen passieve en actieve grond- politiek, welke de gemeente Oudenbosch zou voeren niet te zien* Hij dacht dat hetzelfde was zoals het hier redactioneel staat. Wat doen wij dan meer, zo vraagt spreker. De VOORZITTER zegt dat de gemeente bij actieve grondpolitiek de ei gendom verwerft en bij passieve niet. Hierop richt zich ook de exploitatie verordening. Het lid VAN DER GRAAF zegt dat hij tegen dit voorstel zou zijn als door het aannemen van deze verordening ook op een gegeven moment de grond politiek gewijzigd zou worden. Hij heeft begrepen dat di"t niet de bedoe ling is. De VOORZITTER zegt dat de gemeente de actieve grondpolitiek blijft voeren. Alleen de situatie noopt ons deze verordening aan te nemen. Overi gens, de V/et op de Ruimtelijke Ordening schrijft dit ook voor. Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen. 20. Gedachtenwisseling over de verstedeli.jkingsnota en de structuurschets voor de verstedelijking van de Minister van Volkshuisvesting en Ruimte lijke Ordening. Het lid VAN DER GRAAF zegt het met de voorzitter eens te zijn dat het in deze raad, in dit stadium, ontzettend moeilijk is om een kostbare gedachtenwisseling over de verstedelijkingsnota te hebben. Toch heeft het ook voor de gemeente Oudenbosch wel zijn gevolgen. Gevolgen, welke zich eigenlijk al een beetje aangekondigd hebben doordat het bestemmingsplan Albano is teruggebracht. Deze verstedelijkingsnota gaat niet helemaal bui ten ons om. Hij wil daarbij wijzen - zonder dat hij kan zeggen wat de oplossing van dit prbleem zou zijn - op het feit dat er toch wel een hele grote discrepantie is tussen de mogelijkheden, die een gemeente als de onze heeft om te bouwen voor de eigen bevolking. Hij doelt dan op de financiële kant. Een bestemmingsplan dient dekkend te zijn. Op die gronden is men verplicht een vrij ruim gedeelte van het bestemmingsplan te vullen met duurdere woningbouw. Op deze duurdere bouw komen alleen de randstede lingen af. Daarmee blijkt dan dat esn gemeente als de onze zich niet kan houden aan de wensen, die in de verstedelijkingsnota genoemd zijn. Hij vindt dit toch wel een erg moeilijk vraagstuk en hij zou wensen dat hier over toch nog een keer in deze raad een gedachtewisseling zou ontstaan en dan de vrucht van die gedachtewisseling als bijdrage aan de inspraakpro cedure van de verstedelijkingsnota aan de regering werd gericht. Daarbij hoopt hij dat deze raad met hem van mening is, dat in feite een bestem mingsplan, dat tot stand zou moeten komen zoals in de verstedelijkings nota is aangegeven, financieel niet haalbaar is. Dat betekent dat de re gering een gemeente als de onze op een of andere wijze daarin tegemoet zou moeten komen. Hij dacht dat in de verstedelijkingsnota enkele proble men zaten ten aanzien van de aantallen woningen, welke genoemd zijn. Er is genoemd voor de gemeente Breda een groei met 30-000 woningen tot 1990 en voor Bergen op Zoom een groei met 10.000 woningen. Als men gaat bereke nen hoeveel woningen er nodig zullen zijn in die stedelijke gebieden voor de opvang van de eigen bevolkingsgroei en als men de gezinssamenstelling, zoals die in de verstedelijkingsnota wordt aangegeven, er bij neemt met daarbij de behoeften, welke staatssecretaris van Dam aan het formuleren is ten aanzien van huisvesting van gehandicapten en andere onvolledige ge zinnen dan zal blijken dat voor die gebieden de genoemde aantallen van 30.000 en 10.000 niet voldoende zullen zijn. De opvang van de randstede lingen zal dan toch nog plaatsvinden en het gevolg daarvan zal zijn dat

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1976 | | pagina 143